Leesfragment: Apologie voor Lea

31 augustus 2009 , door Pascal Mercier
|

Lea, Pascal Merciers nieuwste boek, werd niet louter positief ontvangen (bekijk het recensie-overzicht bij Perlentaucher, en lees volledige recensies bij NRC Handelsblad, Die Zeit, Die Tageszeitung en Die Neue Zürcher Zeitung). In dit nawoord bij de Duitse pocketuitgave verdedigt hij zich.

 

Dit boek gaat over een ervaring die we het liefst zouden willen verdringen: dat zelfs mensen met wie we door grote intimiteit verbonden zijn, van ons kunnen vervreemden. Een onverwachte gebeurtenis, een ongemerkte verandering van de situatie, een verrassende opmerking – opeens lijkt een persoon met wie we ons nauw verbonden voelden, een vreemde, en we hebben het gevoel dat we hem verliezen. Hetzelfde kan met onszelf gebeuren: ook van onszelf kunnen we vervreemden. Bijvoorbeeld als we merken dat we niet ons eigen leven leiden, maar het leven dat anderen van ons verwachten. Of als we vaststellen dat we dingen denken, voelen en doen die niet bij het beeld passen dat we van onszelf hebben. Zowel in het geval van de anderen als in dat van onszelf is dat een schokkende ervaring, die met het gevoel van breekbaarheid gepaard gaat. Geen enkele menselijke relatie, geen enkel beeld van de anderen en van onszelf is ooit zeker, onveranderlijk en gevrijwaard van vervreemding.

Dit thema was steeds in mijn romans aanwezig, maar voornamelijk indirect. In dit boek echter wilde ik het zo rechtlijnig en onbevreesd mogelijk aan de orde stellen. De ervaring waar het hier om gaat, moest de lezer met haar volle gewicht treffen.

Hoe kon het thema het best georkestreerd worden? Ik nam twee belangrijke besluiten. De eerste had met muziek te maken. Ik ben opgegroeid met klassieke muziek en ik heb haar steeds ervaren als een tegenbeweging tegen elk soort vervreemding. Mijn thema, zo meende ik, zou bijzonder indringend worden als de romanfiguren in en door de muziek van elkaar zouden vervreemden. De tweede beslissing: de intimiteit waarin de vervreemding zou toeslaan, moest de oorspronkelijke, natuurlijke intimiteit zijn tussen ouders en kind. Ook daardoor zou het thema een bijzondere scherpte krijgen. Zo ontstond een drama waarin een meisje, van wie de geest langzaam maar onstuitbaar verduistert, in het vioolspel vervreemdt van haar vader en van zichzelf.

Het lag voor de hand het verhaal de vorm van een tragedie te geven. Iemand handelt met de beste bedoelingen en veroorzaakt daarmee nu juist een catastrofe. Uit het verhaal zelf moest alles worden weggelaten wat niet zou bijdragen aan de logica van het tragische verloop. Als ik van een novelle spreek, bedoel ik daarmee precies die narratieve strengheid.

Uit welk perspectief moest het verhaal worden verteld? Eerst probeerde ik het met de koele, analytische stem van een alwetende verteller. Dat werkte niet: op die manier kwam er niets terecht van de dwingende kracht die het drama moest hebben. Het moest een verhaal uit het perspectief van een ik-figuur worden. Kon dat het meisje zelf zijn? Het verhaal moest dan op herkenbare wijze worden verteld door iemand van wie de geest verduistert, zonder dat het zijn transparantie voor de lezer verliest. Dat was een te zware opgave. Dus besloot ik het door de vader te laten vertellen. Er gebeurde iets opmerkelijks: het verhaal kreeg een huilerige toon, er klonk zelfmedelijden in door, en dat wilde ik vermijden. Ik sleutelde aan het idioom en aan de melodie van de zinnen. Maar er was iets anders verantwoordelijk voor de valse klank: de vader zat de lezer te dicht op de huid, omdat hij rechtstreeks tot hem sprak.

Er moest dus een nieuw personage worden geïntroduceerd, iemand aan wie de vader zijn verhaal vertelde. Dat was een beslissende stap. Deze gesprekspartner namelijk, die op zijn beurt het verhaal van de vader vertelde, kreeg een eigen leven en ik begon mij voor hem als persoon te interesseren. Er kon iets ontstaan wat mij steeds meer boeide: ik kon zijn belevingswereld peilen door hem het drama van de vader mee te laten voelen. En daar kwam nog bij dat ik het verhaal van een onverwachte, onalledaagse intimiteit tussen twee mannen kon vertellen, die elkaar als vreemden hadden ontmoet. Intimiteit als resultaat van een verhaal over vervreemding. Op deze manier ontstond een boek dat op twee niveaus speelt: er is het relaas van de vader over de tragedie van zijn dochter, en daarnaast is er het relaas van de gesprekspartner, die vertelt over de verbazingwekkende intimiteit tussen twee mannen die het vertrouwen in zichzelf hebben verloren.

Beide mannen zijn natuurwetenschappers, die over zichzelf zeggen dat ze de taal van de gevoelens nooit hebben geleerd. Dat stelt hoge eisen aan de woordkeuze, aan de metaforen, aan de stijl. Ik wilde de lezer laten zien hoe de twee mannen met de woorden worstelden, nu ze over hun gevoelens probeerden te praten. Ik wilde laten zien hoe woorden voor gevoelens kunnen klinken, wanneer ongeoefenden ze gebruiken om het geweld van hun gevoelens uit te drukken, en hoe verbale onzekerheid en stilistische schommelingen uitingen kunnen zijn van een nog diepere onzekerheid over de wereld en over zichzelf.

Berlijn, maart 2009

 

© Copyright 2009 Pascal Mercier & Uitgeverij Wereldbibliotheek bv.
Niets uit deze publicatie mag worden verveelvoudigd, op welke wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

pro-mbooks1 : athenaeum