De eerste zin van Stefanie de Velasco's Tijgermelk, vertaald door Marcel Misset

10 oktober 2014
| | | |

Marcel Misset vertaalde Stefanie de Velasco's Tigermilch als Tijgermelk. We vroegen hem de eerste zin toe te lichten. Over alles onthullende zinnen, over kauwgum, een feest om te vertalen.

Ich hätte ihn gar nicht erst entdeckt, wenn Mama nicht Frau Stanitzek auf der Straße getroffen hätte.
Ik had hem nooit zien liggen als mama mevrouw Stanitzek niet op straat was tegengekomen.

Schrijven over het vertalen van eerste zinnen is als het doorbladeren van het programmaboekje van een voorstelling die je lang geleden hebt gezien. Het lezen van een eerste zin is als het doorbladeren van datzelfde programmaboekje voor aanvang van de voorstelling. (Je was te laat, je hebt je jas afgegeven, hebt nog snel een kop koffie gedronken en nu zit je op je plaats, je kijkt om je heen, omhoog naar de kroonluchter, de ‘wave’ die ontstaat als iemand zijn plaats midden in de rij zoekt. Je werpt een blik in het programmaboekje, het licht dooft – dat magische moment: je knippert even met je ogen en bent ergens anders.)

‘Ik had hem nooit zien liggen als mama mevrouw Stanitzek niet op straat was tegengekomen.’ Een goede eerste zin. Er spreekt, met een modewoord (het woord kan daar zelf niets aan doen) ‘urgentie’ uit. Een ontdekking, iets raadselachtigs: wat is hem? De spreekster – onthullen we hier vast – loopt over straat met haar moeder, die mevrouw Stanitzek tegenkomt, de eigenaresse van de ‘Späti’ (Wij zeggen avondwinkel; Späti is natuurlijk veel mooier.) Voltooid verleden tijd; een herinnering dus. Dat hem komt pas terug in de derde alinea: ‘Toen zag ik hem. Hij lag in de sneeuw, hij was groen en dampte nog na. Iemand moest hem kort daarvoor hebben uitgespuugd.’ Het is een stuk kauwgum.

Zo simpel als het lijkt: dat ihn (persoonlijk voornaamwoord, mannelijk, vierde naamval) brengt de vertaler meteen in de problemen. Waar de schrijfster in het Duits dat stuk kauwgum ook in de derde alinea consequent met ihn blijft aanduiden, stapt de vertaler van hem stiekem over op onzijdig: het stuk kauwgum. Een vertaler is iemand die de tekst die hij onder handen heeft, voorzichtig uit elkaar schroeft, en dan probeert hem weer in elkaar te krijgen.

De spreekster raapt het stuk kauwgum op en stopt het in haar mond:

‘Toen ik op mijn elfde voor het eerst een trekje van een sigaret nam, moest ik ook al aan kauwgum denken, en nu moet ik weer aan dat stuk kauwgum denken, hoe het daar in de sneeuw lag en hoe het smaakte, omdat ik vandaag voor het eerst met mijn mond een condoom bij iemand om heb gedaan. Een oude hoerentruc […], jongens vinden dat vet. Ik vertel het alleen maar omdat ik volgens mij voor het eerst een echte jeugdherinnering had, en jeugdherinneringen kun je alleen maar hebben als je zelf geen kind meer bent.’

Al op de eerste bladzijde staat ze er: Nini, de heldin van deze geschiedenis. Even soepel introduceert de schrijfster de andere personages: haar moeder (die niet ziet dat haar dochter kauwgom van straat opraapt en in haar mond stopt: hun gebroken gezin in één zin getypeerd), Nini’s hartsvriendin Jameelah, Jameelahs buurjongen Amir, een Bosnische moslim, wiens zus verkering heeft met een Serviër…

Vijftien zijn ze, Nini en Jameelah. Ze roken, drinken, ze hebben jeugdherinneringen – dan ben je volwassen, en kun je mannen oppikken in de Kurfürstenstraße, werken aan je ‘project ontmaagding’. Een echte Berlijnse roman, Tijgermelk, die in de kritieken werd vergeleken met Christiane F., met Vochtige Streken van Charlotte Roche, met Axolotl Roadkill van Helene Hegemann, maar het heeft onmiskenbaar een eigen toon: energiek, hoopvol, lebensbejahend. Een feest om te vertalen.

In niet meer dan drie alinea’s sleurt Stefanie de Velasco ons haar verhaal in over meisjes – ‘Voor meisjes’ zoals op het schutblad staat. De schrijfster heeft alle aanhalingstekens uit haar tekst geschrapt, tot er een vloeiend verteld verhaal overbleef over volwassen willen zijn, maar niet bij de volwassenen willen horen. Over overléven in de Berlijnse achterstandsbuurt Neuköln, over liefde en vriendschap; een boek dat je bewonderend ‘geserreerd geschreven’ zou willen noemen als dat niet een term was die je alleen nog in kritieken aantreft. Een beheerst geschreven debuut. Het vergt een buitengewoon talent om een roman gewone mensen te schrijven. In Duitsland is de verschijning van Tijgermelk niet onopgemerkt gebleven: er staan verschillende theaterbewerkingen op stapel en de rechten voor verfilming zijn inmiddels verkocht.

Stefanie de Velasco was met Tijgermelk genomineerd voor de Deutscher Jugendliteraturpreis. Op donderdag 6 november mag ik haar interviewen in het Goethe Instituut in Rotterdam. Ik verheug mij daar zeer op.

Van Marcel Misset verschijnt in november bij Cossee in vertaling De verloren brief of de droom van Bruno Schulz (Im Kopf von Bruno Schulz) van Maxim Biller. Hij werkt nu aan de vertaling van 'Indigo' van Clemens J. Setz voor Leesmagazijn, in het voorjaar verschijnt zijn vertaling van 'On Love' van
Alfred Hayes bij Lebowski.

De eerste zin van Stefanie de Velasco's Tijgermelk, vertaald door Marcel Misset

Delen op

pro-mbooks1 : athenaeum