VSB Poëzieprijs-nominaties 2018: Baars, Van den Broeck, Langelaar, Oosterhoff, Van Zonneveld

De VSB Poëzieprijs wordt sinds 1993 jaarlijks uitgereikt aan de auteur van de beste Nederlandse poëziebundel die in het voorafgaande jaar verscheen. De onderscheiding bestaat uit een bedrag van €25.000,- en een sculptuur van Maria Roosen. Onder de eerdere winnaars: Hannah van Binsbergen (2017), Ilja Leonard Pfeijffer (2016), Hester Knibbe (2015), Ester Naomi Perquin (2013), Mustafa Stitou (2004) en Rutger Kopland (1998).

De bundels van Baars en Van Zonneveld zijn debuutbundels. Oosterhoff won de prijs al eens in 2003, Langelaar won de Jan Campertprijs met deze bundel. Twee van de genomineerde bundels werden door De Arbeiderspers uitgegeven, twee door De Bezige Bij; de vijfde door Van Oorschot.

• Joost Baars, Binnenplaats [leesfragment]
• Charlotte Van den Broeck, Nachtroer
• Marije Langelaar, Vonkt
• Tonnus Oosterhoff, Ja Nee [leesfragment]
• Mieke van Zonneveld, Leger

De jury licht toe:

'Poëzie hoeft zich niet te legitimeren door expliciet maatschappelijk geëngageerd te zijn. Maar het treft ons hoe vaak dichters toch expliciet engagement aangaan en dan woorden weten te vinden voor de verschrikkelijke dingen waar nauwelijks taal voor is. Poëzie kan de dood aan. Poëzie heeft de kracht om door de clichés heen te breken, de enige taal die vaak beschikbaar is bij rampen en geweld. [...] Als we konden leven als dichters zou de poëzie misschien niet nodig zijn. Maar niet iedereen is dichter. De bemiddeling van de poëzie is nodig om het kijken naar de dingen te verversen. Daartoe moet de poëzie altijd weer worden vernieuwd, opgeschud, ontdaan van zijn regels en routines om zijn functie van "nieuwe ogen inzetten" te kunnen behouden. En dat is precies wat ook deze generatie dichters weer blijkt te doen.'