Recensie: Amerika's lotsbestemming

07 februari 2017 , door Tim de Wit
| |

Weinig mensen zullen ontkennen dat de Verenigde Staten van Amerika in de wereld van vandaag de dag een ontzagwekkend belangrijke rol op het gebied van de internationale politiek spelen. Sommigen beschouwen deze rol als een garantie van wereldvrede, terwijl anderen hem als de meest recente vorm van westers imperialisme zien. Waar komt deze vooraanstaande positie van Amerika vandaan, en wat is haar toekomst? In De Verovering van de Rockies zoekt Robert D. Kaplan de oorsprong van de VS als supermacht in de geografie van het land zelf.

In de voetsporen van zijn vader

Vanaf het begin is duidelijk dat De Verovering van de Rockies een vrij persoonlijk werk is. De eerste hoofdstukken van het boek beginnen met een gebeurtenis uit Kaplans kindertijd: een bezoek met zijn vader aan Wheatfield, het oude huis van James Buchanan, de vijftiende president van Amerika. Buchanan faalde als president - hij was in 1860 niet in staat om de zuidelijke staten te kalmeren en zadelde als gevolg daarvan zijn opvolger, Lincoln, met de Amerikaanse Burgeroorlog op. Maar, zo leerde Philip A. Kaplan zijn zoon, het is belangrijk om Buchanan niet te vergeten:

'Grote presidenten kun je niet als geïsoleerde verschijnselen zien; voor een goed inzicht is ook kennis nodig over hun minder grote voorgangers en opvolgers. Eigenlijk moet het verleden altijd in zijn geheel worden beschouwd. Om het goede te kunnen waarderen moet je ook het slechte kennen en vice versa.'

Philip A. Kaplan was geen buitengewoon succesvol man of een grote denker, hij was een eenvoudige vrachtwagenchauffeur. Niettemin slaagde hij erin om zijn zoon te interesseren voor Amerikaanse geschiedenis, iets waar Kaplan zijn vader nog altijd dankbaar voor is. Met dit boek, en de reis die hij maakte over de Amerikaanse snelwegen waar zijn Philip A. Kaplan ooit als chauffeur overheen reed, wil hij zijn vader eren.

Geografie

Kaplans reis heeft als doel te laten zien dat Amerika bij haar westwaartse expansie en uiteindelijke opkomst als wereldmacht geholpen werd door haar geografie. Om dit aan te tonen begint hij zijn reis in Massachusetts, om vervolgens Amerika helemaal te doorkruisen. Zijn focus op geografie als dat wat Amerika groot heeft gemaakt doet sterk denken aan Jared Diamonds Guns, Germs, and Steel, waarin deze de oorzaken van de werelddominantie die de Europese landen voor een lange tijd hebben gehad ook in de geografie van Europa zoekt.

Op een vergelijkbare manier beargumenteert Kaplan dat de westwaartse expansie enorm geholpen werd door het feit dat de meeste rivieren in het Amerikaanse binnenland van west naar oost lopen. Dit zou ervoor gezorgd hebben dat Amerika op natuurlijke wijze een eenheid is gebleven, omdat dit het makkelijk maakte om met de Oostkust te communiceren. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld Rusland, waar de rivieren van noord naar zuid lopen, wat communicatie met de hoofdstad alleen maar verhindert.

Voor een ander goed punt borduurt Kaplan voort op de theorie van de twintigste-eeuwse Amerikaanse schrijver Bernard DeVoto. Het betreft de rol die geografie speelde in de afschaffing van de slavernij in het Zuiden:

'Het historische landschap van het Westen had zijns inziens bevrijdend gewerkt omdat de expansie over de Great Plains een eind maakte aan de slavernij (de Great American Desert was te droog voor de katoenteelt).'

Het is moeilijk om dit argument in twijfel te trekken: doordat de slavenstaten zich niet westwaarts konden uitbreiden en meer staten aan hun kamp konden toevoegen, terwijl de vrije staten dat wel konden, zou de slavernij altijd het ondergeschoven kindje zijn geworden, Burgeroorlog of geen Burgeroorlog.

Controversieel

Met deze lezing van de geografie beargumenteert Kaplan hoe het de 'lotsbestemming' van Amerika is om de enige geloofwaardige supermacht te zijn, en de rol die de westwaartse expansie, en de zogeheten frontier mentality daarin gespeeld heeft. Dat kan af en toe wat apart overkomen. Zo heeft de ervaring die het Amerikaanse leger heeft opgedaan met het bestrijden van de Native Americans (die hij vrij geromantiseerd beschrijft) er volgens hem toe geleid dat het Amerikaanse leger veel nadruk legt op 'heroïsche krijgshaftigheid', een vrij militaristisch concept. Tegelijkertijd meent Kaplan dat het Amerikaanse volk niet militaristisch is, maar hij laat in het midden waar 'gezond nationalisme eindigt en militarisme begint'.

Ten slotte maakt hij zeer twijfelachtige opmerkingen, terwijl hij de slagschepen in de baai van San Diego beschrijft. Kaplan gebruikt de term 'White Man's Burden' voor de opdracht van de VS op het wereldtoneel. Hij refereert hiermee direct aan het beruchte gedicht van Rudyard Kipling over de negentiende-eeuwse beschavingsmissie van het witte ras. Kaplan geeft wel aan dat het hem niet gaat om het raciale aspect van Kiplings gedicht maar alsnog is het wat controversieel om Amerika een dergelijke rol toe te dichten.

Waar Kaplan her en der overweldigd wordt door hoe geweldig Amerika is, heeft hij weinig goede woorden over voor Europa, dat hij voortdurend negatief met Amerika vergelijkt. Europa was tijdens de westwaartse expansie het slechte voorbeeld, waar de kolonisten van de frontier volgens Kaplan godzijdank ver van verwijderd raakten, door de overweldigende Amerikaanse natuur. Zelfs in de context van de Mexicaanse Oorlog van 1846-1848, waarin Amerika een oorlog voerde die vrij sterk op de land grabs van de Europese vorsten leek, stelt Kaplan, zonder enige verdere toelichting, dat Amerika toch moreel superieur was.

Koste wat kost

Er valt dus wel het een en ander op De Verovering van de Rockies aan te merken. Tegelijkertijd maken de bovengenoemde kritiekpunten het boek juist lezenswaardig. Eén van de dingen die Kaplan zijn studie probeert te doen is een revisionistische geschiedenis van de westwaartse expansie te schrijven. Naar zijn mening wordt die periode in de Amerikaanse geschiedschrijving namelijk te vaak beschreven en onderwezen als een duistere, genocidale tijd. Maar hoezeer hij ook probeert om de positieve kanten van de frontier te beschrijven, keer op keer leiden de gedachten waarmee Kaplan zijn boek vult hem terug naar de 'grote misdaad': het uitroeien en beroven van de Native Americans. Toch blijft hij koste wat kost Amerika als een land beschrijven dat moreel superieur is, en een uitzonderlijke rol in de wereld te spelen heeft. Dit maakt De Verovering van de Rockies tot een ambivalente maar ook prachtige inkijk in het denken van een Amerikaanse nationalistische geschiedschrijver.

Tim de Wit volgt een onderzoeksmaster geschiedenis aan de Vrije Universiteit van Amsterdam en is redacteur van Skript Historisch Tijdschrift.

pro-mbooks1 : athenaeum