Recensie: Perfecte verzamelwoede

30 november 2015 , door Joris Nielander
| | | | |

'Perfection is supremely uninteresting to me.' Daarmee begint Leslie Williamson zijn boek Handcrafted Modern, met foto's van de huizen van Amerikaanse modernisten. Een opvallende zin als je bedenkt dat juist perfectie datgene is wat deze architecten en ontwerpers in hun werk hebben nagestreefd. Het modernisme, dat zijn kille strakke lijnen, een fascinatie voor industriële productie, beton, chroom en leer, toch? Na het bekijken van dit boek begrijp je dat er veel meer achter zit. In deze huizen van de pioniers van het modernisme vind je niet zozeer perfectie, wel een ongebreidelde creativiteit en interesse voor het leven. Door joris nielander.

Fan van het Modernisme

Williamson is geen designhistoricus of architectuurgeleerde, hij is een fan van het modernisme. Én fotograaf, en dat was zijn uitgangspunt bij hij met het maken van dit boek. Wat begon als een ingeving liep uit tot een uitgebreid project met een aantal duidelijke regels. De eerste luidt dat de architect of ontwerper nog in het desbetreffende huis moet wonen, tenzij hij of zij dood is. In dat geval moet het huis nog net zo zijn als het is achtergelaten. Regel nummer twee schrijft voor dat niets van het interieur mag worden verplaatst. En drie: elke shoot duurt twee dagen, enkel met natuurlijk licht of aanwezige lampen, en alles op film. Wat dit oplevert: een eerlijke en prachtige impressie van hoe deze invloedrijke modernisten werkten en leefden.

'Although it was made with modern materials - glass block, chrome, acoustical plaster, metal framed windows - it appeared to be crafted out of these materials, rather than merely built. I finally saw that there were dimensions and layers to modernism and what resonated with me were designs that were not simply about the building as object but about people inhabiting a space.'

Het is Williamsons ervaring bij het huis van een van de founding fathers van Bauhaus, Walter Gropius. Andere plaatsen die hij bezocht zijn het case study house van het echtpaar Eames, de studio van Harry Bertoia en de huizen van George Nakashima en Jens Risom. Je merkt dat 'Amerikaans' in dit boek alleen betekent dat de huizen ergens in Amerika staan. Wat het meest opvalt in bijna al deze woningen is de invloed van de natuur. Je ziet geen strakke hotellobby's, maar huizen waarin geleefd wordt. Warme houttonen, grillige vormen en handgemaakte objecten en meubels worden afgewisseld met de bekende ontwerpen van nog steeds gewilde klassiekers.

Foto uit Handcrafted Modern. (c) Leslie Williamson

Ons huis laat zien wie we zijn

Zo is er het huis van Jens Risom. Hij is de laatste nog levende ontwerper van het rijtje modernisten dat in 1961 de centerfold van de Playboy sierde. Samen met Charles Eames, Harry Bertoia, George Nelson, Eero Saarinen en Edward Wormley - allen zittend op een door hen ontworpen meubelstuk - moest hij het imago van het blad opkrikken. Of het daadwerkelijk geholpen heeft blijft onbekend. De Playboy doet het nog steeds goed, maar in de vijftig daaropvolgende jaren hebben alleen nog schaars geklede vrouwen op de fold-out gestaan. Volgens Risom hebben de heren toendertijd amper een woord met elkaar gewisseld. Aan zijn gastvrijheid zal het niet hebben gelegen, Williamson schrijft vol trots dat Risom een appeltaart voor hem gebakken heeft.

Foto uit Handcrafted Modern. (c) Leslie Williamson

Aan tafel verklaart Risom zijn soms eclectische stijl en die van zijn collega's: 'good design goes with good design'. In zijn interieur zijn veel elementen van het Deens modernisme te vinden, waar de natuur en de cultuur van ambacht en houtbewerking grote invloed hebben gehad. Naast zijn eigen meubels staan er een aantal van Risoms klasgenoot - die andere geweldige Scandinaviër - Hans Wegner. Ontwerpen van diens hand sieren ook andere ruimtes in het boek. Russel Wright heeft een 'valet chair' op zijn slaapkamer staan. De rug van deze stoel is zo ontworpen dat je je jasje kan ophangen zonder te kreuken; hetzelfde geldt voor de zitting die omhoog geklapt kan worden voor het neerleggen van je broek. Functie en esthetiek samengebracht tot in - misschien dan toch wel - perfectie.

'Our home is the heart of our private selves. What we have in it can be more telling than a portrait of our face. I consider these chapters to be portraits of these designers, and I hope they convey my admiration for them. Through the process of shooting this book, all of these designers transcended their status as icons of Modernism. I now see them more as extraordinary people than as demigods of design. I hope you come away with the same revelation.'

Foto uit Handcrafted Modern. (c) Leslie Williamson

Als we de weloverwogen stillevens bekijken die de oppervlaktes van tafels, vloeren en muren bedekken, lijken de huizen inderdaad meer te zeggen dan een portret. De verzamelwoede van de ontwerpers en het belang dat aan alledaagse objecten wordt gehecht laat ons zien wat hen heeft geïnspireerd en beïnvloed. Dat is heel herkenbaar, 'demigods of design' of niet.

Joris Nielander studeert Integrated Product Design (MA) aan de Technische Universiteit Delft.

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum