Recensie: Literair muzieknummer

30 november 2015 , door Kelli van der Waals
| | | |

Op de kleurrijke cover van The Believer zit een cassettebandje geplakt: een mixtape ter ere van het jaarlijkse music issue. Als je geen cassetterecorder hebt, loont het om het bandje er nog even aan te laten zitten, dan blijft het blad wat makkelijker open liggen. Dat geldt eigenlijk ook voor wie er wel een heeft, want met een speciale code op de achterpagina is ‘Love Songs for Lamps’ te downloaden op believermag.com. 24 liedjes om digitaal luisteren terwijl je leest. Al zal je met de luisterlijst de leestijd niet volmaken, want de kleine negentig pagina’s zijn gevuld met véél tekst. Door kelli van der waals voor hard//hoofd en Athenaeum.

Verrassende popmuziekverhalen

The Believer is opgezet door schrijver Dave Eggers in 2003, en het maakt onderdeel uit van de bladenfamilie waarin ook McSweeney’s, The Wholphin en sinds kort Lucky Peach zijn vertegenwoordigd. De redactie zetelt in San Francisco en geeft negen nummers per jaar uit. Drie daarvan zijn themanummers (over kunst, film of muziek) met een cadeautje (zoals een mixtape). Van het huidige nummer mag je, naast schrijverscolumns en intelligente cartoons, literaire stukken over muziek verwachten en onderwerpen die verrassender zijn dan die van een doorsnee muziekblad.

Mannelijke sopranen bijvoorbeeld: ‘the men who soar higher than Maria Callas and Mariah Carey’ en ‘quitoxic and nature-defying feats’ hebben. Of het Woodstockachtige festival dat in 1970 plaatsvond in Love Valley, een oord dat ene Andy Barker stichtte naar voorbeeld van de dorpjes uit westernfilms. Of zijn dorp wel authentiek zou blijven, was aanvankelijk Barkers grootste zorg, maar al snel kreeg hij het niet meer voor elkaar de boel te financieren. Dus organiseerde hij een festival dat uiteindelijk volledig uit de hand liep, met oncontroleerbare bezoekers in ongekende aantallen.

De goed gevonden onderwerpen van deze geschiedschrijvingen ten spijt, lezen ze ietwat stug. De muziekkenner met een voorliefde voor een enkel zinnetje hautaine taal zal daar misschien minder last van hebben, maar sommige artikelen hebben intellectualistische trekjes of zijn iets te afstandelijk. Het leest pas fijn waar de schrijvers zich aan een persoonlijke noot wagen. Dat gebeurt voor het eerst bij Brock Clarkes stuk over de band The Ass Ponys. Aan de hand van anekdotes en scherpe karakteriseringen legt Clarke hun ziel bloot. De frontman ‘looked like a guy whose high-school football coach could never convince him to try out for the team’, schrijft Clarke,  de bassist ‘looked like he’d grown up smoking in a cave’. Rocksterren waren de Ass Ponys niet, deze veertigers die nog in de barretjes van hun thuisstad speelden en dezelfde woorden gebruikten als twintig jaar eerder.

Interviews met de marginalen

De meest bevredigende artikelen van The Believer zijn de vraaggesprekken. Het hoofdinterview is met Wes Borland, de af-en-aan-gitarist van Limp Bizkit. In snippets over het blad verspreid vertelt Borland over zijn verkleedpartijen, alter ego’s en inspiratiebronnen en poogt hij verdieping te geven aan de vermommingen die van hem een tieneridool maken.

The Believer sprak ook met gitarist Jody Williams. Deze blueslegende stopte eind jaren vijftig met spelen, nadat zijn liedje ‘Love Is Strange’ werd gejat, om in 2011 na zijn pensionering als technicus een comeback te maken. Een aanrader is ook het interview met Moby. Je was misschien al bijna vergeten dat deze kale muzikant, die vanaf eind jaren negentig tot in elk reclamedeuntje opdook, bestond. Maar het boekje dat hij opentrekt over zijn alcholistische succesjaren in New York, is goed leesvoer.

De lezer die geen muziekkenner is kan met mixtape en blad twee dingen doen: het houden bij de onderwerpen waar hij wat mee kan, of zich volledig overgeven aan de muzieksmaak en –kennis van de redactie. Ik raad het laatste aan. 

Kelli van der Waals is mediawetenschapper en freelance journalist.

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum