Recensie: Gevecht om de doperwten

28 januari 2010 , door Engelina Muller
| |

Al na de eerste paar regels van De gast, het bekroonde romandebuut (Anna Seghers Prijs) van Guadalupe Nettel, weet ik dat ik dit boek in één adem uit zou kunnen lezen. Als het leven alleen bestond uit de dingen die ik graag doe, had ik dat ook gedaan. Als ik tijdens de afwas moet denken aan de hoofdpersoon uit een verhaal is dat in mijn optiek een kenmerk van een goed boek. Het verhaal heeft gedurende enkele dagen als een parasiet mijn gedachten en soms zelfs mijn handelen in beslag genomen, getuige het potje doperwten tussen de zaterdagse boodschappen.

Ik houd van boeken waarin niet meteen alles duidelijk is en waarin na de laatste zinnen nog wat vraagtekens overblijven en van verhalen die je nog een keer kunt lezen zonder dat dit afdoet aan de spanning. Aan die criteria voldoet De gast, een zoektocht van een meisje naar zichzelf en tegelijkertijd een strijd tegen het verlies van het kind dat ze is. Het meisje, Ana, heeft ook een obsessieve fascinatie voor blinde mensen, die haar angst tekent om haar geheugen voor de dingen om haar heen te verliezen. Ze verandert in De gast van een onzeker meisje in een vrouw, ze maakt zich los van haar verleden, ze gaat de weg die ze zelf denkt te hebben gekozen in een wereld die bestaat uit beperkingen. Ze kiest ervoor wel te zien.

De gast is het verhaal van Ana’s  gevecht zichzelf te herinneren, haar identiteit te verdedigen tegen de invasie van de parasiet in haar hoofd, tegen Het Ding. Ana heeft bijvoorbeeld als kind al een ontzettende hekel aan doperwten, ‘zo gewoon en groen als plastic kralen. Om een of andere reden vind ik ze kunstmatig, misschien omdat er op televisie reclame voor wordt gemaakt en alles wat op de televisie te zien is, iets ongeloofwaardigs heeft’. Wanneer uiteindelijk Het Ding de regie over haar leven overneemt, verdwijnt ook de weerstand tegen een bord rijst met doperwten:

‘Zodra ik weer op kon staan ging ik naar de keuken, pakte een vork en liet Het Ding het bord met doperwten opschrokken. Het duurde een tijd voordat het leeg was en daarna likte het de randen af.’

Het eerste deel eindigt met Ana’s ontdekking dat de confrontatie met Het Ding een betere vechtstrategie is dan vluchten. Het laatste deel begint met een vlucht voor een arrestatie, en met het verlies van haar enige vriendin. Als ze door uitputting haar vlucht moet staken, ziet ze onder ogen dat de strijd niet de beste strategie is geweest, dat ze zichzelf veel ellende had bespaard als ze zich had overgegeven aan dat wat haar leven in beslag wilde nemen. Voor het eerst geeft ze zichzelf niet de schuld en voor het eerst erkent  ze haar verantwoordelijkheden en het feit dat er mensen zijn die op haar rekenen.

Het boek eindigt met Ana’s eerste seksuele ervaring, met El Cacho, die haar als Dantes Vergilius door de onderwereld leidt. Na die ervaring maakt ze zich (eindelijk) los van haar moeder en neemt ze afstand van  de stad die voor haar ook als een moeder is, even selectief en willekeurig. Ana veroordeelt zichzelf tot een bestaan in de hel van de metro waar ze zich in de hemel waant. Dat is niet het einde dat ik had gehoopt, maar ik heb er niets over te zeggen hoe een verhaal zich ontwikkelt en hoe het eindigt. Toch kan ik Guadalupe Nettel, haar schrijfstijl en haar indringende manier van vertellen, niet van me afschudden.

Engelina Muller is de winnares van de recensiewedstrijd die Uitgeverij Ailantus uitschreef in de Ailantuskrant. De prijs bestaat uit een boekenpakket en publicatie in de Ailantuskrant en op de website van Athenaeum Boekhandel. Engelina Muller organiseert projecten rond loopbaanoriëntatie en studiekeuze met haar eigen bedrijf, El Molinero.

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum