Nieuw licht #4 - Vals spel
01 februari 2018Verdwijnt het spel uit de sport onder druk van macht en geld? Donderdag 1 februari, 20.00, gaan Coen Simon en Frank Meester in gesprek met onder anderen Bert Wagendorp in Pakhuis de Zwijger.
Sport beheerst het nieuws. Maar de media focussen daarbij voornamelijk op dopingschandalen, miljoenentransfers en hooligans. In 1938 waarschuwde Johan Huizinga in zijn beroemde boek Homo ludens dat door de professionalisering van de sport 'het spel' verloren dreigt te gaan. Samen met journalist en Nieuw Licht-auteur Bert Wagendorp gaan we in gesprek over het belang van sport en spel in de samenleving. Centraal staat de vraag: bestaat sport zonder vals spel?
Met in dit programma onder anderen:
- Bert Wagendorp (1956) is journalist en schrijver. Hij studeerde Nederlandse Taal- en Letterkunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Sinds 2006 schrijft hij columns voor de Volkskrant, waarvoor hij eerder correspondent in Engeland was en verschillende keren de Tour de France versloeg. Voor Nieuw Licht schreef hij het essay ‘Vals spel‘.
- Maarten Ducrot (1958) is een voormalig Nederlands profwielrenner, die na zijn actieve carrière onder meer in dienst trad als wielercommentator bij de NOS. Daarnaast is hij founder van de CoWorkFactory, waarmee hij leidinggevenden begeleidt bij het leiden van transities in hun eigen organisaties
Nieuw Licht
Frank Meester en Coen Simon, filosofen, bedenkers en de moderatoren van Nieuw Licht, gaan met Bert Wagendorp, verschillende gastsprekers en de zaal in gesprek.
Deze keer doen ze dat naar aanleiding van het bekende werk ‘Homo Ludens‘ van de Nederlandse historicus, filosoof en antropoloog Johan Huizinga (1872-1945).
Huizinga zag het spelelement als een belangrijk onderdeel van cultuur en samenleving, en als noodzakelijke voorwaarde voor het voortbrengen van cultuur. Hij waarschuwde daarom ook voor de toenemende professionalisering van een van de belangrijkste vormen van spel, sport:
'In de sport hadden we te doen met een activiteit, die bewust en erkend is als spel, die evenwel is opgevoerd tot zulk een graad van technische organisatie, materiële uitrusting en wetenschappelijke doordachtheid, dat in haar collectieve en publieke uitoefening de eigenlijke stemming van het spel dreigt teloor te gaan.'
Uit: Homo ludens (1938), Johan Huizinga.