Leesfragment: Liefdevolle rivaliteit

30 september 2018 , door Doeschka Meijsing en Geerten Meijsing
| | |

4 oktober verschijnt Liefdevolle rivaliteit, de opgenomen brieven die Doeschka Meijsing en Geerten Meijsing aan elkaar schreven. Lees hier alvast de eerste pagina's.

Het is september 1979 en Geerten Meijsing staat op het punt zich in het buitenland te vestigen. Sinds het moment dat ze debuteerden, zijn Doeschka Meijsing en haar broer elkaars concurrent geweest in de letteren. In Liefdevolle rivaliteit zijn de brieven opgenomen die ze vanaf 1979 aan elkaar schreven. Nop Maas, die eerder onder meer het oorlogsdagboek van Hanny Michaelis en brievenuitgaven van Gerard Reve en Geert van Oorschot bezorgde, annoteerde de brieven.

N.B. Eerder publiceerden we voor uit Doeschka Meijsings Hoe verliefd is de lezer en En liefde in mindere mate. Simone van Saarloos besprak voor ons Het kauwgomkind.

 

Les Pyrenées [Prentbriefkaart, ± 9 augustus 1979]

Hartelijk gefeliciteerd!

Doeschka
Gerda

ps. Is er in VN al een recensie v. Michael v. Mander verschenen?
Krijg je er eindelijk iets over te horen. Of zwijgt men beschaamd?

Doeschka Meijsing was met haar toenmalige partner Gerda Meijerink (1939-2015) met vakantie en stuurde haar broer een gelukwens met zijn verjaardag op 9 augustus. * Doeschka vormde samen met Carel Peeters de eindredactie van de toen nog maandelijkse Boekenbijlage van Vrij Nederland (andere redacteuren van de Boekenbijlage waren Rein Bloem (1932-2008), Rinus Ferdinandusse en Gerrit Komrij (1944-2012)). Recent was onder het pseudoniem Joyce & Co. Geertens tweede roman Michael van Mander verschenen.

*

Amsterdam 22 aug 79

Lieve Geerten,
Als ik niks doe, gebeurt er ook niks. Voor mijn vakantie maakte ik een boekennummer waarvoor ik Gerrit Komrij een tweede keer opbelde om te vragen of hij Michael van Mander wilde bespreken. Hij zou het doen. Ik kreeg echter niets binnen.
Tijdens mijn vakantie is er weer een boekennummer verschenen, door Carel in zijn eentje gemaakt.
Ik merkte dat Carel niets aan Michael van Mander gedaan had. Waarom dat is weet ik niet. Laksheid, schroom tegenover Gerrit Komrij, of instinctieve afkeer van de veronderstelde pretenties bij Joyce & Co, ik weet het niet.
Hoewel ik het een tamelijk lastige, en ook wel vernederende situatie vind om als je zuster voor de derde maal bij Gerrit aan te kloppen, heb ik het toch weer gedaan. Ik had hem al een keer gesuggereerd dat ik het boek ook aan iemand anders kon geven. Dat wilde hij toen niet, hij wilde dat nu ook weer niet. Hij beloofde het boek dit keer te bespreken. Hij voelde zich ook wat gegeneerd omdat het al de derde keer was en omdat hij zolang niets voor de Boekenbijlage gedaan had.
Als het dus dit keer lukt, verschijnt de bespreking in het boekennummer dat verschijnt op woensdag 19 september. Nu hoef je dus niet elke week in spanning te zitten, en kun je die datum afwachten. Mocht ik de week daarvoor wéér niets van Gerrit binnenkrijgen (wat ik niet geloof, hij was tamelijk positief ) dan laat ik het je weten en gaat het boek ter bespreking naar iemand anders. Het wordt dus in ieder geval besproken, maar zowel jij als ik hopen natuurlijk op Komrij.
Je ziet, ik doe wat ik kan, ik steek m’n nek uit en ik dram door. Ik vind namelijk dat het een uitgebreide bespreking verdient.
Het beste, veel liefs,
Doeschka

Gerrit Komrij had in Vrij Nederland van 1 maart 1975 een heel positieve bespreking geleverd van Erwin (1974), de eerste roman van Geerten Meijsing, die onder het pseudoniem Joyce & Co. was verschenen.

*

Donderdag 27 september 79

Lieve Geerten,
Op de vooravond van je vertrek naar Italië, even van mij een afscheidsgroet. Ik vind het een beetje droevig dat je gaat. Maar misschien zien wij elkaar in Lucca vaker dan in Nederland. Je zult daar in ieder geval schrijven en dat is benijdenswaardig.
Je boek wordt mooi gevonden. Niet alleen mocht ik dat persoonlijk horen van Jeroen Brouwers en Tom van Deel, ook sprak ik afgelopen maandag Maarten ’t Hart die uit zichzelf begon te zingen dat hij Michael van Mander zo prachtig vond. Hij staat te trappelen om het voor ons te mogen bespreken. Morgen is Gerrit K. op vergadering bij ons, dan wordt dat dus geregeld.
Je zult zien, het komt. Teveel mensen vinden het namelijk een erg goed boek. Het verdwijnt niet zomaar. Het is ook niet hetzelfde als met de boekjes van Sjoerd Kuyper e.d. Het heeft alleen een iets langere adem nodig. Ik stuur het je toe.
Ik hoop dat het je goed gaat in Lucca, dat je zult leven zoals het enigszins in overeenstemming met je is. Wij komen in ieder geval langs. Hou je goed en schrijf mooie dingen. En berg de herinnering aan vroeger goed op, zodat ze niet door een openstaande deur ontsnapt.
Glück Auf!
Doeschka

Geerten Meijsing verhuisde naar Arsina in Italië, waar hij een vervallen boerderij had gehuurd. Arsina ligt in de buurt van Lucca. * Van Sjoerd Kuyper was in 1979 de verhalenbundel De glazen kamer verschenen; deze werd door Frans de Rover besproken in de Boekenbijlage van 22 september 1979.

*

24 oktober 79

Lieve Geerten,
Veel dank voor je verjaardagsbrief. Dinsdag lag hij op de mat, dus heel redelijk op tijd. Ik had van Erna gehoord dat er veel nog niet gebeurd was aan je woning. Ik hoop dat het snel in orde komt, want het lijkt me tamelijk deprimerend, ook al is de heuveltop mooi.
Ik stuur je de Boekenbijlage op met het artikel van Maarten ’t Hart over Joyce & Co. Het is niet zo’n best stuk. Ik vind dat hij weer zit te ouwehoeren over zijn eigen arme jeugd, en eigenlijk maar één aspect aan je boek ziet en alle andere dingen niet. Zoals zo vaak vallen ’t Harts stukken tegen. Maar goed, de mensen zeggen: gôh, Maarten ’t Hart vindt dat boek van Joyce & Co prachtig, dat moeten we dus ook maar eens lezen.
Ik doe ook nog bij deze brief een gekopieerde bladzijde van een pamflet van 80 pagina’s van de hand van Jeroen Brouwers, waarin hij te keer gaat tegen de situatie in de laatste tien jaar Nederlandse Letteren, een situatie die gekenmerkt wordt door lolbroekerij en onwetendheid. Brouwers richt zich tegen Guus Luijters en alles wat daarmee ook maar enigszins verband houdt. Het pamflet komt in een dubbelnummer van Tirade op 15 november uit. Ik stuur je er een bladzijde uit die over Joyce & Co handelt.
Je moet trouwens maar zeggen als er dingen zijn die ik op moet sturen. Voor de rest houd ik je op de hoogte van alle woordbroekkakkerij die in het vaderland over Joyce & Co gespuid wordt.
Groet Kees, veel sterkte en liefs van mij.
Doeschka

Doeschka was op zondag 21 oktober 32 jaar oud geworden. * Erna Trossèl was de echtgenote van Joep Meijsing (1946-2018), de oudere broer van Doesch ka en Geerten. * Maarten ’t Hart besprak Michael van Mander in Vrij Nederland van 20 oktober 1979 onder de titel ‘Lof der vriendschap’. * Het pamflet De Nieuwe Revisor van Jeroen Brouwers verscheen als nummer 250 van het tijdschrift Tirade. De passage over Joyce & Co. komt voor in een oorwassing van Parool-criticus Wim Sanders: ‘Zo werd onlangs door Wim Sanders bij voorbeeld het schrijverschap van Joyce & Co. achter prikkeldraad eingesperrt. De omvangrijke kunstroman Michael van Mander (1979) door Joyce & Co, een prozavuurwerk van klappers en sissers dat in ieder geval getuigenis geeft van een schrijverschap waarnaast de zielige zijdelingse woordbevlekking van Wim Sanders zoveel vertegenwoordigt als een omgekeerde bloempot naast de Dom van Keulen, dacht Wim Sanders volledig bevoegd te zijn een “aardige mislukking” te noemen.’ * In Arsina werkte Geerten toen nog samen met Kees Snel (1951-2010), die opereerde onder het pseudoniem Keith Snell.

*

[...]

© 2018 Doeschka Meijsing en Geerten Meijsing

pro-mbooks1 : athenaeum