Leesfragment: Vrijwillig naar Auschwitz

09 januari 2020 , door Jack Fairweather
| | |

Jack Fairweather heeft de Costa Biography Award 2019 gewonnen met Vrijwillig naar Auschwitz (The Volunteer). Update 28 januari: het is het Costa Book of the Year geworden, het beste van alle categorieën! We publiceren een fragment uit het eerste hoofdstuk.

De Poolse vrijheidsstrijder Witold Pilecki was een van de grootste helden uit de Tweede Wereldoorlog. Dit is zijn verhaal.

Als de enige persoon die zich ooit vrijwillig naar Auschwitz heeft laten sturen, leidde Pilecki jarenlang een campagne om nazibewakers te saboteren en te vermoorden. Hij wist op dramatische wijze te ontsnappen, terwijl hij bewijs van de Holocaust naar de westerse mogendheden smokkelde en hen waarschuwde voor de wreedheden in de nazivernietigingskampen. Al het bewijs van Pilecki leek verloren gegaan - tot 2012, toen zijn ongelofelijke ooggetuigenrapport werd teruggevonden in een stoffig archief. Dit is het eerste volledige verhaal van zijn wonderbaarlijke reis, gebaseerd op exclusieve familiedocumenten en recentelijk vrijgegeven dossiers, evenals op ongepubliceerde getuigenissen van de vechters uit het kamp om te laten zien hoe hij honderdduizenden levens heeft gered.

Vrijwillig naar Auschwitz is een nog niet eerder verteld, waargebeurd verhaal over ontsnapping en heldendom, de gruwelen van de Tweede Wereldoorlog en Auschwitz, en het vermogen van één man om de loop van de geschiedenis te veranderen.

 

1

Invasie

KRUPA, OOST-POLEN
26 AUGUSTUS 1939

Witold stond op de trap voor het landhuis en keek naar de stofwolk die werd achtergelaten door de auto die over de lindelaan in de richting van de binnenplaats kwam rijden, waar hij in een witte wolk naast de knoestige paardenkastanje tot stilstand kwam. De zomer was zo droog dat de boeren overwogen water op het graf van een verdronken man te gieten of de ploeg door een maagd te laten trekken om het te laten regenen, wat de traditie was in Kresy, het oostelijke grensgebied van Polen. Uiteindelijk had een enorme onweersbui alles wat er van de oogst over was platgeslagen en de ooievaarsnesten van hun palen geblazen. Maar Witold maakte zich die augustus geen zorgen om graan voor de winter.
De radio vertelde krakend over Duitse troepen die zich aan de grens verzamelden en Adolf Hitlers dreigement territorium terug te nemen dat na de Eerste Wereldoorlog aan Polen was gegeven als lebensraum in het oosten. Hitler was van mening dat het Duitse volk gevangenzat in een grimmige strijd om hulpbronnen met andere volkeren. Slechts door de ‘vernietiging van Polen en zijn vitale bronnen’, zo zei hij op 22 augustus tegen zijn seniorofficieren in zijn verblijf in de Obersalzberg, kon het Duitse ras groter worden. De volgende dag had Hitler een geheim niet-aanvalsverdrag met Josef Stalin ondertekend waarin het oosten van Europa aan de Sovjet-Unie werd overgedragen en het grootste deel van Polen aan Duitsland. Als de plannen van de Duitsers zouden lukken, zouden Witolds huis en land worden ingenomen en Polen óf worden gereduceerd tot een vazalstaat dan wel geheel te gronde worden gericht.
Een soldaat stapte uit de stoffige auto met orders voor Witold om zijn mannen bijeen te roepen. Polen had de massamobilisatie van een half miljoen reservisten geordonneerd. Witold, tweede luitenant bij de reservecavaleristen en lid van de plaatselijke adel, had 48 uur om zijn eenheid bij de barakken van het nabijgelegen stadje Lida aan te leveren voor een troepentransport naar het westen. Hij had die zomer zijn best gedaan om negentig vrijwilligers te trainen, maar de meesten van zijn mannen waren boeren die nog nooit oorlog hadden gezien of in razernij hadden geschoten. Meerderen van hen hadden geen paard en waren van plan de Duitsers op de fiets te lijf te gaan. Het was Witold in ieder geval gelukt hen te bewapenen met Lebel 8mm grendelgeweren.
Witold trok snel zijn uniform en rijlaarzen aan en pakte zijn Vis pistool uit een emmer in de oude rookkamer, waar hij het had verstopt nadat hij zijn achtjarige zoon Andrzej het eerder die zomer op zijn zusje had zien richten. Hij dacht aan zijn gezin. Zijn vrouw Maria was met de kinderen naar haar moeder, die in de buurt van Warschau woonde. Ze moesten naar huis komen. Ze zouden in het oosten, ver weg van Hitlers aanvalslinie, veiliger zijn. Witold hoorde dat de staljongen bezig was zijn favoriete paard, Bajka, op te zadelen, en hij nam even de tijd om zijn kakikleurige uniform recht te trekken voor de spiegel in de gang, die naast vervaagde afbeeldingen hing van glorieuze maar gedoemde opstanden waarin zijn voorvaderen hadden gevochten. Hij was achtendertig, van gemiddelde bouw en lengte, ingetogen aantrekkelijk met lichtblauwe ogen en donkerblond haar dat van zijn hoge voorhoofd was gekamd. De natuurlijk vorm van zijn mond maakte dat hij altijd een halve glimlach had. Hij gedroeg zich zo gereserveerd en kon zo goed luisteren dat mensen soms dachten dat hij een priester of goedbedoelende bureaucraat was. Hij kon warm en uitbundig zijn, maar vaker dan dat wekte hij een terughoudende indruk. Hij eiste veel van zichzelf en kon dat ook van anderen doen, maar hij ging nooit te ver. Hij vertrouwde anderen en zijn stille zelfverzekerdheid spoorde anderen aan hun vertrouwen in hem te stellen.

Als jonge man had hij kunstschilder willen worden en hij had aan de kunstacademie in Vilnius gestudeerd, maar hij had in de tumultueuze jaren na de Eerste Wereldoorlog zijn studie opgegeven. Polen had zich in 1918 onafhankelijk verklaard van de puinhopen van het Russische, Duitse en Oostenrijks-Hongaarse rijk, maar het was vrijwel direct daarna binnengevallen door Sovjet-Rusland. Witold had met zijn verkenningstroep tegen de bolsjewieken gestreden en had gevochten in de straten van Vilnius. In de onstuimige dagen na de overwinning voelde Witold niet de behoefte om zijn schilderspenseel weer op te pakken. Hij werkte een tijdje als klerk in een militair depot en bij een boerenunie. Toen zijn vader in 1924 ziek werd nam hij door eer gebonden het vervallen landgoed van zijn familie over, Sukurcze, inclusief het vervallen landhuis, overwoekerde boomgaarden en 222 hectare tarwevelden.

Witold was plotsklaps de hoeksteen van de plaatselijke gemeenschap geworden. Boeren uit het dorp Krupa werkten op zijn velden en vroegen hem advies over hoe ze hun land het beste konden verbouwen. Hij zette een zuivelcoöperatief op om hun betere prijzen te garanderen, en nadat hij een groot deel van zijn erfenis aan zijn geroemde Arabische merrie had uitgegeven richtte hij de plaatselijke reserve-eenheid op. Hij leerde zijn vrouw Maria in 1927 kennen toen hij het decor voor een toneelstuk in het nieuwe schoolgebouw in Krupa aan het schilderen was en maakte haar het hof met bossen seringen die hij haar presenteerde via haar slaapkamerraam. Ze trouwden in 1931 en nog geen jaar later werd hun zoon Andrzej geboren, twaalf maanden later gevolgd door Zofia, hun dochter. Het vaderschap bracht Witolds verzorgende kant naar boven. Toen Maria na de bevalling van Zofia bedrust moest houden zorgde hij voor de kinderen. Later leerde hij hun paardrijden, en zwemmen in de vijver bij het huis. ’s Avonds voerden ze als Maria uit haar werk kwam toneelstukjes voor haar op.

Ondanks zijn rustige gezinsleven ontging de politieke onrust die in de jaren dertig door het land raasde hem niet, en Witold sloeg die bezorgd gade. Polen was een groot deel van zijn duizendjarige geschiedenis een van de meest pluralistische en tolerante samenlevingen geweest. Het land dat in 1918 na 123 jaar onzelfstandigheid was ontstaan had echter moeite moeten doen om een eigen identiteit te vormen. Een generatie van nationalistische leiders die na de crisis van de jaren dertig aan de macht was gekomen stond met steun van de kerk een in toenemende mate krapper wordende definitie van Poolsheid voor die op etniciteit en katholicisme was gebaseerd. Groepen die streden voor meer rechten voor Oekraïense en Wit-Russische minderheden werden ontbonden of onderdrukt terwijl joden – ongeveer een tiende van de Poolse vooroorlogse bevolking – als economische rivalen werden gezien, in het onderwijs en de zakelijke wereld werden gediscrimineerd en onder druk werden gezet om te emigreren. Enkele nationalisten namen het heft in eigen handen en gingen over tot een boycot van Joodse winkels en de aanval op synagogen. Raddraaiers in Lida vernielden een Joodse banketbakkerij en een advocatenkantoor. Het centrum van de stad stond vol dichtgetimmerde winkels van joden die het land waren ontvlucht.

Witold hield niet van politiek en de manier waarop politici verschillen uitbuitten. Zijn familie stond de oude orde voor, toen Polen onafhankelijk en een baken van cultuur was geweest. Dat gezegd hebbende was hij wel een man van zijn tijd en sociale klasse. Het is waarschijnlijk dat hij een paternalistisch beeld van de plaatselijke Poolse en Wit-Russische boeren had en tot op een bepaalde hoogte de heersende antisemitische denkbeelden deelde. Maar uiteindelijk omvatte zijn gevoel voor patriottisme elke groep of etniciteit die voor Polen streed. Witold wist dat iedereen zich moest verenigen om weerstand te kunnen bieden aan de nazidreiging.

© 2019 Jack Fairweather
© 2019 Nederlandse vertaling Uitgeverij Prometheus en Titia Ram
Lithografie afbeeldingen Marc Grijzen

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum