Leesfragment: Wie de rechtvaardigen zoekt

01 september 2020 , door Richard Osinga
|

Wie de rechtvaardigen zoekt van Richard Osinga staat op de longlist voor de Boekenbon Literatuurprijs 2020, de hoogste tijd voor een fragment!

Op de Joodse begraafplaats van Worms staart een oude vrouw in gedachten verzonken naar twee graven. De stadsgids die haar begeleidt, vertelt dat onder een van de grafstenen Alexander Susskind ligt, een dertiende-eeuwse koopman die volgens de overlevering de eerste van zesendertig Rechtvaardigen was. En dat een oude joodse legende zegt dat de wereld niet vergaat zolang er nog een van die Rechtvaardigen rondloopt.

De vrouw glimlacht vriendelijk en zegt: 'Ik kende Alexander, lang geleden.' Het is het begin van een haast Bijbelse vertelling waarin schijnbaar doodgewone stervelingen een hoofdrol vervullen. Langzaam maar zeker wordt zichtbaar hoe zij, over de grenzen van tijd en ruimte heen, met elkaar verbonden zijn.

 

36
Wie een gedicht wil verwezenlijken

Xin Ai vraagt zich af of je nog kunt zien dat ze heeft gehuild. Ze draagt meer mascara dan normaal en ze heeft haar lenzen verruild voor een Versace-bril. Ze glimlacht gemaakt naar zichzelf in de spiegel. De kuiltjes waar haar vader zo vrolijk van werd verschijnen. Haar Hello Kitty-blik, zoals Trevor het noemt. Ze laat de glimlach los en begint haar make-up terug op haar plankje te zetten.
Trevor en Chaz zitten beneden met hun telefoon te pielen terwijl op de oled-tv een documentaire van National Geographic te zien is. Het geluid staat uit, een ranger leunt tegen een pick-uptruck vol dode vogels. Hij spreidt de vleugels van een van de beesten en houdt hem voor de camera.
‘Hey Xin! Hoe gaat-ie met m’n meissie?’ roept Trevor van de bank. Zij lijken niets aan haar te zien, dan zal Vasili zeker niets merken.
‘Prima, met jullie?’
‘Wat voor vraag is dat? Het is vrijdag!’ Boks, high five, dikke smile.
‘Wat kijken jullie?’
‘Geen idee eigenlijk,’ zegt Chaz terwijl hij verbaasd naar het scherm kijkt. ‘Het ziet er wel smerig uit.’ Hij pakt de afstandsbediening en zapt naar MTV. Muziek uit de jaren tachtig. MC Hammer danst geluidloos in een harembroek over het scherm.
‘Jij ziet er strak uit, ga je stappen?’ vraagt Trevor. ‘Ik ga wat eten met Vasili.’
‘Waar ga je heen?’ vraagt Chaz.
‘Umami Burger.’
‘Die burgerjoint op University Avenue? Dat is suf! Kan die gast je niet meenemen naar een of andere chique tent? Als wij tweeën op een date zouden gaan dan liet ik een Uber Black voorrijden en nam ik je mee naar die club op Sand Hill Road.’
‘Het is geen date, we gaan alleen...’
‘Als jij het zegt,’ zegt Trevor.

Vasili staat op de stoep te wachten. Xin vermoedt dat het uit een soort ouderwetse, misschien Oost-Europese beleefdheid is dat hij het restaurant niet binnengaat voor zij er is.
Hij draagt een licht kamgaren colbert over een donkerblauwe polo, een nette kaki broek en Nikes. Ze begroet hem met een kus in de lucht net naast zijn wang. Hij heeft een nieuw merk aftershave.
Bestellen bij Umami is simpel: een hamburger met parmesan crisp, shiitakes, langzaam geroosterde tomaat, gekaramelliseerde ui en ketchup van het huis. Patat met truffelaioli, twee IPA’s en je bent klaar. Het gesprek op gang brengen gaat minder eenvoudig. Xin wil het nog niet hebben over wat er vanmiddag is gebeurd, en ze luistert ook maar half naar wat Vasili vertelt over AlphaGo.
‘Het fascinerende is dat de zetten die AlphaGo doet, door de menselijke go-experts afgedaan werden als verkeerde beslissingen. Ze leverden vreemde stellingen op waaruit geen duidelijk voordeel te halen was, maar uiteindelijk bleken het briljante nieuwe strategische moves die geen mens ooit had kunnen bedenken, omdat alle go-spelers geleerd hebben niet buiten de gebaande paden te treden.’
Waarom raakt het haar zo dat haar project gecanceld is? Ze weet dat dit is zoals het gaat en zoals het moet gaan. Het is eenvoudig om funding te krijgen voor een spannend idee, maar als het niet voldoende oplevert dan gaat de stekker eruit. Fail fast, is het devies.
‘Ken je Nishank Gopal?’ vraagt Vasili na de eerste slok van de IPA.
‘Ik geloof het wel. Hij zit toch nog bij Google?’
‘Ja, die gast is nooit weggegaan. We zaten samen bij Search Quality, way back. Hij zit nu in het team van Google Translate.’
Vasili praat verder over dingen die haar nu even niet interesseren, zoals sequence-to-sequence mapping, dense latent space en variational autoencoders. Hij glundert terwijl hij een voor een de frietjes in de aioli doopt. ‘Ze zijn nog aan het testen, maar volgens Nishank is het echt een enorme doorbraak. Je moet je voorstellen, ze projecteren zinnetjes uit allemaal verschillende talen in een ruimte met weet ik hoeveel dimensies. En als de zin “der Mond ist rund” vlak bij de zin “de maan is rond” ligt, dan betekenen ze ongeveer hetzelfde.’
Hoewel ze de technische uitleg half gemist heeft, intrigeert deze laatste opmerking haar. ‘Zou je op een vergelijkbare manier ook hele boeken kunnen opslaan in een n-dimensionale ruimte?’
‘Paar duizend dimensies erbij en ja, dan kan het. Maar waarom?’
‘Ken je de bibliotheek van Babel, van Borges?’ vraagt Xin.
‘Hm dat klinkt niet als een nieuwe JavaScript-bibliotheek.’
Ze glimlacht beleefd. ‘Het is een verhaal. Het gaat over een bibliotheek waarin alle mogelijke boeken voorkomen. De meeste boeken zijn compleet waardeloos of gevuld met onzin, maar elk meesterwerk dat ooit geschreven is, of ooit geschreven zal worden, heeft er ook een plaats. Maar naast bijvoorbeeld de echte Quichot vind je er ook talloze varianten met kleine fouten of wijzigingen. Alle boeken bevinden zich in kasten die langs de wanden van zeshoekige kamers staan, zonder duidelijke ordening...’
‘Wacht, is dat niet van Terry Pratchett?’
‘Ik ken Terry Pratchett niet, maar als hij hier ook over schrijft, denk ik dat hij het idee van Borges heeft overgenomen. Het thema van de oneindige labyrintische bibliotheek komt ook voor bij Umberto Eco, in De naam van de roos.’
Xin wil verder vertellen, maar Vasili onderbreekt haar: ‘O, maar je moet Pratchett lezen. Discworld is megagoed! Ik dacht dat jij zo van lezen hield, en dan ontdek ik dat je Pratchett niet kent.’
Xin glimlacht. ‘Het is niet mogelijk alles gelezen te hebben. Als jij zegt dat Pratchett de moeite waard is, zal ik iets van hem lezen.’ Het duurt even voor ze de draad van haar betoog weer vindt. ‘Ik moest net aan de oneindige bibliotheek van Borges denken, omdat de benadering van Gopal op een manier die Borges niet had kunnen voorspellen zijn idee verwezenlijkt.’
‘Jij wil wat ze bij Google Translate doen toepassen op boeken,’ zegt Vasili met een scheve glimlach. ‘Wat denk je dat het oplevert?’
Xin laat niet blijken dat de manier waarop Vasili zijn vraag formuleert haar pijn doet. Iets opleveren, dat was de term die Mark gebruikt had vanmiddag. Het is elegant, maar het levert niets op.
Ze neemt een slok bier en zegt: ‘Ik vind het gewoon een mooi idee.’
Ze vindt het meer dan een mooi idee. Dit is waarom haar project zo belangrijk voor haar was. Het is de werkelijkheid die de fictie imiteert. Toen ze haar concept gepitcht had bij Mark, was ze gespannen geweest. Het voelde alsof ze eindelijk iets kon doen dat ertoe deed, alsof ze haar lotsbestemming had gevonden. Mark had haar met een scheve glimlach toegeknikt en toen ze haar laptop dichtklapte, had ze het eigenlijk al geweten. Ze zou funding krijgen voor haar project. Ze had haar eigen project en het was precies waarin zij uitblonk. Literatuur, filosofie en big data die hand in hand gingen.
En nu was het afgelopen.
Einde droom.
Natuurlijk voelt ze zich rot.
Ze zucht en kijkt naar haar geelgelakte nagels. Is dat het? Is dat de enige reden dat ze nu baalt?
Gaandeweg was ze ervan overtuigd geraakt dat ze met iets groters bezig was dan het verwezenlijken van fictie. Het voelde alsof ze iets echts op het spoor was. Alsof ze met behulp van big data de structuur van de maatschappij aan het blootleggen was. De manier waarop de wereld werkt. Ze was werkelijk gaan geloven in het idee waar het allemaal mee begon. Het idee dat er rechtvaardigen zijn, personen die elkaar niet kennen, die zonder het te weten de wereld in stand houden. Ze had zich ingebeeld dat zij die met behulp van big data kon opsporen.
Niet dus.

[...]

 

© Richard Osinga 2019

pro-mbooks1 : athenaeum