Leesfragment: Dit Amerika

12 januari 2021 , door Jill Lepore
| | |

15 januari verschijnt Jill Lepores Dit Amerika. Pleidooi voor een betere natie (This America, the Case for the Nation, vertaald door Rob Kuitenbrouwer). Wij publiceren voor.

Dit Amerika is een vervolg op Deze waarheden, Jill Lepore’s veelgeprezen geschiedenis van de Verenigde Staten. In een tijd van grote wanhoop over de toekomst van de democratie, is dit boek een vurig pleidooi voor de waarden waarop het land gebouwd is. Nu gevaarlijke vormen van nationalisme in opkomst zijn, verwerpt Lepore het nationalisme door zijn lange geschiedenis uit te leggen, en de geschiedenis van het idee van ‘de natie’ zelf. Tegelijkertijd roept ze op tot een ‘nieuw Amerikanisme’: een genereus patriottisme dat een eerlijke afrekening met het verleden van de Verenigde Staten vereist.

N.B. Eerder besprak Addie Schulte voor ons Lepores If Then, en publiceerden we voor uit Deze waarheden.

 

Dit kleine boekje moet drie zware taken verrichten, dingen die de laatste tijd niet veel zijn gedaan en die naar mijn idee nodig gedaan moesten worden. Het verklaart het ontstaan van naties. Het biedt een beknopte geschiedenis van het Amerikaanse nationalisme. Het geeft de argumenten voor het belang van de natie en voor het blijvende belang van de Verenigde Staten en de Amerikaanse burgerlijke idealen, evenals de argumenten tegen nationalisme en voor liberalisme.
Dit boek, eigenlijk een lang essay, is zowel een analyse als een pleidooi, een afrekening met de Amerikaanse geschiedenis, de natie op haar slechtst, en een oproep tot een nieuw amerikanisme, even nuchter en rondborstig als de natie op haar best.

 

II
Natie en nationalisme

De Verenigde Staten zijn een andere natie dan andere en het nationalisme van de Verenigde Staten is ook anders. Elke natie verschilt van andere: naties definiëren zich aan de hand van hun verschillen, zelfs al moeten ze die verzinnen. Dat maakt deel uit van wat ze tot natie maakt. De wereld is niet altijd ingedeeld geweest in naties en er is geen reden te veronderstellen dat dat altijd zo zal blijven, al was het alleen maar omdat het meest dringende probleem waar de wereld voor staat – klimaatverandering – een planetair probleem is. Een wereld zonder naties is voorstelbaar. In de tussentijd bestaat die wereld niet en is deze wereld er een van naties, daarom is het belangrijk te begrijpen wat naties zijn en ons voor te stellen wat ze kunnen zijn.
Het idee van een natie is erg oud en stamt uit de klassieke oudheid. Het woord ‘natie’ gaat terug op het Latijnse natio, wat ‘geboorte, afstamming’ betekent. Historisch gezien is een natie een volk dat een gemeenschappelijke afkomst deelt. In het Bijbelboek Genesis worden de families die afstamden van de zonen van Noach ‘ingedeeld naar families, talen, landen en volkeren’. Middeleeuwse universiteiten werden naar taal en afkomst ingedeeld in ‘naties’. En in de zeventiende eeuw gebruikten Engelse kolonisten het woord nation om er een volk als de Haudenosaunee mee aan te duiden, een eeuwenoude confederatie van Irokezen die de Engelsen de Vijf Naties noemden. In de loop van de achttiende eeuw begon ‘natie’ iets te betekenen wat nauwer in verband stond met soevereiniteit en macht. ‘Onze wijze voorvaderen hebben Eenheid en Vriendschap tussen de Vijf Naties gevestigd,’ zei Canasatego, een Onondaga-leider, in 1744 tegen Engelse kolonisten. ‘Dit heeft ons ontzagwekkend gemaakt.’
Nationalisme daarentegen is geen erg oud idee. Het is een product van de moderniteit. Het woord ‘nationalisme’ komt pas aan het eind van de achttiende eeuw op en het begrip zelf raakte eigenlijk pas ver in de negentiende eeuw echt in zwang, en toen hoofdzakelijk in Europa. Het betekende de overtuiging dat de wereld is en behoort te zijn ingedeeld in naties, gekoppeld aan een bijzondere emotionele gehechtheid aan je eigen natie.
Mensen verwarren nationalisme soms met patriottisme. Er is niets mis, en van alles goed, aan liefde voor de plek waar je woont en de mensen met wie je woont, of met de wens dat het die plek en die mensen goed gaat. Daarom verwarren we nationalisme gemakkelijk met patriottisme, temeer daar ze ooit min of meer hetzelfde betekenden. Maar in de eerste decennia van de twintigste eeuw, met de opkomst van het fascisme in Europa, begon nationalisme iets anders te betekenen dan patriottisme, iets fellers en gewelddadigers: niet zozeer liefde voor je eigen land als wel haat tegen andere landen en hun volkeren en haat tegen mensen binnen je eigen land die geen deel uitmaken van een etnische, raciale of religieuze meerderheid. Immigratiebeleid is een onderwerp van politiek debat en redelijke mensen kunnen erover van mening verschillen. Maar immigranten haten, alsof ze minderwaardige mensen zijn, is een vorm van nationalisme die niets te maken heeft met patriottisme. Handelsbeleid is een onderwerp van politiek debat en redelijke mensen kunnen erover van mening verschillen. Maar globalisten haten, alsof ze vijanden zijn, is een vorm van nationalisme die niets te maken heeft met patriottisme. Het verwarren van patriottisme met nationalisme is niet altijd onschuldig. Louis Snyder, een docent aan het City College in New York die in de jaren twintig getuige was geweest van de opkomst van het nazisme in Duitsland, heeft in een boek getiteld The Meaning of Nationalism uitgelegd waarom. Nationalisten, merkte hij op, ‘hebben een gevestigd belang bij het vaag houden van hun taal, als dekmantel voor hun doelen’. Aangezien mensen lastig mee te krijgen zijn op een koers van agressie, geweld en overheersing, een koers die offers vraagt uit naam van de natie, doen nationalisten het voorkomen alsof ze juist naar bescherming en eenheid streven en of ze gemotiveerd worden door patriottisme. Dat is een leugen. Patriottisme wordt gedreven door liefde, nationalisme door haat. Het ene voorstellen als het andere is haat voorstellen als liefde en angst als moed.
Het nationalisme, dat in de negentiende eeuw nog in de kinderschoenen stond, is in de eerste helft van de twintigste eeuw uitgegroeid tot een monster – de woede waarop de Führer en de Duce dreven, onverdraagzaam en bruut, gewelddadig en uiteindelijk genocidaal. In het midden van de eeuw joeg de storm van het nationalisme door grote delen van Afrika, Azië en Latijns-Amerika. Europa keerde zich in die decennia juist af van het nationalisme en de ravage die erdoor was aangericht en gaf daarmee Francis Fukuyama aanleiding om in 1989 te beweren dat het nationalisme in Europa ‘van zijn slagtanden ontdaan’ was en dat het nationalisme in andere delen van de wereld niet zozeer een ideologie was als wel een vehikel voor het streven naar onafhankelijkheid. In het westen bleven alleen in de uiterste marges nog politieke figuren over die zichzelf ‘nationalist’ noemden.
Daar kwam vroeg in de eenentwintigste eeuw verandering in, toen nationalisten geen blad meer voor de mond namen. ‘Wij zetten Amerika op de eerste plaats en dat is decennialang niet gebeurd,’ zei Donald Trump in het najaar van 2018 tegen een menigte van zestienduizend mensen op een rally in Houston, Texas. ‘We zorgen voor de verandering een keer voor onszelf, mensen,’ zei hij knikkend. Zijn aanhangers zwaaiden met borden met keep america great en finish the wall. Hij waarschuwde voor een samenzwering, bedoeld om ‘de heerschappij van corrupte, machtsbeluste globalisten te herstellen’. Zijn gehoor joelde. ‘Je weet wat een globalist is, toch? Een globalist is iemand die wil dat het goed gaat met de globe, eerlijk gezegd, en zich niet zo druk maakt om ons land. En weet je wat? Dat kunnen we niet hebben. Je weet, ze hebben een woord, het is op een of andere manier uit de tijd geraakt, en dat is een “nationalist”. En ik zeg je, eigenlijk mogen we dat woord niet meer gebruiken. Weet je wat ik ben?’ Hij klopte zich op de borst. ‘Ik ben een nationalist, oké?’ Zijn gehoor brulde. ‘Ik ben een nationalist!’ Hij verhief zijn stem. ‘Gebruik dat woord! Gebruik dat woord!
De uitgever van het Merriam-Websterwoordenboek meldde dat het aantal onlinezoekopdrachten naar de definitie van het woord ‘nationalism’ tussen de dag van Trumps speech in Houston en de dag erna met 8000 procent was gestegen, zodat het woord in de top tien was beland van meest opgezochte woorden in het jaar 2018. In gesprek met journalisten in het Witte Huis, de dag na zijn speech in Houston, erkende Trump weinig te weten van de geschiedenis van het nationalisme en er ook niet in geïnteresseerd te zijn. Hij zei schouderophalend: ‘Ik vind dat het weer ingevoerd moet worden.’ Ik vind van niet.

 

Copyright © 2020 Jill Lepore
Copyright Nederlandse vertaling © 2020 Rob Kuitenbrouwer/ bv Uitgeverij De Arbeiderspers, Amsterdam

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum