Leesfragment: De bakvis

17 mei 2022 , door Nadia de Vries
|

Dinsdag 24 mei om 18.00 presenteert Uitgeverij Pluim bij Athenaeum Boekhandel op het Spui De bakvis van Nadia de Vries. Je bent van harte welkom - maar nu al kun je een fragment lezen.

Het is precies twintig jaar geleden dat de vader van Distel Nooitgedacht overleed. Als dertienjarig meisje had ze de dood ervaren als een buitenstaander, maar nu, als drieëndertigjarige vrouw, slaat de rouw alsnog toe. De stad keert zich tegen haar, haar bovenburen smeden een snood plan en de meubels in haar appartement beginnen te spreken. Volgens Distel is er maar één oplossing voor deze chaos: ze moet weer een tienermeisje worden. Met behulp van een reeks jeugdfoto’s en een schimmige website roept Distel haar jongere zelf opnieuw tot leven. Maar op het internet blijken plaatjes van meisjes nog een andere betekenis te hebben…

De bakvis is een roman over onschuld en transgressie, over de nasleep van geheim verdriet en over de culturele betekenis van het meisje in de westerse beeldwereld.

 

Sommige dertigers hebben rimpels van het lachen. Ik ben niet een van hen.

Nu ben ik volwassen. Pas sinds kort weet ik dat. Het gebeurde op de dag dat mijn vader precies twintig jaar dood was. Ik liep door het park, ik genoot van mijn heden. Het was lente en de dagen waren lang. Niemand raakte beschadigd door de uitvoering van mijn ideeën. Een man zonder schoenen vroeg of ik kleingeld had.
Aan de ingang van het park stond een fontein. Een moeder had haar kinderwagen ernaast geparkeerd en het betreffende kind vergaapte zich aan het water. De moeder wees naar de stralen die in een onbekend ritme uit de grond schoten. De verrukking was constant. Er hoorden geluiden bij. Het kind was in neutrale kleuren gekleed, maar ik kon zien dat het een meisje was.
Wees altijd voorbereid, had de docent van mijn fotocursus me verteld. In een stad als deze ligt de magie op straat.
Voor mijn camera had ik een tas gekocht van nepkrokodil. Ik droeg hem altijd om mijn schouder. Je wist maar nooit wanneer de magie toesloeg en als je dan geen camera had, tja, daar stond je dan.
Vlak achter de kinderwagen hurkte ik, ik nam mijn positie als observator aan. Een vrouw van in de dertig met goede schoenen wordt doorgaans gezien als onschadelijk. Ik kon doen wat ik wilde en daar maakte ik gebruik van. Mijn camera, die hield ik in de aanslag. Bij de juiste verhouding van schoonheid en ongemak zou ik tot actie overgaan.
De stenen rondom de fontein waren glad, een staat van opperste paraatheid was geboden. Een nat oppervlak en een klein kind gaan niet altijd goed samen. De moeder, ze wist van niets, ze hoorde mijn camera niet eens klikken. Stiekem zou ik van haar kind het mijne maken. Thuis zou ik het meisje op mijn bureaublad zetten.
Zo begon het: mijn gedaantewisseling. Achter de lens van mijn camera veranderde ik in een vuil wezen, met een vuil bestaan om haar heen. De lichtval, aanvankelijk nog lentewaardig, voelde grimmig en bedreigend. De parkieten in de bomen schreeuwden niet meer. De hekken rondom het park, de struiken, het water van de fontein, alles leek van mensenvlees gemaakt en rook al net zo, de wereld was het ongewassen lijf van een vreemde.
Bent u in orde? vroeg de moeder.
De tijd was losgeraakt. Zonder dat ik het doorhad was de moeder naast me komen staan. Ik moest de camera wegstoppen, mezelf onschadelijk maken, de-escaleren. Ik wilde een bevestigend antwoord geven op de vraag die me gesteld werd, maar voordat ik de controle over mijn mond terugwon, voelde ik een oud bekende warmte in mijn kruis. Hurkend achter de kinderwagen, met mijn camera in mijn handen, had ik mezelf ondergeplast.
In de brugklas had ik ooit een lied moeten zingen voor een cijfer. Ik bakte er niets van en al mijn klasgenoten waren getuigen. Het lied dat ik gekozen had ging al mijn kunsten te boven en halverwege was er een lang, instrumentaal stuk, waarop ik had kunnen dansen als ik niet bang was geweest. Daar moest ik aan denken, toen ik daar op de grond zat en mijn schaamte een anker moest zien te geven.
Ja, zei ik tegen de moeder. Jajajajaja.

[…]

 

© Nadia de Vries

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum