Leesfragment: Frans Pannekoek. Prenten en tekeningen

25 juni 2010 , door Marleen Louter, Peter Schatborn
| | |

Morgen, op 26 juni, opent in Museum Het Rembrandthuis de tentoonstelling Frans Pannekoek. Prentkunstenaar, een overzicht van het grafisch werk van Frans Pannekoek (1937). De kleine drogenaaldprenten van Pannekoek tonen Hollandse, Spaanse en Franse landschappen, dieren, motieven uit de natuur, portretten en zelfportretten. Gerard Reve was een groot bewonderaar van Pannekoek, met wie hij in de jaren zestig bevriend was. Pannekoek kreeg voor het eerst landelijke bekendheid door een kort verhaal van Reve onder de titel Veertien etsen van Frans Lodewijk Pannekoek voor arbeiders verklaard.

Deze Nacht een interview met Peter Schatborn, voormalig hoofd van het Prentenkabinet van het Rijksmuseum, die de tentoonstellingscatalogus Frans Pannekoek. Prenten en tekeningen heeft samengesteld.

 

Berglandschap bij Valls met een kale boom, 1968. Ets in bruine inkt. Collectie Frits Lugt, Fondation Custodia, Parijs.
Berglandschap bij Valls met een kale boom, 1968. Ets in bruine inkt. Collectie Frits Lugt, Fondation Custodia, Parijs.

Kunt u iets vertellen over de manier waarop deze tentoonstelling tot stand is gekomen?

‘In 1970 is er in het Institut Néerlandais in Parijs al eens een tentoonstelling gehouden van het grafisch werk van Pannekoek, in combinatie met het werk van Charles Donker. In de jaren daarna kocht Carlos van Hasselt, directeur van de Fondation Custodia, gevestigd in het Hôtel Turgot bij het Institut Néerlandais, ruim 300 prenten en 100 tekeningen. Bij zijn afscheid in 1994 schonk hij de hele collectie aan de Fondation Custodia met het verzoek om door te gaan met verzamelen. Inmiddels is er een mooie collectie bij elkaar, met werk uit alle perioden. In samenwerking met de Hercules Seghers Stichting hebben we aan het Rembrandthuis, dat al een aantal jaren geleden begonnen is met het exposeren van werk van eigentijdse kunstenaars, voorgesteld een tentoonstelling samen te stellen.’

Palingvissers op het IJsselmeer, 1972. Drogenaald. Collectie Frits Lugt, Fondation Custodia, Parijs.
Palingvissers op het IJsselmeer, 1972. Drogenaald. Collectie Frits Lugt, Fondation Custodia, Parijs.

Is Pannekoek daar ook zelf bij betrokken geweest?

‘Omdat hij al lange tijd in Spanje woont was dat niet echt mogelijk, hoewel we hem natuurlijk betrokken hebben bij ons werk en ook bij hem langs zijn geweest om hem van alles te vragen over de prenten. Bij de opening zal hij ook aanwezig zijn.’

Voordat Pannekoek naar Spanje verhuisde kwam hij vaak over de vloer bij Gerard Reve. Kunt u iets vertellen over die vriendschap?

‘Reve en Pannekoek ontmoetten elkaar in de jaren ’60 in Jagtlust, het huis van Fritzi ten Harmsen van Beek. Maar de echte vriendschap ontstond pas later, toen ze beiden in Friesland woonden en Pannekoek vaak bij Reve op bezoek kwam. Uit die tijd dateert ook Brieven aan Frans P.. Reve wilde dat zijn werk in het daglicht werd gesteld en maakte heel enthousiast propaganda voor hem. Na Veertien etsen van Frans Lodewijk Pannekoek voor arbeiders verklaard kreeg het werk van Pannekoek meer bekendheid, en Reve nam hem vervolgens ook mee naar een show van Mies Bouhuys. De volgende dag werd voor ruim 4000 gulden aan prenten van hem verkocht bij uitgever Thomas Rap.’

Wat bewonderde Reve zo in het werk van Pannekoek?

‘In Brieven aan Frans P. schrijft Reve aan Pannekoek: ‘dat ik jouw werk aan de man wil brengen (…) is een zaak van zeer simpel en enkelvoudig Recht’, en: ‘Alleen een groot kunstenaar, of een profeet, kan in een landschap zien wat jij er in ziet.’ Maar wat hem er nu precies in aanspreekt, zegt hij niet zo duidelijk, hoewel hij het in een van zijn brieven wel heeft over de vernislaag die Pannekoek op zijn prenten aanbrengt, die een schilderachtig effect geeft. Reve vond dat prachtig. Waarschijnlijk was het vooral een gevoelskwestie. Reve had ook enkele prenten van Pannekoek bij hem in huis hangen.’


Teigetje, Pamphylia, Frans Lodewijk Pannekoek en Gerard Reve voor het huis van Reve in Greonterp. De hond is de hazewindhond van Pannekoek. (Foto: Henk van Essen)

Verschilt dat van uw visie als kunsthistoricus?

‘Ik vind het in de eerste plaats ook prachtig werk, en ik merk zelfs dat hoe langer ik er mee bezig ben, hoe spannender ik het vind. De prenten van Pannekoek hebben iets volkomen eigens. Het zijn vaak kleine, geconcentreerde werken met een grote intensiteit; eenvoudige onderwerpen, zoals een dode vlinder of een ander diertje, werkt hij heel fijn uit in een fluwelige lijn. Het werk is daardoor expressief en intens, maar doordat hij veel open laat, veel wit gebruikt in het vlak, gaat er ook een suggestieve werking van uit. En hij is gevoelig voor dingen die heel licht en doorzichtig zijn. Er is bijvoorbeeld een prent van een veertje, waarvan je de lichtheid op het papier bijna kunt voelen. Die stofuitdrukking is kenmerkend voor zijn werk. Het werk van Pannekoek is op geen enkele manier een imitatie, terwijl het toch in een traditie staat.’

Zeilvlieger bij Vejer, ca. 1974. Drogenaald. Collectie Frits Lugt, Fondation Custodia, Parijs.
Zeilvlieger bij Vejer, ca. 1974. Drogenaald. Collectie Frits Lugt, Fondation Custodia, Parijs.

Kunt u die traditie toelichten?

‘Een belangrijk technisch voorbeeld voor hem zijn de drogenaaldprenten van de Meester van het Amsterdamse Kabinet uit de vijftiende eeuw. Daarnaast werd hij geïnspireerd door de etsen van de zestiende-eeuwse kunstenaar Hercules Seghers, van wie hij het originele werk bestudeerde in het Rijksprentenkabinet. Die invloed is in zijn vroegste werk, landschappen en zeegezichten uit de jaren zestig, goed zichtbaar. Aan dat vroege werk hebben we dan ook een apart gedeelte van de tentoonstelling gewijd, de prenten uit de periode daarna zijn gerangschikt op onderwerp, zoals landschappen, portretten - onder meer van Reve - en natuurtekeningen. Bijzonder zijn ook de verschillende afdrukken die Pannekoek maakte van eenzelfde plaat, bijvoorbeeld een prent van een roosvenster in een Spaanse kathedraal waarin hij varieert met lichtinval. Kunstenaars als Rembrandt deden dat ook, maar hij is er echt een kampioen in. Het laat zien hoe hij te werk gaat: voortdurend zoekend naar manieren om een onderwerp in beeld te brengen.’

De tentoonstelling Frans Pannekoek. Prentkunstenaar is te zien van 25 juni - 3 oktober 2010 in Museum Het Rembrandthuis. Openingstijden: alle dagen van 10:00-17:00 uur.

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum