Leesfragment: Huisman

27 november 2015 , door Marja Pruis

Morgen in De Groene Amsterdammer, deze nacht al te lezen op Athenaeum.nl: Marja Pruis' recensie van de nieuwe roman van Rachel Cusk, De Bradshaw-variaties, vertaald door Marijke Versluys. 'De Bradshaw-variaties staat vol met dit soort verstilde observaties en onverwachte inkijkjes in de donkerste zielenkrochten, zo pijnlijk vaak, maar ook zo mooi, en altijd intens.'

De samenwerking tussen Athenaeum Boekhandel en De Groene Amsterdammer is versterkt: op de site van De Groene kunt u de besproken boeken direct bij Athenaeum kopen.

 

Huisman

Rachel Cusk is een van de interessantste schrijfsters van dit moment, en misschien ook wel een van de meest deprimerende. Interessant vanwege de intelligente manier waarop ze schrijft over de intieme betrekkingen tussen vrouwen en mannen, ouders en kinderen, en deprimerend om dezelfde reden. Dat laatste is meteen ook het enige wat er in te brengen is tégen haar werk: ze is wel heel erg ernstig, en somber. Haar vorige roman, Arlington Park (2006), was om die reden moeilijk uit te lezen. De blik waarmee ze hierin haar ogenschijnlijk geslaagde vrouwelijke personages naar hun respectievelijke mannen laat kijken, agressief en tegelijkertijd gelaten, is eentonig koud. Het feit dat de vrouwen zelf uit opportunisme de verhoudingen in stand houden, maakt de boel er niet opwekkender op, maar wel dubbelzinniger. Alle mannen kunnen dan wel moordenaars zijn – ‘Ze nemen een vrouw en geleidelijk aan vermoorden ze haar’ –, je kunt van tijd tot tijd wel fijn tegen ze aan leunen. Er zijn geen daders en slachtoffers, we’re into this together, en het is de vraag of er iets anders mogelijk is.

Het onderwerp van haar nieuwe roman, De Bradshaw-variaties, maakte wat dat betreft des te benieuwder. Zoals het in de aankondiging werd gepresenteerd, leek het boek te gaan over rolverwisseling en herverdeling van taken; niet meteen de meest sexy thematiek, maar Cusk zou hier ongetwijfeld een wezenlijke draai aan weten te geven. Inderdaad vormt het feit dat Thomas Bradshaw zijn baan heeft opgezegd om fulltime huisvader te zijn, en zijn vrouw Tonie de kans te geven een lastige bestuurlijke functie te aanvaarden bij de vakgroep Engels aan de universiteit, de harde kern van de roman, tevens de aanjager van frictie. Tegelijkertijd is de roman een verkenning van familieverhoudingen. In de achtereenvolgende hoofdstukken verlegt Cusk haar aandacht naar de verschillende leden van de familie Bradshaw, inclusief de rentenierende (groot)ouders. Er is de oudere, maatschappelijk succesvolle broer Howard, met zijn would be kunstzinnige vrouw Claudia, en de jongste, zoekende broer Leo, met de drankzuchtige Susie aan zijn zijde. Cusk zet ze in de meest onthullende, kwetsbare context neer, namelijk in gezelschap van hun oude ouders en hun jonge kinderen. Dat doet ze met grove, zelfs een beetje vage lijnen, en toch is het resultaat genadeloos en huiveringwekkend precies. Net zoals ze een verhaal vertelt dat niet de naam verhaal mag dragen, daarvoor is haar proza te brokkelig en bevrijdend pointless, terwijl het wel allemaal draait om het feit dat iedereen hardnekkig hangt aan een verhaal.

Prachtig beschrijft Cusk bijvoorbeeld het bezoek dat de ouders van Tonie afleggen bij hun dochter en haar man, die dus sinds kort, tot hun afgrijzen, ‘thuis werkt’. Als ze ’s nachts napiekert over haar dochter bouwt de moeder het verhaal van hun bezoek aan haar op. ‘Ze heeft nog een bepaald woord nodig, de sleutel tot het geheel, een woord dat ze de laatste tijd al een paar keer heeft gehoord zonder het helemaal te begrijpen. Maar ze vertrouwt erop dat dit verhaal het woord zal verklaren, of dat het haar anders tijdens het vertellen te binnen zal schieten. Ze zoekt en zoekt, en eindelijk vindt ze het. Huisman. Ze is tevreden. Ze sluit haar ogen en voelt zichzelf steeds kleiner worden, tot ze verdwijnt.’ De Bradshaw-variaties staat vol met dit soort verstilde observaties en onverwachte inkijkjes in de donkerste zielenkrochten, zo pijnlijk vaak, maar ook zo mooi, en altijd intens.

Rachel Cusk wordt wel gezien als een moderne Virginia Woolf. Het zou een studie op zich waard zijn om de invloed van Woolf te analyseren in de romans van hedendaagse schrijvers als Ian McEwan, Marjolijn Februari, Erwin Mortier en dus ook Rachel Cusk. Voor wat het in het eerste opzicht waard is: wat Cusk met Woolf deelt is de aandacht voor de binnenwereld van haar personages, die niet eens zozeer in conflict is met de buitenwereld als wel er volkomen losgezongen van lijkt. Net als bij Woolf is er sprake van een soort elektrische geladenheid, alleen is het niet direct te vatten waardoor de boel precies onder stroom komt te staan. En net als bij Woolf voel je bij Cusk dat er een permanent analyserende, observerende geest actief is, het type superieure geest dat je er andermaal van doordringt dat er geen ‘waarder’ en meer inzicht biedend literair genre bestaat dan de roman, maar ook het type waarvan je je niet anders kunt voorstellen dan dat het op een dag richting rivier koerst, met stenen in de zakken.

Maar misschien zie ík het nu te somber. Want er valt ook wel wat te lachen bij Cusk, ook in haar nieuwe roman, bijvoorbeeld als de hond des huizes wordt overreden door de voor de vakantie ingepakte auto die met moeite de garage uit wordt gechauffeerd, afgeladen met het voltallige gezin. Met kennelijk welbehagen meet de schrijfster uit hoe de auto over het beest, tot dan een aandachtvretende zenuwenlijder, heen bonkt, eerst met het achterwiel en dan met het voorwiel. Is het heel eventjes ‘Lieve hemel. Wat jammer nou’, al snel overheerst de praktische zin. ‘Als je nagaat hoeveel werk een hond is, hadden ze net zo goed nog een kind kunnen nemen.’

Echt wreed, en moralistisch bovendien, laat Cusk zich aan het eind van de roman zien. De vrijheid die Tonie zich heel eventjes laat smaken, in haar carrière, maar ook op seksueel gebied, wordt op negentiende-eeuwse wijze afgestraft. Waarmee De Bradshaw-variaties kan worden bijgezet in de schier eindeloze reeks romans waarin het overspel van de vrouw haar komt te staan op de ziekte of dood van haar kind. Waarom heeft Cusk deze wending gekozen? Ik tast in het duister. Aan het eind van de roman is de rolverdeling weer als vanouds. Thomas forenst naar zijn werk, terwijl Tonie thuis zit, stil en strak. ‘Het is of ze het verhaal van haar liefde voor hem elke dag weer helemaal moet verzinnen.’ Cusk doet haar reputatie eer aan, want deprimerender kan het echt niet.

 

De  Groene Amsterdammer
Dichters  & Denkers

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum