Leesfragment: Het uur van Zimmerman

20 september 2015 , door Karolien Berkvens
| |

Wij richten in samenwerking met Recensieweb de schijnwerpers op de zes Nederlandse prozadebuten van september, allemaal voorzien van uitgebreide fragmenten.

Op 24 september verschijnt Het uur van Zimmerman, het debuut van Karolien Berkvens. Lees hier een voorpublicatie.

Loet Zimmerman denkt in acht blokken van vijftig minuten. Hij heeft veertig jaar als roostermaker op een middelbare school gewerkt en gaat met pensioen. Op de avond van zijn afscheid berooft een jongen hem van zijn horloge. Deze gebeurtenis werpt zijn gestructureerde bestaan omver en voert hem terug naar een weggeroosterd verdriet uit het verleden: het verlies van zijn vrouw Lucy. Ondertussen raakt Zimmerman ervan overtuigd dat de jongen met de donkere ogen het op hem gemunt heeft. Als zijn zoon noch de politie hem wil helpen, ziet hij zich genoodzaakt het heft in eigen handen te nemen.

 

Zimmerman wordt wakker en realiseert zich twee dingen: hij is gisteravond vergeten de wekker te zetten en hij heeft iets over het hoofd gezien. Iets vreselijks.
Het komt door de agenten, die drukten hem in het ziekenhuis op het hart dat zij het zouden regelen, dat overvallers negen van de tien keer niet geïnteresseerd zijn in huissleutels en dat hij zich geen zorgen hoefde te maken over zijn gestolen portemonnee. En hij heeft zich inderdaad niet meer bekommerd om die verloren sleutel en pasjes.
Daniël heeft zijn sleutel achtergelaten. Zimmermans pinpas is geblokkeerd, de verzekering maakt een nieuwe pas aan en in de bibliotheek en op het Roggeveen Lyceum komt hij niet meer. Maar zijn rijbewijs… In zijn portemonnee zit zijn rijbewijs en op dat rijbewijs - hij heeft nog zo'n mooie van papier - staat zijn adres.
De jongen met de donkere ogen weet waar Zimmerman woont en als hij de sleutel nog heeft, kan hij ongemerkt binnenkomen. Waarom denkt hij hier nu pas aan?
Hij stapt uit bed, negeert de prikkende pijn die de wond op zijn achterhoofd verspreidt. Hij mag geen seconde verliezen en loopt naar de computer.
'Schiet op,' beveelt Zimmerman als hij zijn wijsvinger tegen de startknop gedrukt houdt. Dat apparaat begint altijd te piepen en te blazen, alsof het gedwongen wordt iets onuitvoerbaars te doen.
De zoekterm 'slotenmaker' levert bijna 400.000 resultaten op. De bedrijfsnamen zeggen Zimmerman niks, hij is niet bekend met het slotenmakerscircuit.
Hij klikt op de advertentie waarin een 24-uursservice gegarandeerd wordt. Hoe eerder hij dit verzuim hersteld heeft, hoe eerder hij kan beginnen aan de tuin, de puzzel, de ommetjes, aan de rest van zijn leven.
Ongelooflijk dat hij een hele nacht voorbij heeft laten gaan. Vannacht stond hij in de keuken, bij de achterdeur en zelfs toen dacht hij niet aan zijn portemonnee, niet aan zijn adres, niet aan zijn sleutel. Hij dacht aan de tuin.
Zimmerman laat zich op de leren bureaustoel zakken. Hij is een professional. Hij brengt chaos op orde met acht blokken van vijftig minuten. Tijd is zijn religie.
Blok één wordt vandaag besteed aan het zoeken van een slotenmaker en het maken van een afspraak. Zimmerman toetst het telefoonnummer in. Mogelijkerwijs is de jongen al naar hem op weg.
'Een hele goede morgen, u spreekt met De Sleutelspecialist. Waar kan ik u mee van dienst zijn?' roept een vrolijke vrouwenstem. De stem van de telefoniste en Zimmermans idee van een slotenmaker komen niet overeen en hij overweegt op te hangen. Hij kijkt naar zijn beeldscherm, bij nader inzien vindt hij De Sleutelspecialist geen vertrouwenwekkende naam. Hij heeft echter geen tijd om te twijfelen en dus zegt hij: 'Met Zimmerman, ik heb een nieuw slot nodig.'
'Dan bent u bij ons aan het juiste adres, meneer,' zegt de telefoniste. 'Hebt u inbraakschade, hebt u uzelf buiten gesloten of is uw aanvraag van preventieve aard?'
Zie je wel, het is helemaal niet gek dat hij een compleet blok voor dit klusje gereserveerd heeft.
'Ik wil graag een nieuw slot,' zegt hij. 'Er is haast bij.'
'Mag ik uw postcode en huisnummer?'
Zimmerman geeft zijn gegevens.
'Wat voor type slot had u in gedachten, meneer?' vraagt de telefoniste monter.
Een gezellig slot, nou goed, denkt Zimmerman. 'Een stevig slot,' zegt hij.
'Wij werken voornamelijk met insteeksloten, cilindersloten en oplegsloten.'
'Juist.'
'Daarnaast hebben we een stippensysteem ontwikkeld, waarmee we de inbraakgevoeligheid van de sloten uitdrukken. Onze sloten variëren van één tot vier stippen,' zegt de dame.
'Weet u mevrouw, u bent de specialist en ik wil een bestendig, nieuw slot en verder niets.'
De telefoniste lacht. 'Ik snap het. Ik stuur een van onze beste monteurs en dan komt u er samen wel uit.'
'Hoe laat kan er iemand zijn?'
'Een ogenblikje alstublieft, meneer.'
Zimmerman hoort muziek. Een mannenstem schreeuwt iets over love en stars en truth en sorrow.
'Bedankt voor het wachten, meneer. Onze monteur kan over vijftig tot negentig minuten bij u zijn. Schikt dat?'
Hij had gehoopt op een kwartier.
'Fijn dat u gekozen hebt voor De Sleutelspecialist, wij zijn simpel de beste in sterke sloten,' zegt de telefoniste zonder op zijn bevestiging te wachten.
'Gelukkig maar,' zegt Zimmerman.
'Hebt u nog vragen?'
'Wat is uw naam?'
Even is de telefoniste stil. 'Ik heet Debby,' zegt ze.
Zimmerman pakt een pen en krabbelt haar naam op een blocnote. Als zijn nieuwe slot om wat voor reden alsnog wordt opengebroken, dan weet hij bij wie hij moet zijn.

Twee blokken later heeft Zimmerman een nieuw slot en daalt er een rust in hem neer. Hij mag dan een oude man zijn, dom is hij niet. Hij laat zich niet nogmaals pakken.
Opgelucht heeft hij toegezien hoe een discrete jongeman routineus het slot verving. De man vond het niet erg dat Zimmerman naast hem bleef staan en hij keek niet naar zijn neus die er, in tegenstelling tot wat ze in het ziekenhuis beweerd hebben, afstotelijker uitziet dan gisteren.
Zo'n man mocht zich gerust een specialist noemen.
Hij steekt zijn nieuwe sleutel in zijn nieuwe slot. Open en dicht. Hij is de enige die het recht heeft om dit te doen. Het is zijn voordeur, zijn slot.
Bevrijd van de prangende slotenkwestie, neemt Zimmerman zijn volgende klus ter hand. Op de keukentafel heeft hij de snoeischaar klaargelegd. Na blok vijf zal alles achter de rug zijn.
Geheel tegen zijn gewoonte in begint hij een willekeurige struik te snoeien.
Lucy liep vaak door hun tuintje alsof het bij een paleis hoorde en zij de koninklijke hovenier was.
'We kunnen hier een vijvertje aanleggen,' zei ze een keer dromerig en ze wees naar de hoek naast de achterdeur.
'Een vijvertje?' vroeg hij geschrokken. 'Waar dan? Daar hebben we helemaal geen ruimte voor en bovendien trekt dat allerlei ongedierte aan.'
'Ik heb het over een vijvertje, Loet, niet over een zwembad.'
Hij schudde zijn hoofd, maar Lucy schonk geen aandacht aan zijn bezwaren. Ze ging op haar knieën zitten en rukte vastberaden met haar kleine handen het onkruid uit de grond.
Hij hurkte naast haar neer om haar te helpen. Een uur of twee werkten ze zwijgend zij aan zij. Af en toe gaf ze hem een aanwijzing of vroeg ze hem de vuilniszak open te houden, zodat ze de stapel onkruid, bladeren en takken weg kon gooien.
Aan het einde van de middag verscheen er een tevreden glimlach op haar gezicht. Ze zag er meisjesachtig uit met haar losse haren en rode wangen. Ze trok haar werklaarzen uit en liep naar binnen.
'Het is pas halfvijf,' riep Zimmerman verbaasd uit toen ze met twee glazen witte wijn terugkwam.
Ze haalde haar schouders op. 'We hebben het verdiend, vind ik,' zei Lucy en ze gaf hem een glas.
Zimmerman nam een klein slokje en zette de wijn weg. 'Ik vind het erg vroeg,' zei hij.
Lucy zette haar glas naast het zijne en sloeg haar armen om hem heen. Ze rook naar gras. Ze volgde met haar wijsvinger de frons op zijn voorhoofd en kuste hem. Hij ontspande zich en legde zijn armen om haar middel.
'Het is zeker ook te vroeg om te dansen?' vroeg ze en ze bewoog haar heupen.
'Voor dansen is het veel te vroeg,' zei Zimmerman.
Hij had aan de danslessen gedacht, die hij als vijftienjarige verplicht van zijn ouders had moeten volgen. Omdat zijn partner, de dochter van zijn vaders baas, na de tweede les haar enkel verstuikte, was Zimmerman gedwongen geweest om met de lerares te oefenen. Ze had zijn naam niet kunnen onthouden en hem steevast Klaas genoemd.
'Toe nou, Loet,' drong Lucy aan. 'Het is zo lang geleden dat we gedanst hebben.'
'We staan in de tuin.'
'Wat geeft dat?'
'Er is hier geen muziek.'
'Je kunt doen alsof.'
Lucy begon te neuriën en ze liet haar ene hand in die van Zimmerman glijden en haar andere legde ze op zijn schouder.
Zijn danslerares zou het vreselijk hebben gevonden dat hij zich liet leiden door een vrouw.
Ze zwierden door de tuin, Lucy omzeilde behendig de vuilniszak en de hark en hij probeerde zich over te geven aan haar ritme. Ze drukte haar lichaam tegen het zijne en sloot soms haar ogen.
'Zullen we die wijn nu maar drinken?' vroeg hij toen Lucy een tijdje niet meer neuriede en ze zo goed als stil stonden.
'Eerst nog even draaien,' zei ze.
'Dat is toch meer iets voor Daniël,' zei Zimmerman, maar dit keer was zijn tegenzin gespeeld.
Ze grepen elkaars handen vast en lieten hun lichamen naar achteren hangen. Met korte, vlugge stapjes draaiden ze rond.
'Sneller!' riep Lucy. Ze slaakte een kreet en kneep stevig in zijn handen.
Ze cirkelden uitgelaten door de tuin tot ze duizelig werden en Zimmerman zijn vrouw vastgreep.
Zonder er erg in te hebben heeft hij twee complete struiken uit de grond gerukt. Om hem heen liggen takken en bladeren.
Zijn gezicht is nat. Hij hijgt.
Van de tuin is niets meer over.

 

© Karolien Berkvens en Uitgeverij Lebowski

Uitgeverij Lebowski

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum