De eerste zin van Griet Op de Beecks Komm her, und lass dich küssen, vertaald door Isabel Hessel

29 september 2016
| | | |

In oktober verschijnt Komm her, und lass dich küssen, de Duitse vertaling van Kom hier dan ik u kus van Griet Op de Beeck. Wij vroegen de vertaalster, Isabel Hessel, haar werk toe te lichten.

In oktober verschijnt Komm her, und lass dich küssen, de Duitse vertaling van Kom hier dan ik u kus van Griet Op de Beeck. Wij vroegen de vertaalster, Isabel Hessel, haar werk toe te lichten.

Hoe vertaal je een schrijfster die de taal van zo veel verschillende mensen blijkt te spreken? Griet Op de Beecks debuutroman Vele hemels boven de zevende werd door de pers geloofd, en door 17-jarigen, maar ook door 80-jarigen geliefd. 'Waar ben je al die tijd geweest?,' mocht ze ooit van een dame op leeftijd horen.

Behapbaar en voelbaar

Hoe doe je dat? Als vertaalster heb ik ervoor gekozen, om soms mijn (taal)gevoel te laten prevaleren boven de perfectie, het 'affe', het hypercorrecte. Op de Beecks schrijfstijl in Kom hier dat ik u kus laat zien hoe Mona's gedachten tot stand komen. Dat uit zich in vele 'denk ik dan' en andere vormen van het principe van Kleist 'über die allmähliche Verfertigung der Gedanken beim Reden' (over de stelselmatige vervaardiging van het denken tijdens het spreken). Op de Beeck maakt bijvoorbeeld uitbundig gebruik van de komma die helpt om de gedachtestroom te structureren, onder te verdelen, behapbaar en tegelijk voelbaarder voor de lezer te maken. We volgen haar. Zin voor zin, gedachte voor gedachte, gevoel voor gevoel, stapje voor stapje dieper de tekst en Mona's wereld in. Deze gedachten uiten zich soms in paginalange opsommingen van dingen die Mona leuk vindt of waar ze juist een hekel aan heeft. Deze dingen kunnen erg alledaags zijn, wat het dan weer dichter bij ons als mens en als lezer brengt. Ons echt aangaat.

Allenig

Mona is in deel I van Kom hier dat ik u kus een 9-jarig meisje met een groot gevoel voor taal, een jong iemand met intense gevoelens. De kunst is dan om enerzijds een kind te laten spreken, en anderzijds er rekening mee te houden dat dit kind meer aanvoelt dan het gemiddelde kind en dit ook weet uit te drukken. Een voor die leeftijd ongewoon woord kan dan opeens door de beugel, maar mag grammaticaal weer niet al te netjes zijn. Dan denk ik bijvoorbeeld aan de - enigszins met uitsterven bedreigde - Duitse Genitiv (tweede naamval) die een 9-jarige misschien niet meteen zou bezigen. Als volwassene gebruikt Mona bijvoorbeeld op een gegeven moment het woord 'allenig', dat ik heb vertaald met alleinsam, een samenvoeging van 'alleen' en 'eenzaam', maar dan in het Duits.

Gij, du, Sie?

Een vertaalpremisse is een initiële beslissing, die je neemt voordat je met een bepaalde tekst aan de slag gaat, en die je tijdens het vertaalproces in je achterhoofd houdt. Hoe moest ik nu omgaan met de 'gij', die in het Duits gewoonweg niet bestaat? In het Duits is er zelfs een grotere afstand tussen de du en de Sie. Dit zijn twee vormen die je beslist niet mengt in de Duitse spreektaal, zoals je het soms in Vlaanderen hoort - soms zelfs in één zin.

Ik kon die 'gij' dus niet zomaar verzinnen, maar moest het stellen met de middelen van mijn taal - de doeltaal - om telkens weer zo dicht mogelijk bij hetzelfde effect te komen als in het origineel. 'Gij', dat versta ik als een beladen 'jij'. Die gevoelens zijn niet per se positief of negatief. De gij-vorm legt extra nadruk op de persoon die wordt aangesproken. En die nadruk, die ik niet in één Duits woord kwijt kon, heb ik daarom soms in de zinsbouw gelegd, bijvoorbeeld door een beetje te schuiven. Of door te spelen met de woordkeuze en voor een synoniem te kiezen, dat net iets expressiever is. Heel soms heb ik ook een klein woordje toegevoegd, zo'n woordje dat ik stiekem 'glijcrème-woordje' noem. En ik hoop dat de tekst dit doet: lekker glijden. Gevoelens doen dat tenslotte ook.

Isabel Hessel rondde een master in Germaanse talen af en behaalde een kandidatuur in Pedagogie. Ze vertaalt voornamelijk werk van Vlaamse schrijfsters. Voor haar vertaling van Diane Broeckhovens roman De buitenkant van meneer Jules (Ein Tag mit Herrn Jules) ontving ze in 2001 een werkbeurs van de Robert-Bosch-Stiftung in het Literarische Colloqium Berlin. Onlangs verschenen haar vertalingen Was ich noch weiß (Wat ik nog weet) van Diane Broeckhoven en Wir und ich (Wij en ik) van Saska de Coster. Sinds 2014 maakt Isabel Hessel deel uit van het Brussels vertalerscollectief van Passa Porta, dat de gedichten van de Nationale Dichters van België vertaalt. Kijk voor meer informatie op haar website www.isabelhessel.com.

pro-mbooks1 : athenaeum