De 3 cadeautips van David Veldman

14 december 2021
| | | | | | |

De dagen worden korter, de feestdagen staan voor de deur. Tijd voor de lees- en cadeautips van onze boekverkopers. Wat zijn de beste boeken van 2021? Welke boeken zouden wij zelf graag in onze schoen of onder de kerstboom vinden? Wat zijn de boeken die we iedereen aanraden? Welke tips reserveren we voor onze beste vrienden en vriendinnen? Dit zijn de 3 cadeautips van David Veldman, webshopmanager bij Athenaeum Boekhandel.

1. Luc Panhuysen, Het monsterschip

Ik ben al heel lang fan van Luc Panhuysen. Tot nu toe concentreerde hij zich op de decennia waarin de Republiek op het toppunt van haar macht was. Hij schreef over de gebroeders De Witt, het Rampjaar 1672 en over de vete tussen stadhouder-koning Willem III en de Zonnekoning Lodewijk XIV. (Al die boeken smeken om verfilming, maar dit terzijde.) Met Het monsterschip gaat Panhuysen iets verder terug in de tijd, naar de eerste helft van de zeventiende eeuw.

Op het land is De Republiek dan al een macht om rekening mee te houden. Maar op zee houdt het niet over. De Nederlanden beschikken over een kleine marine met verouderde, slecht onderhouden schepen. En dat is levensgevaarlijk, want nog geen 200 kilometer onder de gloednieuwe marinebasis Hellevoetsluis ligt het geduchte, door de Spanjaarden bestuurde piratennest Duinkerken.

Die Duinkerker piraten brengen de handel en visserij enorme schade toe, bovendien vervoeren ze troepen van en naar Spanje. Admiraal Tromp krijgt de opdracht Duinkerken af te grendelen en de enorme Armada die Spanje op de Nederlanden af stuurt af te stoppen. Dat moet hij doen met een dozijn schepen en een vice-admiraal, Witte de With, die een gruwelijke hekel aan hem heeft.

Panhuysen volgt Tromp als hij onderhandelt in Den Haag over meer troepen en schepen, en hij neemt ons mee aan boord, toont in geuren en kleuren hoe het er daar aan toe ging. Wat aten de zeelieden, waar sliepen ze, was er een wc aan boord.

De finale, de Slag bij Duins, is magistraal beschreven. Spannend als een jongensboek of een Netflix-nagelbijter. Tromp, van wie veel moderne managers nog wat zouden kunnen leren, heeft zijn vloot, die veel kleiner is dan de Spaanse, gedrild tot een dodelijke machine die meer dan opgewassen blijkt tegen de Spaanse overmacht. De eerste zeeslag is een triomf, maar Tromp wil meer. De afgedropen Armada schuilt in Engelse wateren, en Tromps almaar aangroeiende vloot (met de zege in zicht is Den Haag wel bereid schepen te sturen) sluipt er omheen, wachtend op het moment dat de Spanjaarden open zee kiezen en De Republiek de genadeklap kan uitdelen. Hoe zal dat aflopen?

Lees op onze site een fragment.

2. Robbert Roos, Marlene Dumas, e.a., A Poison Tree. Over het werk van Natasja Kensmil

Begin november bezocht ik in Kunsthal KAdE, Amersfoort, een dubbeltentoonstelling met werk van Natasja Kensmil en Sadik Kwaish Alfraji. Beide kunstenaars werken vanuit verhalen. Die van Sadik Kwaish Alfraji spelen zich af in Irak, zijn verloren vaderland. Natasja Kensmils bronnen zijn de geschiedenis en de mythologie.

Ik had een heerlijke middag, dwalend langs schilderijen en video-installaties die me optilden uit de dagelijkse beslommeringen en me allerlei bestaande en nog-niet-bestaande verhalen te binnen deden schieten. Een sprookje van Tonke Dragt, een historische roman van Hilary Mantel of Álvaro Enrigue, een spookverhaal van Valeria Luiselli.

Na afloop kocht ik dit mooi vormgegeven, gebonden overzichtswerk over Natasja Kensmil en haar werk. Het bevat prachtige reproducties en verhelderende essays van onder meer Marlene Dumas en Wieteke van Zeil. Ik ga er eerbiedig mee om, lees soms een stukje, bekijk de schilderijen. Of ik bevoel alleen maar even de geruwde, sprookjesboekachtige voorkant.

3. Hella Haasse, Het woud der verwachting

Vergeet de Grote Drie (en vergeef me mijn stelligheid), Hella Haasse is de grootste schrijver die Nederland in de twintigste eeuw voortbracht. Ze kon alles. Haar korte verhalen zijn even goed als die van Cheever of A.M Homes, haar essays zijn wonderen van eruditie… Bovendien waagde ze zich aan een genre dat maar weinig collega’s aandurfden: de historische roman.

Hella Haasse was nog geen dertig toen ze Het woud der verwachting schreef. Ik was een jaar of twintig toen ik de roman voor het eerst las. Ik studeerde Middeleeuwse Studies, volgde vakken geschiedenis en historische letterkunde, kortom, ik kende de periode die Hella Haasse beschreef vrij goed, en ik was eerlijk gezegd verbijsterd. Dat er een schrijver bestond die zoiets kon! Schijnbaar moeiteloos wekte Hella Haasse de eerste decennia van de vijftiende eeuw tot leven, schijnbaar moeiteloos leefde ze zich in in een machtige, maar gevoelige edelman die meevecht bij Agincourt, gevangen wordt genomen en vijfentwintig jaar gevangen zit in The Tower, schijnbaar moeiteloos toverde ze het ene na het andere gedenkwaardige personage tevoorschijn – de krankzinnige koning Karel VI, de dichter-dief François Villon.... En dat in een kalme, elegante stijl die dienstbaar was aan het verhaal.

Een boek om stuk te lezen en dan opnieuw te kopen, gelukkig verschijnt er in februari weer een nieuwe editie. Snel reserveren!

 

pro-mbooks1 : athenaeum