Jeroen Brouwers overleden
11 mei 2022Uitgeverij Atlas Contact bericht dat Jeroen Brouwers vandaag, 11 mei 2022, na een kort ziekbed is overleden. Hij is 82 jaar geworden en laat een rijk oeuvre na dat bestaat uit bekroonde en in vele talen vertaalde romans als Bezonken rood, Geheime kamers en Cliënt E. Busken, daarnaast was Brouwers actief als essayist en polemist.
N.B. Lees op onze site een fragment uit Brouwers’ laatste, met de Libris Literatuurprijs bekroonde roman Cliënt E. Busken. Fleur Speet besprak Cliënt E. Busken ook. Eerder publiceerden we voor uit Feuilletons, De laatste deur en Bittere bloemen.
Indische wortels
Jeroen Brouwers werd in 1940 geboren in Batavia in Indië, de toenmalige Nederlandse kolonie. Tijdens de Japanse bezetting zat hij met zijn grootmoeder, moeder en zus opgesloten in een Japans interneringskamp. Later schreef hij over deze periode de roman Bezonken rood, een van de vele hoogtepunten in zijn oeuvre. Over zijn Indische wortels zei Brouwers in 1993 in De Groene Amsterdammer: ‘Mijn verloren paradijs beslaat de hele periode voor mijn derde levensjaar: de tijd waarin je wel bestaat maar nog geen enkel besef hebt van de taal. Waar de taal in je leven komt, begint het denken en op dat moment is het paradijs voorbij. [...] Mensen uit Indië hebben twee karakters. Ik ook, al ben ik er weggegaan op mijn zesde. Vlagen van heimwee. Het is geen sentimentaliteit maar het besef dat je ergens anders vandaan komt.’ Na de oorlog werd het gezin herenigd (Brouwers' vader was geïnterneerd in een kamp bij Tokio) en in 1947 verhuisde Brouwers met zijn moeder naar Nederland, zijn vader volgde een jaar later. Een groot deel van zijn latere jeugd bracht hij door in Rooms-katholieke pensionaten waarin hij vanwege 'onhandelbaarheid' werd ondergebracht. Die tijd vormde de inspiratie voor de roman Het hout (2014).
Een curieuze affaire
Brouwers' debuut als schrijver, de verhalenbundel Het mes op de keel (1964), was een valse start. Het boek werd neergesabeld, onder meer door de toonaangevende criticus Kees Fens. Zijn volgende boek, de roman Joris Ockeloen en het wachten (1967) werd positief ontvangen, maar leidde ook tot een curieuze affaire: Julien Weverbergh, directeur van uitgeverij Manteau, beschuldigde Brouwers van plagiaat. Hij zou het idee voor zijn roman hebben overgenomen uit het onder meer door hemzelf (Brouwers was een tijdje redacteur bij Manteau) afgewezen manuscript van een Vlaamse schrijver, die inmiddels zelfmoord had gepleegd. Brouwers werd vrijgesproken, maar in 2001 werd de affaire wederom opgerakeld door een journalist van De Standaard die al snel moest toegeven dat hij zich had vergist. (Bron.)
Literaire polemieken
Jeroen Brouwers was regelmatig het middelpunt van polemieken. Na verschijning van Bezonken rood (1981) beschuldigde Rudy Kousbroek, die ook in een Japans kamp had gezeten, Brouwers ervan dat zijn roman een opeenstapeling was van leugens en overdrijvingen. Brouwers zie later dat hij die discussie als zinloos beschouwde - hij had een roman geschreven, geen geschiedenisboek - maar hield wel vol dat alles wat hij had beschreven werkelijk had plaatsgevonden. Misschien niet in het kamp waarin hij zat, maar wel in andere Japanse interneringskampen. Overigens werd de roman een groot succes, zowel bij lezers als onder recensenten, in 1995 kreeg Brouwers er zelfs de prestigieuze Prix Fémina Étranger voor. Zelf trok Brouwers ook regelmatig en met verve van leer, bijvoorbeeld tegen 'de jongetjesliteratuur' van de jaren zeventig, en in 2007 baarde hij opzien door de Prijs der Nederlandse Letteren te weigeren, onder meer omdat hij het prijzengeld te laag vond (het bedrag werd nadien opgehoogd).
Een van de grootste stilisten in de Nederlandse literatuur
Hoewel hij de belangrijkste Nederlandse literaire prijs, de P.C. Hooftprijs, nooit ontving, ontbrak het Brouwers bepaald niet aan erkenning. Recensenten roemden hem als als een van de grootste stilisten in de Nederlandse literatuur. Nog in 2021 kreeg hij voor Cliënt E. Busken de Libris Literatuurprijs. Voor Geheime Kamers kreeg hij de de Multatuliprijs, de AKO Literatuurprijs én de Gouden Uil, en voor Het hout ontving hij de ECI Literatuurprijs. Zijn uitgeverij Atlas Contact schrijft over hem: 'Jeroen was niet alleen een heel groot schrijver, een van de belangrijkste schrijvers van ons taalgebied, maar ook een zeer aimabel mens. We zullen hem erg missen.'
Binnenkort verschijnt postuum Brouwers’ autobiografische bundel Alles echt gebeurd.
Foto: Ewoud de Kat