De eerste zin uit Raduan Nassar, Bijbelse landbouw vertaald door Harrie Lemmens

26 oktober 2017
| | | |

Harrie Lemmens vertaalde Raduan Nassars Bijbelse landbouw. Wij vroegen hem de eerste zin toe te lichten.

Een roman, een novelle en een handvol verhalen – ziedaar het hele oeuvre van Raduan Nassar (1935), Braziliaans schrijver van christelijk Jordaans-Syrische oorsprong. Een klein oeuvre, maar het behoort wel tot de top van de Braziliaanse literatuur. De roman, Bijbelse landbouw, beschrijft de worsteling van een jongen om los te komen uit de wurggreep van de familie. Zijn ouders zijn boeren in het binnenland van São Paulo die uit het Midden-Oosten naar Brazilië zijn geëmigreerd om een beter bestaan op te bouwen, met behoud van taal, tradities en rituelen. Terwijl overlevering de eerste generatie houvast biedt om te overleven in de nieuwe omgeving, staat diezelfde overlevering de tweede generatie juist het overleven in de weg. Het is het eeuwige probleem van behoud en aanpassing, dat in onze tijd van diaspora actueler is dan ooit. Het is het verhaal van de Verloren Zoon, verteld vanuit het perspectief van die zoon, André.

Os olhos no teto, a nudez dentro do quarto; róseo, azul ou violáceo, o quarto é inviolável; o quarto é individual, é um mundo, quarto catedral, onde, nos intervalos da angústia, se colhe, de um áspero caule, na palma da mão, a rosa branca do desespero, pois entre os objetos que o quarto consagra estão primeiro os objetos do corpo; eu estava deitado no assoalho do meu quarto, numa velha pensão interiorana, quando meu irmão chegou pra me levar de volta;
De ogen op het plafond gericht, de naaktheid in de kamer; roze, blauw of violet, de kamer is onschendbaar; de kamer is individueel, is een wereld, een kathedraal waar in de tussenpozen van de angst de witte roos van de wanhoop van een ruwe stengel in de palm van de hand wordt geplukt, want tot de dingen die de kamer gewijd maakt, behoren in de eerste plaats die van het lichaam; ik lag op de vloer van mijn kamer in een oud pension in het binnenland toen mijn broer me terug kwam halen;

Punten, komma’s en puntkomma’s

Deze eerste zin van de roman Bijbelse landbouw gaat nog even door: hij beslaat de eerste drie bladzijden (en meteen het eerste hoofdstuk) van deze korte maar stilistisch wonderbaarlijk rijke roman. Nu hoor ik u zeggen: ‘Ho, wacht eens even, maar waar een puntkomma staat, had voor hetzelfde geld een punt kunnen staan.’ En dan geef ik u gelijk, althans voor een deel.

Punten scheiden de zinnen van elkaar, dwingen tot het nemen van een pauze bij het lezen. Dat leidt, als alles goed is, tot een muzikaal geheel van afwisselend lange en korte zetten dat de ademhaling dirigeert (waarbij de ademhaling zowel maestro als orkest is). Komma’s daarentegen hebben het effect van een typemachine die ratelend doorraast. Puntkomma’s houden het midden tussen de twee: je mag wel even ademen, maar wat erna komt, hoort bij het voorafgaande en wel veel directer dan op de manier waarop zinnen bij elkaar horen. Het gaat dus, zoals vrijwel altijd bij literatuur, om ritme, om muziek. Lezen doe je met je oren.

Het ritme handhaven

Om dat ritme te handhaven in de vertaling moet je soms kleine veranderingen aanbrengen. Zo herhaalt Raduan Nassar in de zinsnede ‘o quarto é individual, é um mundo, quarto catedral’ het woord quarto, ‘kamer’. Catedral wordt niet zozeer als zelfstandig naamwoord dan wel als adjectief, als attribuut gebruikt. ‘Kathedraalkamer’ zou dat in het Nederlands worden.

Precies andersom dus, waardoor het woord kathedraal aan nadruk inboet. Daarom heb ik in plaats daarvan gekozen voor ‘een kathedraal’, dat ook klinkt als een hamerslag: deze kamer is van mij alleen, deze kamer is mijn wereld en deze kamer is mijn tempel. Het is een schreeuw om erkenning van het individu buiten het ouderlijk huis, buiten de begrenzingen van een gesloten wereld, buiten de traditie. Ik heb mijn eigen wereld en geloof geschapen, roept André uit, en dat zit allemaal in deze (zowel in het Portugees als in het Nederlands) negen woorden.

Het hele eerste deel van het boek gaat in deze trant verder, ook al wisselt de stijl tussen archaïsch-gedragen, agressief, poëtisch en hallucinerend. De puntkomma is een bindende factor: dit gebeurt allemaal in het hoofd van André.

Het tweede deel is afstandelijker, meer verhalend en heeft de ritmiek van de puntkomma niet meer nodig. Tot in het slothoofdstuk, waar de woorden uit de herinnering van André een nieuwe werkelijkheid worden, een bloedoffer.

Eén lange uitval

In de tegelijkertijd bij Prometheus verschenen novelle Een glas woede gaat Raduan Nassar nog verder: elk hoofdstuk van de ruzie tussen een man en zijn veel jongere minnares, een journaliste, bestaat uit één zin en het centrale hoofdstuk, ‘De uitbarsting’, telt vijftig bladzijden. Opgekropte frustratie en woede vanwege de dictatuur en de verschillende reacties daarop, met seks als motor en bindmiddel. Innerlijke monoloog op zijn best!

Alle woorden en zinsdelen moeten aan elkaar geregen worden tot één lange uitval, en dat is niet altijd even makkelijk, omdat het Portugees andere middelen tot zijn beschikking heeft dan het Nederlands. Zo kan het onvoltooid deelwoord onbeperkt gebruikt worden, terwijl dat in het Nederlands niet gangbaar is en storend zou werken. Dat worden dus bijzinnen die bijvoorbeeld beginnen met ‘terwijl’, of ‘door te’, of domweg ‘die’ of ‘dat’. Het maakt niet uit, zolang ze het verhaal maar even woedend voortstuwen.

 

Harrie Lemmens studeerde Nederlands in Nijmegen. Hij woonde en werkte achtereenvolgens in Oost-Berlijn, Lissabon, Nijmegen, Brussel en Almere en vertaalde proza en poëzie uit het Duits, Engels, Spaans en vooral Portugees, onder andere van Pessoa, Saramago, Lispector, Lobo Antunes en João Ubaldo Ribeiro. Eerder lichtte hij zijn vertalingen van José Eduardo Agualusa's Een algemene theorie van het vergetenMichel Laubs Overal en altijd weer en Daniel Galera's Met bloed doordrenkte baard voor ons toe. In 2006 kreeg hij de vertaalprijs van het Nederlandse Fonds voor de Letteren. In 2014 verscheen zijn boek God is een Braziliaan, dat vorig jaar ook is uitgekomen in het Portugees (lees onze recensie). 

De eerste zin uit Raduan Nassar, Bijbelse landbouw vertaald door Harrie Lemmens

Delen op

pro-mbooks1 : athenaeum