De Gretchenfrage in Herkomst van Saša Stanišić, vertaald door Annemarie Vlaming

28 december 2020
| | | |

Annemarie Vlaming vertaalde Saša Stanišic’ met de Deutscher Buchpreis bekroonde roman Herkunft als Herkomst. Wij vroegen haar haar vertaling toe te lichten. Over de Gretchenfrage, de verwijzing naar Goethe en een prozaïsche vertaling – die toch mooi in de context van de roman past.

N.B. Lees ook Jerker Spits’ bespreking van Herkunft, en zijn bespreking van Vor dem Fest, die Annemarie Vlaming ook vertaalde. Uit die vertaling publiceerden we ook voor.

Gretchen vraagt

Im April 1992 rief jemand den Namen meiner Mutter in der Tito­Straße in Višegrad sehr laut. Mutter zuckte zusammen. Ein Mann saß auf dem Mäuerchen vor dem Rathaus und winkte sie zu sich. Polizeihemd und Waffengurt und Trainingshose. Sein Gesicht kam Mutter bekannt vor, wie er hieß, erinnert sie heute nicht mehr.
Als sie vor ihm stand, wiederholte er ihren Namen leiser und mit gespielter Sorge. Er fragte Mutter, ob sie denn wisse, wie spät es sei. Mutter verstand schon, dass er nicht die Uhrzeit meinte, sie sagte sie ihm dennoch.

In april 1992 riep iemand heel hard de naam van mijn moeder in de Titostraat in Višegrad. Moeder kromp ineen. Er zat een man op het muurtje voor het gemeentehuis, hij wenkte haar. Politieoverhemd, koppel en trainingsbroek. Zijn gezicht kwam moeder bekend voor, maar ze zou nu niet meer kunnen zeggen hoe hij heette.
Toen ze voor hem stond herhaalde hij haar naam, zachter dit keer, en gespeeld bezorgd. Hij vroeg aan moeder of ze wist hoe laat het was. Moeder begreep wel dat hij het niet over de tijd had; toch vertelde ze het hem.

Deze passage komt uit het hoofdstuk ‘Gretchen fragt’, dat ik heb vertaald als ‘De hamvraag’. ‘Gretchen fragt’ verwijst naar de Gretchenfrage uit deel 1 van Goethes Faust: ‘Zeg nu toch eens, hoe 't met je godsdienst staat?’ vraagt Gretchen aan Faust.
Ik heb hier flink over zitten dubben. Lezers die thuis zijn in de Duitse literatuur zullen de verwijzing meteen herkennen; anderen zullen naarstig op zoek gaan naar Gretchen en zich bekocht voelen als die nergens in het verhaal opduikt.
Die Gretchenfrage komt vaker voor in de Duitse literatuur; ik heb hem meer dan eens moeten vertalen. Meestal maak ik er dan ‘de hamvraag’ van, en ik neem aan dat veel van mijn collega’s dat ook doen. Volgens onder andere Van Dale is dat ook de gangbare vertaling.

Een prozaïsche uitdrukking

De hamvraag is nu: waar komt die uitdrukking vandaan? Weggemoffeld in een lopende tekst vind ik dit net wat minder relevant dan als titel van een hoofdstuk, reden waarom ik er iets langer over heb nagedacht. Het antwoord is helaas een stuk minder dichterlijk dan de Gretchenfrage: de hamvraag dateert uit de jaren vijftig, uit het quizprogramma ‘Mastklimmen’ van de ncrv, gepresenteerd door Johan Bodegraven en uitgezonden op de radio. Bovenin een mast hing een gerookte ham; afhankelijk van het aantal juist beantwoorde vragen klommen deelnemers steeds hoger op in de mast, en wie bijna bovenin was mocht de laatste en belangrijkste vraag, de hamvraag, beantwoorden en bij een juist antwoord de ham uit de mast pakken.

Ik vroeg me af of ik zo’n prozaïsche, en dus ook nog eens oer-Hollandse uitdrukking, wel moest gebruiken in deze sprookjesachtige roman, waarin heden, verleden, waarheid en waan door elkaar lopen, waar niets is wat het lijkt en een potje mastklimmen om een ham te winnen nogal misplaatst lijkt tegen de achtergrond van de dreigende oorlog in Joegoslavië. Ik zou er bijvoorbeeld ook De cruciale vraag van kunnen maken, of teruggrijpen naar de vraag die de agent aan het eind van het hoofdstuk aan moeder stelt: Hoe laat is het?

Varkensvlees

Toch heb ik ervoor gekozen de hamvraag te laten staan. Een hoofdstuk eerder, Dichter bij de Noordpool, wordt de Gretchenfrage namelijk ook al gesteld, maar dan iets minder subtiel:

Zoki kommt ins Klassenzimmer, legt ein Papier auf das Lehrerpult und ruft: »Jeder trägt sich ein.«
Es gibt drei Spalten: Moslem / Serbe / Kroate.
Alle versammeln sich, alle zögern.

Zoki komt het klaslokaal in, legt een vel papier op de docententafel en roept: ‘Iedereen moet zijn naam invullen!’
Er zijn drie kolommen: Moslim/Serviër/Kroaat.
Iedereen dromt samen, iedereen aarzelt.

De lijst wordt aangevuld met de rubrieken Weet niet/Joegoslaaf/Fuck jullie allemaal en verdwijnt uiteindelijk. Dit gebeurde een paar maanden voordat moslims in veel steden in voormalig Joegoslavië een witte band om hun arm moesten dragen. De Gretchenfrage is hier: in welke kolom hoor jij thuis? Naar aanleiding van deze gebeurtenis begint Stanišic het hoofdstuk ‘Gretchen fragt’/’De hamvraag’ als volgt:

Ich hatte nie Religionsunterricht. Niemand, der mir nah war, praktizierte irgendeinen Glauben offen, es gab nicht mal jemanden, der gesagt hätte: ‘An einen Kirchengott glaube ich nicht, aber dass es so eine Wesenheit geben könnte, das schon.’ Darüber bin ich extrem froh. Ich dachte eine Zeitlang, ohne Witz, Moslem sei man, weil man Schweinefleisch nicht aß – einfach also jemand mit einer speziellen Diät.
Ik heb nooit godsdienstles gehad. Niemand in mijn directe omgeving beleed openlijk iets van een geloof, er was zelfs niemand die gezegd zou hebben: ‘Ik geloof niet in een god van de kerk, maar ik geloof wel dat er iets is.’ Daar ben ik enorm blij mee. Ik heb een tijdlang serieus gedacht dat je moslim was omdát je geen varkensvlees at – dus gewoon iemand met een speciaal dieet.

En omdat ham doorgaans varkensvlees is vond ik de hamvraag hier een prima oplossing. Want eet je ham, oftewel: heb je de juiste achtergrond, dan hoef je je er niet druk om te maken hoe laat het is. Wat helaas niet gold voor Stanišic’ moeder, want ook al speelde het geloof binnen haar familie een ondergeschikte rol: ‘vanwege haar Arabische naam kleefde haar etnische afkomst haar aan als een hardnekkig gerucht. Ze was een foutje in de ogen van de nieuwe leiders’.

Zij wist hoe laat het was, bedankte vriendelijk voor het verkapte advies, pikte zoon en echtgenoot op en waarschuwde de rest van de familie. En terwijl ze inpakten voor de vlucht gingen in de bergen de eerste moslimhuizen in vlammen op.

Annemarie Vlaming vertaalde werk van onder anderen Juli Zeh, Eva Menasse, Daniela Krien en Sasa Stanisic. Over Martin Horváth schreef ze voor ons een toelichting.

De Gretchenfrage in Herkomst van Saša Stanišić, vertaald door Annemarie Vlaming

Delen op

€ 26,99
€ 9,99
€ 15,99
pro-mbooks1 : athenaeum