Over het vertalen van Stern 111 van Lutz Seiler, door Herman Vinckers

31 maart 2022
| | | |

Herman Vinckers vertaalde Lutz Seilers nieuwe roman Stern 111 uit het Duits. Op ons verzoek licht hij zijn vertaling toe. Over de vertaling van ‘rudel’, ‘klug’ en alle varianten voor immigranten.

Weit vor der Einfahrt stoppte Carls Zug, begleitet von einem stählernen Stottern und Zucken, als hätte das Herz seiner Fahrt kurz vor dem Ziel plötzlich aufgehört zu schlagen.
Een eind voordat Carls trein het station binnenreed stopte hij, wat gepaard ging met haperingen en schokken van staal, alsof het hart van zijn rit vlak voor de bestemming ineens was opgehouden te kloppen.

Bam! Daar staat hij, de eerste zin van Stern 111, de tweede roman van Lutz Seiler. Alsof de schrijver ons wil waarschuwen: ‘Hou je vast! Ik ga het jou, lezer, niet meteen gemakkelijk maken. Maar als je de moeite neemt, zul je beloond worden, met mooie zinnen, mooie beelden en een mooi verhaal.’ Seiler begon zijn literaire carrière als dichter en pas na het publiceren van verhalen waagde hij zich aan een roman, Kruso, die prompt werd beloond met de Deutscher Buchpreis en in een groot aantal landen succes had.

Kruso gaat over een jongeman, Edgar Bendler, die in de zomer van 1989, de maanden voor de val van de Muur, vanuit het Oost-Duitse Gera uitwijkt naar het eiland Hiddensee en daar terechtkomt in een gemeenschap van drop-outs, die aangestuurd wordt door de charismatische Alexander Krusovitsj, oftewel Kruso. Dit alles geschreven in veelal poëtische, bedwelmende en hier en daar ondoorgrondelijke taal.

Rudel: een roedel, troep, bende, kudde?

Stern 111 begint min of meer waar Kruso ophoudt. Een jongeman, Carl Bischoff genaamd, keert daags na de val van de Muur, in november 1989, na een periode van afwezigheid terug bij zijn ouders in Gera. Zij delen hem mee dat ze per direct het land verlaten. Ze vertrouwen de openstelling van de Muur niet, voor je het weet zit hij weer dicht. Ze vragen Carl, hun enige kind, om de zorg voor het huis op zich te nemen. Maar in zijn eentje in de flat in Gera zakt Carl steeds verder weg in een depressie en hij besluit eveneens het huis te verlaten. Zijn grootste wens is dichter worden en waar kan dat beter dan in Berlijn?

De roman volgt vanaf dat moment beide sporen, dat van Carls ouders Inge en Walter door West-Duitsland en dat van Carl in Oost-Berlijn. Carl wordt opgenomen in een groep krakers, die onder andere probeert de uitverkoop van de stad aan speculanten tegen te gaan. De groep noemt zichzelf ‘das kluge Rudel’. Rudel is zo’n woord waar ik me lang op blindgestaard heb. De meest voor de hand liggende vertaling is natuurlijk ‘roedel’, maar is er niet toch een subtiel verschil tussen het Duits en het Nederlands? In de Duitse woordenboeken wordt ook nadrukkelijk de overdrachtelijke betekenis genoemd: ‘die Ausstellungsbesucher kamen in ganzen Rudeln’, terwijl in bijvoorbeeld Van Dale uitsluitend sprake is van een groep dieren. Maar wat dan? Een troep, een bende, een kudde? Alle mogelijke synoniemen heb ik de revue laten passeren, maar het woord komt best vaak voor in de roman en hoe verder ik van ‘roedel’ af ging, hoe gekker het ging klinken. Dus dan toch maar ‘roedel’.

Klug: slim, wijs, verstandig?

Maar een kluge roedel? Weer het geratel van een fruitautomaat in mijn hoofd: slim, wijs, verstandig, leep, sluw – opties te over. Met de aanmoediging van de schrijver in gedachten (‘probeer ook te bedenken hoe het klínkt’) vielen de plaatjes uiteindelijk stil op ‘koen’. Een letterlijke vertaling van ‘kluges Rudel’ is ‘koene roedel’ natuurlijk niet, maar net als in het Duits rijmt de klank wel en dapperheid is in minstens zo grote mate van toepassing op Carls nieuwe vrienden als hun gewiekstheid.

Aus- oder Übersiedler, wat is het verschil?

Carls ouders ondertussen proberen hun weg te vinden in West-Duitsland, waar ze in plaatsen als Gießen, Rheine, Diez en Gelnhausen van het ene noodonderkomen naar de andere opvanglocatie trekken als Flüchtlinge, Auswanderer, Aussiedler, Umsiedler of Übersiedler. Het zijn begrippen die de schrijver naast elkaar gebruikt en waarvoor ik dus ook verschillende vertalingen moest zien te vinden. Gelukkig hebben we in het Nederlands ook wel wat smaken: vluchtelingen, emigranten, immigranten, nieuwkomers. Voor de specifieke betekenis van Übersiedler, mensen die vanuit de DDR – of in dit geval vanuit de (bijna) niet meer bestaande DDR – naar West-Duitsland komen, hebben wij in onze taal niet echt een equivalent. Dat heb ik hier consequent met ‘nieuwkomers’ vertaald. Maar het blijft lastig, ook voor Inge: ‘Aus- oder Übersiedler, niemand konnte den Unterschied wirklich schlüssig erklären.’ (‘Immigranten of nieuwkomers, niemand kon echt afdoende het verschil hiertussen aangeven.’) Op één plek in het boek komt trouwens ook nog het begrip Einsiedler voor, maar dat betekent heel wat anders: kluizenaar.

Een poëtisch bestaan

Zal het Carl lukken om in Oost-Berlijn, te midden van de omwentelingen van die tijd, tussen het metselen, minnen, bedienen in de horeca en spelen met een kalasjnikov door ‘ein poetisches Dasein’, een poëtisch bestaan te realiseren? Net als Kruso is deze (uiteindelijk toch heel toegankelijke) roman doorspekt met poëzie, klassiekers en werk van Berlijnse dichters uit die tijd. En hier en daar duikt inderdaad een gedicht op van Carl Bischoff, dat soms verdacht veel lijkt op werk van Lutz Seiler:

herbst ist stille & gebrauch. der herbst
ist harke, holz, ist milde
kühle auf den augen

herfst is stilte & gebruik. de herfst
is hark, hout, is milde
koelte op de ogen

(vertaald door Ton Naaijkens, dus dat hoefde ik niet meer zelf te doen)

Herman Vinckers vertaalde ook Lutz Seilers Kruso, Charles LewinskyAnnette Hess, Sonja Heiss, Martin Suter, Catalin Dorian Florescu, Dirk Kurbjuweit, Jakob Arjouni, Thees Uhlmann en Simon Urban.

Over het vertalen van Stern 111 van Lutz Seiler, door Herman Vinckers

Delen op

€ 26,99
€ 13,99
€ 14,99
€ 18,99
pro-mbooks1 : athenaeum