Taal als thematiek: over het vertalen van De maarschalk van Zora del Buono door Michel Bolwerk

25 januari 2022
| | | |

Michel Bolwerk vertaalde Zora del Buono’s Die Marschallin als De maarschalk. We vroegen hem zijn vertaling toe te lichten. Over de viertaligheid van de romanpersonages, de liefde voor taal die dat opwekt, en de oplossingen voor taalgrapjes.

N.B. Lees ook een fragment uit De maarschalk.

Vergiss nicht, du trägst ihren Namen.
Vergeet niet dat je haar naam draagt.

Met die zin begint de roman De Maarschalk van de Zwitserse schrijfster Zora del Buono. De waarschuwing komt van haar tante Mila en is gericht aan de schrijfster, die op het punt staat het verhaal van haar grootmoeder te vertellen. In die bijzondere naam zelf zit al het spanningsveld besloten waarin het verhaal zich afspeelt: Zora groeit op in de Sloveense bergen en trouwt na de Eerste Wereldoorlog met een Italiaan uit gegoede kringen, dokter Pietro Del Buono. Haar geboortedorp Bovec ligt in het dal dat de wereldgeschiedenis in zou gaan door de zogenoemde Soške bitke, Battaglie dell’ Isonzo, Isonzoschlachten of in het Nederlands ‘de slagen aan de Isonzo’, genoemd naar de rivier Soča, Isonzo, Lusinç of Sontig. Niet voor niets noem ik dit nu even in vier verschillende talen, omdat daarmee duidelijk wordt dat in die regio – afhankelijk van de heersende macht – verschillende talen werden gesproken, die de plaatselijke bevolking al dan niet gedwongen diende te beheersen. Zora kreeg door haar huwelijk niet alleen een Italiaanse naam, door wat er op het wereldtoneel gebeurde wisselde haar nationaliteit maar liefst vijfmaal.

Een liefde voor taal

Het effect van de meertaligheid van de Sloveense Zora was dat ze een liefde voor taal ontwikkelde, vooral voor taalspelletjes en woordspelingen, een liefde die ze ook nog eens deelde met haar man. Het boek is dan ook gelardeerd met taalkundige grapjes en opmerkelijkheden. Voor een vertaler is dit vaak de slagroom op de taart, maar eerlijk gezegd ook geregeld aanleiding tot hoofdbrekens. Als een Duits woordgrapje door een te letterlijke vertaling niet komisch meer is, moet er een oplossing komen; in het extreemste geval zou het zelfs beter weggelaten kunnen worden, omdat anders het tegenovergestelde wordt bereikt van wat de schrijver voor ogen had. Ik beperk me even tot woorden en passages uit het boek die expliciet met taal en woordspelingen te maken hebben.

Het letterlijkst is onvertaald

Ook bij dit soort grapjes en opmerkelijkheden maak je als vertaler elke keer afzonderlijk weer de afweging of het beter is om ‘letterlijk’ of om ‘losjes’ te vertalen, afhankelijk van het beoogde effect bij de lezer. De vertaler staan daarvoor verschillende instrumenten ter beschikking. Die kunnen worden ingedeeld naar de mate van ‘letterlijkheid’. Als je je daar een balk met schaalindeling bij voorstelt met helemaal links ‘zo letterlijk mogelijk’, dan zou je helemaal rechts bij ‘zo vrij mogelijk’ die eerder genoemde weglating kunnen invullen.

Helemaal links komt dan de meest letterlijke vertaling, en dat is de handhaving van een uitdrukking in de vreemde taal. Dat komt in de vertaling van dit boek wel een aantal keer voor. Zo is het woordje mupf letterlijk in de Nederlandse vertaling terechtgekomen omdat het zelfverzonnen geheimtaal is, maar ook glitsch is gehandhaafd, omdat het woord moest rijmen op Flitsch, en doordat er nog een uitleg volgt is de betekenis voor de lezer geen probleem meer.

Leenvertalingen en adaptaties

Tussen deze twee uitersten van handhaving en weglating liggen verschillende strategieën waaruit de vertaler kan kiezen. Zo kan de vertaler overwegen een leenvertaling te gebruiken, waarbij een uitdrukking woordelijk wordt vertaald. Het mooiste voorbeeld hiervan is de – onbedoeld grappige – doorgeslagen italianisering onder het regime van Mussolini, toen zelfs buitenlandse namen werden vertaald: Louis Armstrong werd Luigi Fortebraccio.

Weer een stapje verder zoekt de vertaler de oplossing in een benadering van de uitdrukking, wat het gebruikelijkst is. Nog iets verder weg van de ‘letterlijke’ vertaling staat een omschrijving of toelichting – die bij grapjes echter vaak dodelijk is. En het laatste station voor het eindpunt van de weglating is de adaptatie, waarbij gekeken wordt of het belangrijkste element uit de brontekst een volwaardige vervanging heeft. Zo heeft Pietro, de echtgenoot van Zora, een voorliefde voor Duitse bijvoeglijke naamwoorden met een dier erin: mausarm en fuchsteufelswild zijn in de vertaling muisstil respectievelijk spinnijdig geworden, omdat hier de letterlijke betekenis van de Duitse woorden ondergeschikt is aan de vorm. In de bijnamen van de broers van Zora is een combinatie van verschillende eerder genoemde vertaalstrategieën terug te vinden (namelijk leenvertaling, benadering en adaptatie):‘der halbe Meter, das Vogel (auf Deutsch), der Legionär, der Wipfel (manchmal auch der Zipfel)’ werd ‘de halve meter, het vreemde vogel, de legionair, de piek (soms ook de pik)’.

Tussen Die Marschallin en De maarschalk

Tot slot de titel. Het boek heeft in het Duits ‘Die Marschallin’ als titel, die betrekking heeft op de hoofdpersoon Zora Del Buono. Waar het Duits voor bijna elk beroep een mannelijke en vrouwelijke vorm kent, is dat in het Nederlands niet het geval. Wij hebben geen maarschalkin of maarschalkse. Daarom werd de titel in het Nederlands De maarschalk. Dekt die titel dan nog wel de inhoud en geeft die nog wel het bijzondere van de hoofdpersoon aan? Zeker wel, want zoals in het boek staat: ‘Als ze een man was geweest, was ze majoor geworden, of nog eerder maarschalk, misschien zelfs president. Net als hij. Zoals Josip Broz Tito.’

Alleen al door de geweldige manier waarop kleindochter Zora de liefde voor taal van haar grootmoeder in een meesterlijke vorm tot een van de thema’s weet te maken in dit boeiende levensverhaal doet ze haar naam alle eer aan. Dus in die zin heeft ze de waarschuwing van haar tante Mila (‘Vergeet niet dat je haar naam draagt’) alvast ter harte genomen. Nu kunnen we alleen maar hopen dat ze hiermee de familievloek heeft verbroken, en niet, zoals haar tante vreesde, het onheil over zich heeft afgeroepen…

Michel Bolwerk (1970) studeerde Duitse taal- en letterkunde aan de UvA. Hij heeft al jarenlang ervaring als vertaler, ook op andere terreinen, en geeft daarnaast vertaalonderwijs. In 2012 studeerde hij af aan de Vertalersvakschool voor literair vertalen. Sindsdien is hij in verschillende functies betrokken geweest bij een groot aantal projecten in het boekenvak. Zo verzorgde hij naast redactiewerk een herziene vertaling van Erich Maria Remarques Een tijd van leven en van Volker Kutscher (Schaduw over Berlijn) en vertaalde hij onder meer enkele werken van Sebastian Fitzek en van Romy Hausmann.

Taal als thematiek: over het vertalen van De maarschalk van Zora del Buono door Michel Bolwerk

Delen op

€ 22,99
pro-mbooks1 : athenaeum