Recensie: Biechten en bekeringen

29 december 2015 , door Jasmijn Groot
| | | | | | |

Al zestienhonderd jaar spreekt Aurelius Augustinus, bisschop van Hippo (354 –430) tot de verbeelding. Door zijn bijzondere levensverhaal is er veel over hem geschreven. Desondanks wilde de Britse historicus en classicus Robin Lane Fox nog een nieuw boek schrijven over Augustinus. In Augustine: Conversions and Confessions tracht Lane Fox aan de hand van reeds bekende bronnen en recentelijk ontdekte brieven en preken van Augustinus’ hand, de drijfveer achter diens bekendste werk te achterhalen. Daarbij wijst hij er ons op dat zijn verhaal minder uniek is dan we dachten: ook Augustinus was een kind van zijn tijd.

Augustinus en de Confessiones

Lane Fox vertelt de geschiedenis van de befaamde vroegchristelijke kerkvader, theoloog en filosoof voornamelijk aan de hand van primaire bronnen, zoals brieven en notities. Augustinus' bekendste werk, de Confessiones (Belijdenissen), geschreven tussen 397 en 400 na Christus, fungeert als rode draad. Hierin blikte de bisschop terug op zijn leven: hij omschreef ‘wat hij ooit was’ en ‘wat hij was geworden’ door te biechten over zijn vroegere leven vol zonden en te vertellen over zijn bekering tot een leven dat hij in dienst van God had gesteld.

Lane Fox probeert te achterhalen waarom Augustinus, op dat moment een veertigjarige man, besloot om een dergelijk autobiografisch werk te schrijven. Velen hebben die vraag al proberen te beantwoorden en de conclusies variëren van ‘midlifecrisis’ tot ‘onderdeel van zijn daadwerkelijke bekering’. Lane Fox beargumenteert echter dat Augustinus niet van de ene op de andere dag had besloten de Confessiones te schrijven, maar dat dit werk een aanloop had van zeker elf jaar. In zowel de tekst zelf als in aantekeningen die zijn te dateren tussen de (vermeende) bekering van Augustinus en de aanvang van het daadwerkelijk schrijven van het boek, is terug te lezen hoe Augustinus zich zijn vroegste jaren probeert te herinneren. Het gedrag dat hij gedurende deze tijden vertoonde, toetst hij tevens aan zijn persoonlijke normen en waarden, die hij had ontwikkeld tegen de tijd dat hij veertig was.

Nieuwe bespreking in een lange historiografie

‘Augustinus is the person about whom we know most in the ancient world.’ Dat is de openingszin van Augustine: Conversions and Confessions. Lane Fox schreef al eerder over reeds veelvuldig beschreven historische individuen, zoals Alexander de Grote. En net als in het geval van deze illustere Macedonische koning zijn er al kasten vol boeken over Augustinus van Hippo. Historici, theologen en filosofen gingen Lane Fox voor. In elke studie werd het leven van de kerkvader opnieuw behandeld, maar de bekendste is ongetwijfeld de biografie Augustine of Hippo van Peter Brown uit 1967. Het boek heeft vele latere auteurs geïnspireerd en hij is een groot voorbeeld voor Lane Fox. Met zo'n overweldigend aantal voorgangers doemt toch de vraag op waarom iemand nog een nieuw boek zou willen schrijven over Augustinus van Hippo.

Lane Fox zelf dacht: Waarom niet? Ondanks de reeds brede dekking zijn er nog steeds genoeg redenen om Augustinus opnieuw te bespreken. Alleen al het feit dat Augustinus een christen was spreekt bij miljoenen mensen tot de verbeelding. Bovendien blijft hij een interessant onderzoeksobject, omdat hij zo veel gedetailleerde geschriften heeft achtergelaten. Ze geven niet alleen een minutieus beeld over de man zelf, maar ze geven ook unieke inzichten in het privéleven van mensen uit de Oudheid, die nergens anders te vinden zijn. De doorslaggevende motivatie voor Lane Fox was echter dat er verbazingwekkend genoeg nog steeds brieven en preken van Augustinus’ hand worden teruggevonden.

De waarheid

Maar Lane Fox grijpt deze vondsten niet zozeer aan om vertellen wat men nog niet weet. Hij wil zijn publiek voorleggen wat men zou moeten geloven over Augustinus en waarom. En hij zegt per hoofdstuk een klein aantal van die waarheden te willen behandelen. Zijn beschrijving van het leven van de bisschop volgt de chronologie van de Confessiones. De hoofdstukken zijn daarbij helder afgebakend aan de hand van levensfasen of thema’s zoals het verblijf van Augustinus en zijn moeder Monica in Milaan en hun omgang met bisschop Aurelius Ambrosius aldaar, en de overdenkingen van de puber Augustinus over zijn onbeheersbare seksuele drang.

Bij de aanvang van zijn studie had Lane Fox zichzelf voorgenomen om per hoofdstuk een aantal belangrijke studies te behandelen over die levensfasen. Daar is weinig van terug te zien: Lane Fox zet een enkele keer de theorieën van zijn voorgangers uiteen, maar meestal heeft de historicus zelf al duidelijk van tevoren uitgekozen wat de feiten zijn en wat niet. Vanuit academisch perspectief is zo'n aanpak te bekritiseren. Toch zal het de algemene lezer niet storen. Want zonder historiografische discussies is er meer ruimte voor de bekende vertellende schrijfstijl van Lane Fox. Augustine is een zeer leesbaar werk dat voor iedereen toegankelijk is, ook als je nog niet bekend was met de bisschop van Hippo. En dat was ook een van de doelstellingen van Lane Fox.

Toegang tot de tijd van Augustinus

 Wat verder opvalt is de tomeloze moeite die Lane Fox neemt om de lezer onder te dompelen in de realiteit van de Oudheid door de tijd en omgeving van Augustinus te beschrijven. Zo verbindt hij van begin tot eind het leven van de bisschop van Hippo aan die van twee tijdgenoten: Libanius (ca. 314 – 392/393), een Griekse, niet-christelijke redenaar, en Synesius (ca. 373 – ca. 414), de bisschop van Ptolemais in Libië. Een groot deel van de fascinatie voor Augustinus komt voort uit de overtuiging dat zijn biechten en bekeringen, zoals beschreven in de Confessiones, een unicum was in zijn tijd.

Door hem te vergelijken met tijdgenoten laat Lane Fox zien dat dat niet het geval was. Bovendien neemt de auteur in twee introducerende hoofdstukken de gelegenheid om te illustreren met welke werkelijkheden Augustinus te maken had in zijn dagelijks leven: de gevolgen van Romeinse overheersing, zijn afkomst, de sociale gelaagdheid in het gekoloniseerde Noord-Afrika, en de vele religies die werden aanbeden en talen die werden gesproken. Ten slotte wijdt hij de hoofdstukken over een nieuwe stad of streek waar Augustinus komt, in met een uitgebreide geschiedenis, zoals de beschrijving van Augustinus’ geboorteplaats Thagaste. Lane Fox voelt daarbij precies aan over welke onderdelen hij niet verder hoeft uit te wijden en welke hij beter kan illustreren door ze te relateren aan het referentiekader van de lezer. Zo wordt Augustinus enerzijds wel in zijn tijd geplaatst, maar zal Augustine anderzijds vrijwel elke lezer aanspreken.

Binnen de lange historiografie heeft Robin Lane Fox met Augustine: Conversions and Confessions een goed beginpunt gecreëerd voor leken op het gebied van Augustinus van Hippo. Daarnaast is het boek een alomvattend naslagwerk, dat weleens de hoeksteen van de boekenkast van de kenner zou kunnen worden.

Jasmijn Groot volgt de Master Oudheidkunde aan de Vrije Universiteit en de Universiteit van Amsterdam onder ACASA en is redactrice van Skript Historisch Tijdschrift.

pro-mbooks1 : athenaeum