Recensie: Voorwaarts: utopie in de praktijk

01 april 2019 , door Martin Smit
| |

Op het platteland een leefgemeenschap opzetten, die binnen een paar jaar zelfvoorzienend moet zijn, vegetarisch het liefst, vrijheidslievend en anarchistisch geïnspireerd. Kunnen we dan als groep een andere samenlevingsvorm creëren? Roldoorbrekend, los van de traditionele man-vrouwrelaties? Zouden we zo een serieuze poging kunnen doen ons los te maken van de kapitalistische maatschappelijke verhoudingen?
Het zijn vragen die Sophie Kaïzowski zich stelt wanneer ze zich in 1923 met enkele anderen terugtrekt in een oude boerderij op het Franse platteland. Het dagboek dat ze er bijhoudt, is bijna honderd jaar later de inspiratie voor een soortgelijk experiment in het noordwesten van Friesland. In Eva Meijers verrassend originele, boeiende vierde roman, Voorwaarts, worstelen beide woongroepen met idealen, teleurstellingen, liefdesperikelen en onderlinge irritaties.

N.B. We publiceerden ook voor uit Voorwaarts, en dinsdag 16 april spreekt Daan Stoffelsen met de schrijfster bij Athenaeum Boekhandel & Nieuwscentrum. Op Athenaeum.nl bespraken we De soldaat is een dolfijn, maar ook haar non-fictieboeken De grenzen van mijn taal en Dierentalen, en publiceerden voor uit De grenzen van mijn taal en haar vorige roman Het vogelhuis. En we interviewden haar: 'Zelf denken is altijd belangrijk - niet alleen politiek maar ook existentieel.' Later sprak zij de laudatio voor Ali Smith uit tijdens haar bezoek aan Amsterdam, en richtte ze de Boekenweeketalage in. Meijers boeken werden eerder voor grote literaire prijzen genomineerd en de Socratesbeker; ze won de Halewijnprijs voor haar oeuvre en de Hypatiaprijs.

Idealen

Het leven in de Franse commune bij het dorp Luynes waar Sophie Kaïzowski zich vestigt, begint vrolijk. De onderlinge sfeer tussen de bewoners is gemoedelijk, lacherig soms. Onwennig ook, want met het zelfgekozen naturisme van de groep kan niet iedereen direct uit de voeten. Kleding vermomt en vervreemdt ons van ons natuurlijk bestaan, zo schrijven de bewoners in een manifest. En: ‘Gezag van bovenaf tast onze vrijheid aan, daarom zijn wij anarchist; bezit corrumpeert, wij delen wat wij hebben met elkaar. Hierin, zoals in andere zaken, zijn vrouwen gelijk aan mannen.’ Het verwoordt de idealen van de groep. De eerste tijd discussiëren de bewoners veel over hun commune in relatie tot de maatschappij. Kan hun zelfvoorzienend project juist een voorbeeld voor anderen zijn? Of keer je je juist af van de samenleving, nu je je op een kunstmatig eiland terugtrekt?

Dagboek

Het leven in de commune lijkt eerst nog zonnig, tijdloos en zonder zorgen, als een lange picknick op een zwoele zomerdag. Maar een zelf gecreëerd Utopia is nooit zo utopisch als het oorspronkelijke ideaal wat er aan ten grondslag ligt. Sophie merkt dat. Er ontstaan wrijvingen tussen de bewoners, maatschappelijke kwesties glijden steeds meer naar de achtergrond. De relatie tussen Sophie en haar vriend Georges verwatert. Maar Sophie is vooral geraakt omdat medebewoonster Clémence de liefdesrelatie met haar beëindigd. Het levert een van de gevoeligste scènes in het boek op, waarin weinig woorden vallen, maar toch zo veel wordt gezegd.

‘Ze stond op. Ik pakte haar schouders vast, mijn handen zachte klemmen, niet, nooit sterk genoeg. Ze trok me tegen zich aan – ik kuste haar lippen even, heel zacht.
“Hee.” Ze maakte mijn armen los. “Het spijt me.”
Vissen schreeuwen als ze gevangen en gevild worden – ze voelen het wel, wij horen het niet.
Ik keek niet naar haar rug, niet naar de deur die ze achter zich sloot, ik hoorde haar voetstappen en de klink, de klik. Nu kon ik weer opkijken. Ik bleef naar de grond staren.’

De scène is typerend voor de sfeer die Eva Meijer weet op te roepen met het dagboek van Sophie. In vloeiende, ongekunstelde zinnen laat ze Sophie haar gedachten uiten over liefde, de dagelijkse beslommeringen en maatschappelijke en politieke zaken, doorvlochten met filosofische bespiegelingen over natuur, het leven, relaties en een onzekere toekomst. Als lezer wordt je meegetrokken in haar denken en leef je mee.

Observaties

Het is bijzonder mooi hoe Eva Meijer vaak aan enkele woorden genoeg heeft om de sfeer van een moment te schetsen. Soms alleen maar door op te merken dat een bepaalde plant in bloei staat, iets over het weer te vertellen of welke vogel er overvliegt. Hetzelfde geldt voor Sophies rake observaties over haar medebewoners. De beschrijvingen van een gebaar, een gezichtsuitdrukking of simpel zwijgen, geven de stemming treffend weer.

‘Clémence schudde haar hoofd, bleef even naar hem kijken, maar hij keek niet terug, hij keek naar de tomatenplanten. Ze trok haar wenkbrauwen naar me op en liep naar de voorkamer. De zon volgde haar, ze wierp haar schaduw voor zich uit.’

Speurwerk

Dat Eva Meijer voor dit boek de nodige naspeuringen heeft verricht blijkt uit de historische details die ze in het dagboek heeft weten te verwerken. Inderdaad bestond er tussen 1923 en 1949 een leefgemeenschap bij het dorp Luynes (dep. Indre-et-Loire). De zelfvoorzienende commune werd opgericht door veganist George Butaud en de anarchiste Sophie Zaïkowska (1880-1939). Zo noemt ze bijvoorbeeld terloops het door hen opgerichte veganistische restaurant Foyer Végétalien in de Rue Mathis in Parijs. In anarchistische literatuur kwam ik het maar één keer eerder tegen.

Cursussen

Het is niet moeilijk je een beeld te vormen hoe het afloopt met de onbeantwoorde liefde van Sophie voor Clémence en met de woongroep. Dat maakt Eva Meijer met minimaal gebruik van woorden duidelijk. Cruciaal is dat het dagboek van Sophie de aanzet vormt voor Sam en haar vriendin Jona om – bijna honderd jaar later – met vrienden een woongroep te starten. Een oude boerderij in Friesland – buiten het jachtige stadsgewoel – moet niet alleen als woning dienen, maar medebewoonster Eline ziet het als de ideale plaats voor een het geven van ‘troostcursussen’: troost bij liefdesverdriet, als rouwverwerking, maar ook knuffelsessies, interactie met de natuur en slaaptrainingen. Niet iedere bewoner is er hiervan gecharmeerd en ik proef in Eva Meijers woorden toch ook enige persoonlijke afkeer van dergelijke fenomenen.

Verbinding

De vraag die wordt opgeroepen is of het leven in de ‘nieuwe’ woongroep een spiegeling wordt van dat van de commune in het Franse Luynes, of dat er juist naar nieuwe mogelijkheden en andere openingen gezocht wordt om het bestaan anders in te richten. Ook nu lijken irritaties tussen bewoners, maar ook relationele kwesties, een wig te drijven. De heilgymnastiek van de oude commune mag dan vervangen zijn door cursussen, en het bewonersmanifest door een blog, idealen blijven bestaan. ‘Verbinding’ lijkt daarin het sleutelwoord. Verbinding tussen mensen onderling, tussen vrouwen en mannen, in relaties en met de natuur en in sociale verbanden. Dat in dit denken de vooroorlogse socialistische droom van een wereldwijde maatschappelijke omwenteling inmiddels is vervangen door een pragmatisch, meer actiegericht idealistisch handelen, is door Eva Meijer juist ingeschat.

Martin Smit is redacteur van het tijdschrift De As en medewerker van Athenaeum Nieuwscentrum.

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum