Recensie: Vriendschap is het ware vaderland

08 januari 2019 , door Jerker Spits
| | |

Elke vriendschap met mij is verderfelijk, de briefwisseling tussen Joseph Roth en Stefan Zweig bevat ontboezemingen van de schrijvers over hun talenten en twijfels. Daarnaast leer je het Europa aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog begrijpen. Uit eerste hand en in een scherpe stijl lees je over de opkomst van de nazi's, de ondergang van het oude Oostenrijk en het moeizame bestaan van voor de nazi's gevluchte kunstenaars.

N.B. Lees ook onze voorpublicatie uit Elke vriendschap met mij is verderfelijk. Eerder bespraken we Joseph Roths Waar het me slecht gaat is mijn vaderland en Spoken in Moskou en publiceerden wij voor uit De buste van de keizer en Vlucht zonder einde. Ten slotte lichtten vertalers Elly Schippers & Janneke van der Meulen de laatste zin van De buste van de keizer toe. Van Zweig bespraken we Ongeduld en Stefan and Lotte Zweig's South American Letters, en we publiceerden voor uit Reis naar het verleden.

Berooid en bezopen

Stefan Zweig groeide op tussen bergen en kuuroorden in een intellectueel gezin. Hij reisde veel, schreef graag en gemakkelijk en was een succesvol auteur. Van zijn Sternstunden der Menscheit, een verzameling historische miniaturen, werden al in het eerste jaar al meer dan honderdduizend exemplaren verkocht en zijn portretten Maria Stuart en Maria Antoinette verschenen in vele talen. Het leven van Joseph Roth verliep moeizamer. Hij groeide op in een eenvoudig gezin, werkte als journalist en greep, nadat zijn vrouw zwakzinnig werd, naar de fles. Het kostte Roth, die zijn brood verdiende als journalist, vaak moeite tijd voor zijn literair werk te vinden. Toch schreef hij een behoorlijk aantal romans, waaronder Radetzkymarsch (1932) - over de laatste jaren van de Oostenrijkse monarchie - en de ontroerende novelle Die Legende vom heiligen Trinker (1939) [recensie].

De gefortuneerde Zweig stak de berooide en bezopen Roth vaak een helpende hand toe. Hun briefwisseling begint met het verzoek van Roth om wat vriendelijke woorden van Zweig, die zouden helpen zijn werk onder de aandacht te brengen. Roth schrijft over 'gedeeltelijk afgewerkte manuscripten die door mijn materiële situatie noodgedwongen zijn blijven liggen'. Hij mist de 'creatieve pauzes' die nodig zijn voor literair werk. Roth is genoodzaakt om regelmatig te schrijven voor de krant, is vaak onderweg, heeft geen vast adres.

'Ik kan me geen moment ontdoen van het gevoel dat het ongeluk mij als een zwarte muur omgeeft,' schrijft Roth op 2 september 1929. Het wordt steeds erger. 'Ik ben werkelijk uitgeput, ik kan niet meer,' krabbelt Roth op 23 september 1930. Vanuit Nederland schrijft hij in 1933: 'Ik ben met 100 geleende francs naar Amsterdam gegaan. Ik heb drie dagen zonder te eten in het American-Hotel gezeten.' Een half jaar later vanuit Parijs: 'Kunt u me meer lenen? Hebt u dat?'

U moet stoppen met zuipen

Op zijn beurt schrijft Zweig: 'Ik schaam me lichtjes tegenover u omdat mijn leven zo probleemloos verloopt.' Zweig waarschuwt: 'U maakt zichzelf tot een schaduw, het tegendeel van wat u bent, door te drinken - toe mijn vriend, neemt u eindelijk mijn aanbod aan om vier weken lang onder streng en onverbiddelijk toezicht een kuur te volgen.' Zweig wijst erop 'dat schrijven ook vroeger al niet bepaald een winstgevend beroep was', maar dat Roth vooral zichzelf in de weg zit. 'U moet stoppen met zuipen.'

Met de verschillen komen de verwijten. 'U weet waarschijnlijk niet wat het betekent om niet te kunnen wachten op het succes van een roman omdat je gewoon geen geld hebt,' schrijft Roth. Hij is zich bewust van de somberte die hij uitstraalt: 'Elke vriendschap met mij is verderfelijk.' Toch is Roth, die drinkt 'om tot zichzelf te komen', vaak warmer dan de wat gereserveerde Zweig. 'Vriendschap is het ware vaderland. En u mag er zeker van zijn dat ik haar wat u betreft meer in ere houd dan wie ook.'

De wereld is killer geworden

Sommige klachten lijken van alle tijden. 'We leven niet meer in zulke prettige tijden dat een schrijver zich tien jaar in stilte kan hullen, nu verlangt het slechte geheugen van de mensen voortdurend nieuw werk, de kraan moet eeuwig open,' verzucht Roth. Maar de briefwisseling maakt vooral duidelijk hoe de tijden veranderen. 'De wereld is killer geworden dan in 1914,' schrijft Roth twee maanden nadat de nazi's in 1933 aan de macht zijn gekomen. 'De mensen verzetten zich niet meer als menselijke waardigheid geschonden en vermoord wordt.'

Zweig lijkt te schipperen. Hij probeert, zoals ook Thomas Mann deed, de verbindingen met zijn uitgever en Duitse lezers in stand te houden. Roth is beslist: 'Alle vooraanstaande schrijvers die in Duitsland gebleven zijn, zullen een literaire dood sterven.' In 1939 sterft Roth in Parijs aan de gevolgen van alcoholisme. Zweig pleegt in 1942 samen met zijn vrouw Lotte zelfmoord in Brazilië.

Kennis over Oostenrijk

Het is prachtig dat deze briefwisseling, die tegelijk een tijdsdocument is, nu in het Nederlands beschikbaar is. Bij de uitgave passen wel wat kleine kanttekeningen. Af en toe lijkt het Duits letterlijk vertaald. We spreken in het Nederlands niet zo snel van een 'zaakvoerder' van een uitgeverij (Duits: Geschäftsführer), maar van een directeur, of gewoon een uitgever. Het is begrijpelijk dat De Arbeiderspers het uitgebreide notenapparaat van de Duitse uitgave wat heeft teruggebracht, maar bepaalde begrippen, zoals 'legitimisten' of 'standenstaat', hadden wel wat uitleg kunnen gebruiken. Gelukkig is het nawoord van de Duitse uitgave opgenomen, dat de lezer uitstekend op de hoogte brengt van de achtergronden van beide schrijvers en hun tijd.

Jerker Spits is germanist. Hij schrijft voor Athenaeum.nl en De Groene Amsterdammer en schreef een korte cultuurgeschiedenis van Duitsland.

pro-mbooks1 : athenaeum