Recensie: Iets meemaken is erg, toekijken is erger

23 maart 2021 , door Daan Stoffelsen
| | |

Sinds enkele jaren verschijnt er naast het essay van de Maand van de Filosofie ook een jeugdboek. Eerder maakten Abdelkader Benali en Annelies Verbeke een uitstapje naar het kinderboekengenre, nu schrijft een gelauwerde kinderboekenschrijfster (Gouden Griffel, Theo Thijssenprijs) het boek: Bibi Dumon Tak. Haar De eik was hier is het verhaal van de beroemde boom in de middenberm van de A58, een verhaal van een bedaagde langlever, een brutale gaai, het wortelwijde web en de naderende mens - met geweldige illustraties van Marije Tolman.

N.B. Eerder publiceerden we een fragment uit Dumon Taks roman De dag dat ik mijn naam veranderde.

Om met die laatste te beginnen: Gouden Penseelwinnaar Tolman doet iets soortgelijks als bij Vosje, zwart-wit-foto's van de eik, met daarop de gaai getekend. Maar je herkent ook de fantasierijke illustraties bij Sjoerd Kuypers Robin-boeken. Wel alles in zwart-wit, waardoor het overdonderende effect van Vosje uitblijft, maar de verhouding met het verhaal is hier ook anders. En dat verhaal is goed gedaan: de eik zelf vertelt (dus eigenlijk had de titel moeten zijn: Ik was de eik), aan de gaai. Hij vertelt met smaak en warmte over zijn bijna tweehonderd jaar, een verhaal van dieren, mensen en een snelweg. Dat is natuurlijk het verhaal van het thema van de Maand van de Filosofie: De natuur was hier. Maar Dumon Tak snijdt meer aan, ze filosofeert wel degelijk:

‘“Is stilstaan erg, vroeg ik me af.”
“Best wel.”
“Leg uit.”
“Als je stilstaat kom je niet ver.”
“Nou ja, het is maar hoe je het bekijkt.”’

Want 'je groeit wel omhoog', en 'je kunt er behoorlijk oud mee worden'. 'Dat bedoel ik, eikel, en je kunt er zo nog tweehonderd jaar aan vastknopen als je wilt.' Ook gender komt aan bod, en bij een brand merkt de gaai op:

‘“Maar echt, eikel, ik wou dat ik je toen kon helpen. Iets meemaken is erg, maar toekijken is soms nog erger.”
“Heb je toegekeken dan?”
“Ja, man.”
“Ik ben geen man, weet je nog?”’

De gaai, lief getekend door Tolman, is rap van tong en van de straat, en de eik is een oude dame/heer, die boeren en adel, nazi's en de koningin, en half Rijkswaterstaat heeft meegemaakt. Én een verkiezing tot mooiste boom. En dan is er nog het wortelwijde web, het wortelkoor, dat op zijn Grieks doemberichten doorgeeft:

‘Wij wortelkoor zijn nooit langer dan één tel uit de aarde, nooit één tel zonder bereik.
En daarom dus dat we alles weten
over die eik,
die eenzaam op de snelweg staat
waarover het gerucht gaat
het geru…
Hallo? Hallo?
Zijn we nog verbonden?’

Want natuurlijk moet de eik wijken voor een verbreding, de verleden tijd zit in het hele boek gebakken. Je kunt niet anders het onrecht hiervan inzien, na lezing van De eik was hier, en dat is wat zwart-wit. Maar het filosofische zit natuurlijk in waarom je dat onrechtvaardig vindt, over ondergaan of moeten aanzien, en in de complexiteit van de verhouding tussen de eik en de anderen. De eik was hier is een uitstekend begin van een gesprek, en ik kan niet wachten tot mijn negenjarige het uit heeft.

Daan Stoffelsen is webboekverkoper bij Athenaeum Boekhandel, recensent en hoofdredacteur van De Revisor. En vader.

pro-mbooks1 : athenaeum