Recensie: Hoe Peter Zantinghs vaderroman Tussentijds de klimaatdiscussie met mijn vader opfrist

21 december 2022 , door Julia Maria Keers
| |

Klimaatverandering. Het thema is inmiddels zoveel besproken dat mensen abrupt worden overvallen door een bepaalde vermoeidheid als het op tafel komt; van de klimaatfanatici tot de klimaatontkenners, van de IJstijd-optimisten tot de apocalyptische doemdenkers, van het spelende orkest op het zinkende schip tot de machtige stoethaspels op de klimaattoppen; de vraag of we de wereld kunnen redden speelt al jarenlang minstens één keer per week een rol – in de gesprekken met mijn vader én in Peter Zantinghs verfrissende vaderroman Tussentijds.

N.B. Lees ook een fragment uit Na Mattias.

Kinderen krijgen in een wereld die niet veilig is

Er zijn dagen waarop je de groeven in de gezichten van mensen meteen dieper ziet worden door alle ingesleten patronen in de welbekende discussies. Greta Thunberg komt als een strijdvaardige vanzelfsprekendheid voorbij op het nieuws en onlangs vond een VN-top plaats over het behouden van de biodiversiteit. Er is een massa-extinctie gaande, de biodiversiteit is in gevaar: dieren en planten sterven in een versneld tempo uit, maar ondanks de waarschuwende krantenkoppen en al het gelul gaat de klimaatverandering door.

Hoewel het verleidelijk is om weer over te gaan tot de orde van de dag, doemt voor veel jonge mensen de vraag op of het verstandig is om kinderen op een wereld te zetten die niet veilig is. Tegen dit noodlottige en verdrietige achtergronddecor, dat waarschijnlijk geen achtergrond zal blijven maar een gevoelde realiteit zal worden, niet alleen voor mensen in getroffen gebieden (waarvan het makkelijk wegkijken was), maar zelfs voor de meest verwende, geprivilegieerde snoeten, speelt Tussentijds, de vierde roman van Peter Zantingh.

Een treinreis met de blik naar buiten

Qua stijl is Tussentijds strak en verfrissend; het boek beslaat een treinreis met flashbacks die zich tijdens de reis van Utrecht naar Duitsland ontvouwen. Zantingh speelt ingenieus met scenario’s en maakt zo de twee afslagen voelbaar die het leven kan nemen: to baby or not to baby? That’s the question. De consequenties liegen er in beide gevallen niet om. De hoofdpersoon (Robin) besluit halsoverkop achter zijn vriendin (Tess), een prentenboekenmaker, aan te gaan nadat hij haar nieuwe boek heeft uitgepakt, hierin iets herkenbaars maar verontrustends heeft gezien en bij zichzelf denkt: ik wil je niet verliezen. Zodoende reist hij - samen met hun zoontje? - achter haar aan naar de boekhandel in Blaubeuren waar ze die dag te gast is om een lezing te geven.

Tussentijds moet het vooral hebben van de spanningsboog en niet van het swingende proza: het taalgebruik is soms een beetje stroef en te bedacht, het leest niet altijd even stromend of vloeiend. Een treffende en sfeervolle zin: ‘Het gebouw aan de overkant van de autostraat oogt als een zwembad dat een paar uur geleden al dicht is gegaan.’ Dat kon ik helemaal voor me zien. Maar de zin daarop is houterig: ‘Het zijn twee in elkaar geschoven zeshoeken, crèmekleurig onder een groen dak, de ramen op de eerste verdieping zijn geblindeerd en er loopt een trap langs de buitenkant.’ Bedankt voor de Fundaplattegrond, maar het leest niet zo soepel.

Daar staat tegenover dat het boek ontdaan is van opsmuk; over de treinreis lezen voelt als de treinreis zelf maken. Het gaat bovendien (en dit vind ik wel een belangrijk punt in de Nederlandse letteren) niet over een hoofdpersonage dat alleen maar bezig is met zichzelf te vinden of te analyseren, zijn blik is als (mogelijk aanstaande) jonge en kersverse vader gericht op de buitenwereld; hij maakt zich ernstig zorgen over de veiligheid van zijn (toekomstige) kind.

De klimaatverandering wordt persoonlijk

Tussentijds draait om het klassieke vraagstuk: waar gaat het met de wereld naartoe en is het wel verantwoord om een kind op deze schitterende maar super bedreigde blauwe wereldbol te zetten? Is het verstandig om sterrenstof tot mens om te vormen en het leven aan te doen, in de volle wetenschap dat het hier altijd crisis is? Tussentijds maakt de klimaatverandering persoonlijk. De ecologische ramp is op iedere bladzijde sterk voelbaar, zonder het allemaal uit te spellen. Je hoopt als lezer dat we op een dag gaan begrijpen hoe kwetsbaar en broos het leven is, op de manier waarop nieuwe en bezorgde vaders het leven begrijpen.

De kosmische blik die Robin in het boek krijgt als hij naar zijn zoontje kijkt, terwijl hij zichzelf zorgen maakt om diens toekomst, zich pijnlijk sterk bewust van hoe ons kleine persoonlijke leven onlosmakelijk verbonden is met een gigantische en chaotische wereld, hangt samen met de caleidoscopische blik die verbonden is aan zijn vaderschap.

Al kan dat laatste mijn eigen associatie zijn omdat ik van mijn vader naar de Starman-stukken van David Bowie moest luisteren toen ik een foetus was. Ik veroorzaak soms opstoppingen in het Gooi omdat ik slingerend op de fiets via de telefoon ruzie maak met mijn vader: ‘Je weet hoe ik erover denk,’ zegt hij met een vertrouwde Ischa Meijer-achtige onweersondertoon, waardoor ik weet dat er een dreigende donderpreek in de lucht hangt. De huizen die mijn geliefde en ik in onze omgeving hebben bezichtigd zijn allemaal resoluut door mijn vader afgeknald; een nep-openhaard, jarenzeventigwoningbouw, een opgekalefaterd appartement waarmee huisjesmelkers exorbitant hoge huren uit woningzoekende millennials zuigen. De foto’s zijn gemaakt met een groothoeklens camera, wat gelijk staat aan oplichting. De vloer is van goedkoop laminaat. Het energielabel is niet hoog genoeg. Verspilling van ons geld aan de bitcoincriminelen.

De enige huizen waarover hij wel te spreken is, zijn die op de heuvels in Arnhem, daar waar mijn vriend geboren is, en waar we ‘hoog en droog zitten, ver boven de zeespiegel en vlakbij Duitsland’. Dat vindt hij fijn met het oog op de inmiddels flink begonnen klimaatverandering: ‘De randstad zal steeds verder onder de zeespiegel verdwijnen en daardoor alleen maar duurder worden.’

Tussentijds kwam als een welkome verademing in de cyclische discussies met mijn vader. Het is geschreven vanuit het perspectief van een vader en wat mij betreft zijn meer boeken over het vaderschap welkom, omdat de rol van vaders in de opvoeding vaak enorm wordt onderschat. Het vaderschap wordt soms als een soort tweederangs of meer vrijblijvende rol gezien. Terwijl vaders bij uitstek de tussenpersonen zijn als het op onszelf en de buitenwereld aankomt, die ons wegwijs in de wereld maken, ons voor de wereld beschermen en weer terug de wereld induwen, op zo’n manier dat we er blijven staan. Althans, zo goed en kwaad als dat gaat, met kinderen die dansen op de vulkaan.

Julia Maria Keers is boekverkoper bij Athenaeum Boekhandel Zuidoost.

pro-mbooks1 : athenaeum