Recensie: Bloedstollende fantastiek: Tonke Dragts kinderboekenklassieker De brief voor de koning

19 april 2023 , door Daan Stoffelsen
| |

#4. Waarom de kinderboekklassieken lezen? 45 boeken uit de Grote Vriendelijke Honderd zijn van vóór 2000, uit de jeugd van de (immers volwassen) stemmers, boeken die destijds indruk gemaakt hebben, boeken om te herlezen en voor te lezen. Hoe bevallen ze nu? Tonke Dragts De brief voor de koning (1962), Kinderboek van het Jaar 1963, Griffel der Griffels 1955-2004, tot film en Netflix-serie bewerkte, is een klassieke queeste die vijftig jaar na dato iets onweerstaanbaars houdt. Een klop op de deur, een brief, een stervende ridder, en een weg met vele omwegen.

N.B. Ook Geheimen van het wilde woud (75), Torenhoog en mijlen breed (48) en De Zevensprong (31) staan op de lijst. Daan Stoffelsen beval Torenhoog en mijlen breed aan. Op Athenaeum.nl willen we met boekentips, recensies en fragmenten de hele Grote Vriendelijke Honderd recht doen. Alle items staan hier.

High fantasy of fantastiek

Er is een heel analytische manier om De brief voor de koning te benaderen. In Een land van waan en wijs. Geschiedenis van de Nederlandse jeugdliteratuur (2016) beschrijft onderzoeker Sanne Parlevliet hoe Dragt en Paul Biegel verantwoordelijk waren voor een grote verandering in de Nederlandse kinderboekenliteratuur. ‘Bijna alle internationale jeugdliteraire klassiekers zijn fantasieverhalen,’ schrijft ze, maar in Nederland brak dat subgenre pas later door. ‘Beide auteurs beleefden hun doorbraak echter met een later boek: Dragt met haar tweede [ze was nog maar 32! DS], De brief voor de koning (1962), en Biegel met zijn derde, Het sleutelkruid (1964). Deze werken maakten Dragt en Biegel tot de grondleggers van een nieuw type fantasieverhaal in de Nederlandse jeugdliteratuur dat met sprookjesachtige elementen en symbolen diepe, universeel menselijke levensthema’s verbeeldt.’

Parlevliet noemt De brief ‘high fantasy, de vakterm voor een- of meerdimensionale verhalen die gekenmerkt worden door een volledig uitgewerkte, logisch coherente andere wereld, waarin de strijd tussen goed en kwaad een grote rol speelt’. En het is meer dan een ridderroman, want vanaf het begin moet Tiuri afwegen wie hij vertrouwt, of hij dapper moet zijn of voorzichtig, en dat maakt het ‘een bloedstollend avonturenverhaal met de onontkoombare vertelkracht van oeroude mythen, sagen en sprookjes, en een tijdloze thematiek, dat tevens gelezen kan worden als een fantasievolle bildungsroman’.

Zulke lof is niet te overtreffen, zij het dat die zich concentreert op de verhaalstructuur. Dragt zelf noemde haar zelfgekozen vorm ‘fantastiek', vertellen Joukje Akveld & Annemarie Terhell in het rijk geïllustreerde ABCDragt. De werelden van Tonke Dragt. Daarin beschrijven ze ook hoe de typische Tonke-held is: eerzaam en eenzaam. ‘Ze dwalen door het leven en bestrijden het kwaad - zichtbaar en onzichtbaar. Zoals de wijze kluizenaar Menaures opmerkt: ook het kwaad in je hart moet steeds bevochten worden.’

Een echte Tonke-held

De strijd is kortom ook psychisch. De eerste pagina’s van De brief zijn wat beschrijvend: Dragt duikt niet meteen de actie in, maar legt uit waar we zijn, in het rijk van Dagonaut, en wat de situatie is, het is de nacht voor de ridderslag voor vijf ridders in spe. Ze moeten een nachtwake doen, 24 uur vasten en zwijgen. Maar dan wordt er op de deur geklopt.

‘Tiuri ging rechtop zitten en keek naar het raam. Hij zag niets – geen schaduw – zodat hij zou kunnen denken dat hij het zich had verbeeld. Was dat maar zo! Hij kon tóch niet doen wat die stem had gevraagd, al had het nog zo dringend ge­klonken. Hij verborg zijn gezicht in zijn handen en probeerde alle gedachten uit zijn geest te bannen.
Maar nogmaals hoorde hij de stem, heel duidelijk, al was het niet meer dan een gefluister: “In Gods naam, doe open!”
Het klonk haast nog dringender dan eerst.
Tiuri keek naar zijn vrienden. Die zagen eruit alsof ze niets gehoord hadden. Maar hij had het wel gehoord! “In Gods naam, doe open!”
Wat nu? Hij mocht de deur niet openen... maar als het nu eens een mens was die in nood verkeerde, een vluchteling die een vrijplaats zocht?’

Dragts stijl doet na een halve eeuw wat stug aan, ‘haast nog dringender dan eerst’, verderop schrijft Dragt ‘Het brood verblijdde hem zeer’, maar hier is Dragts keuze van decor in haar voordeel, het voelt meteen wat middeleeuwser. En binnen dertig pagina's zit je in het verhaal, dat vervolgens amper rustmomenten kent. Er zijn maar weinig scènes zo zorgvuldig uitgewerkt als deze geweldige openingsscène. Tiuri krijgt een brief toevertrouwd, een brief voor koning Unauwen, die hij de zwarte ridder met het witte schild moet geven. Maar die is belaagd door de zwarte ridders met rode schilden, hij is stervende, en Tiuri moet zijn missie overnemen.

Hoe het verder gaat? Dat wist Tonke Dragt zelf aanvankelijk ook niet, schrijft ze in het nawoord van De brief voor de koning. Ze worstelde met de naam voor haar hoofdpersoon ‘Ik heb nog geprobeerd een andere naam te verzinnen voor de hoofdpersoon van het boek. Er moest toch zeker (dacht ik toen) een mooiere, betere naam zijn dan Tiuri...’ En ze wist niet eens wat er in de brief stond aan het begin van het boek. Dat organische schrijfproces vertaalt zich in een reis met prachtige ontmoetingen en gevaarlijke confrontaties, evenzeer dwaaltocht als doelgerichte missie. Ridders als die van de Ronde Tafel duiken op, jonkvrouw Lavinia, vriendelijke monniken, een wijze kluizenaar, een kameraad voor het leven en ontelbare vijanden.

Tiuri voelt zich na de dood van de zwarte ridder met het witte schild al ‘veel ouder en ernstiger voelend dan korte tijd geleden’, maar hij blijft doorgroeien in de daaropvolgende vierhonderd pagina’s. Of dat volstaat om De brief voor de koning een Bildungsroman te noemen? Veel minder dan in haar latere boeken, vanaf Torenhoog en mijlen breed, is die psychologie doorslaggevend. Tiuri heeft een missie en die voert hij uit. Existentiële twijfel, doodsangst (die regelmatig zeer terecht is) en romantische gevoelens zijn niet, of heel summier aanwezig. De actie is belangrijker. Maar die overweging doet hoogstens iets af aan de minimumleeftijd. Voor de jonge lezers van nu blijft het ongetwijfeld vooral een bloedstollend avonturenverhaal.

Daan Stoffelsen is webredacteur van Athenaeum.nl en vader van twee.

pro-mbooks1 : athenaeum