Recensie: Radicale denkers zijn nodig voor verandering

30 november 2015 , door Merijn Oudenampsen
| | | | | | | | | | | | |

In Nederland is het begrip radicalisme voor veel mensen inwisselbaar met extremisme. Een dergelijke opvatting vinden we bijvoorbeeld bij het ministerie van Justitie als het gaat om 'radicaliserende' moslimjongeren of dierenrechtenactivisten. In de Nederlandse politieke cultuur, gericht op consensus en onderhandeling, is het algemeen geaccepteerd dat de waarheid ergens in het midden ligt. Radicalisme heeft als gevolg hiervan een negatieve bijklank. Precies ook om deze reden is het verfrissend om eens een boek te lezen dat er een duidelijk andere definitie van radicalisme op na houdt, zegt merijn oudenampsen.

De bundel What is radical politics today brengt een groot aantal internationaal befaamde en minder bekende academici, politici, journalisten en activisten bij elkaar, van Saskia Sassen tot Hilary Wainwright, van Frank Furedi tot David Boyle, om het te hebben over 'radicale politiek'. Wat daarmee precies bedoeld wordt, verheldert de bekende socioloog Zygmunt Bauman in het openingsartikel. Radicaal stamt af van het latijnse woord 'radix', wat zowel 'wortel' als 'fundament' of 'origine' kan betekenen. Radicale politiek, zo stelt Bauman, is die politiek die symptoombestrijding laat voor wat het is, en problemen bij de wortel aanpakt. De betekenis hiervan in de huidige tijd van financiële en klimatologische crisis, is dat we niet moeten schromen om de systematische tekortkomingen van ons politieke en economische systeem onder de loep te nemen.

Een tweede betekenis van radicale politiek doemt op in andere artikelen. Zo stelt Clare Short dat het neoconservatisme van Bush de meest krachtige vorm van radicale politiek uit de recente geschiedenis is, en ook Thatcher wordt in het boek regelmatig genoemd als rechtse radicaal. Radicaal zijn zij in die zin, dat zowel Bush als Thatcher eens marginale opvattingen met volharding wisten om te smeden tot een nieuwe status quo. Radicalisme betekent hier dat het er niet om gaat dat de waarheid in het midden ligt, maar dat jij jouw waarheid, zonder compromissen, in het midden legt. De bundel heeft dan wel over het algemeen een links karakter, maar er wordt fijntjes op gewezen dat zich in de geschiedenis geen enkele politieke verandering heeft voorgedaan zonder radicaal gedachtegoed, zij het van de linker- of de rechterkant. Het is volgens de auteurs juist het ontbreken van radicale politiek aan de linkerkant, die heeft geleid tot de successen van rechtse radicale stromingen.

Wat de verschillende auteurs in de bundel bindt is een gevoel van urgentie, nu het neoliberalisme op een impasse is gestuit en de klimaatproblemen niet met het bestaande beleid lijken te worden opgelost. Kortom, er is behoefte aan mensen die out of the box kunnen denken. Een van de auteurs stelt het zo:

'Radicals are inconvenient people to take around. [...] They are so seriously off-message that they find few places in modern politics. But we need them in the same way that we need bards and poets - because they push forward the language that makes people see things they never saw before.'

De bundel kent een grote variëteit aan onderwerpen. Er wordt geschreven over een nieuwe Green Deal, over integratie en multiculturalisme, over de rol van de staat, over onderwijs, populisme, NGO's en ga zo maar door. Er is volop contrast aanwezig. Zo wordt de oproep tot een nieuw links engagement met de staat, dat zowel Saskia Sassen als Chantal Mouffe voorstaan, geplaatst naast een anarchistisch pleidooi van Saul Newman om in eigen gemeenschappen een tegenmacht te organiseren. Die variëteit zien we ook terug bij het ideologische profiel van de auteurs. Veel van de radicalen zijn onverdachte sociaaldemocraten, maar er zijn ook anarchisten, milieu-activisten, marxisten en allerhande onplaatsbare relativisten terug te vinden. Dat is kracht van de bundel en tegelijkertijd ook haar zwakte. Het lezen van de bondige en sterk variërende artikelen roept soms een verlangen op naar een boek dat wat meer systematiek heeft, de ruimte neemt en de diepte ingaat. Voor zowel mensen die radicalisme niet schuwen als diegenen die het liefst het veilige midden aanhouden, is het boek een goede introductie in radicaal denkgedrag.

Merijn Oudenampsen is free lance onderzoeker. Hij is verbonden aan de Jan van Eijck Academie in Maastricht, waar hij onderzoek doet naar populisme in het kader van het project Design Negation. Hij studeerde politicologie en sociologie aan de UvA in Amsterdam, schrijft veel over de politiek van stadsontwikkeling en verder is hij initiatiefnemer van verschillende conferenties en campagnes rond flexibilisering.

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum