Recensie: De gebroeders Greenfeld

30 november 2015 , door Emmi Schumacher
| | | |

‘It’s very tough to act like a normal family of three when you are four,’ zei Josh Greenfeld in 1978, in een interview voor 60 Minutes. Onder die drie leden van zijn gezin verstond hij zichzelf, zijn vrouw en hun zoon Karl; met de vierde bedoelde hij Noah, zijn zwaar autistische jongste zoon. Boy Alone is het verslag van Karl Greenfeld, journalist, over hoe het autisme van zijn broertje zijn leven gevormd heeft. Na de drie succesvolle boeken die zijn vader aan zijn zoon wijdde — waarvan de eerste, A Child Called Noah, uit 1972, de bekendste is — en de romans over Noah die van zijn moeder een beroemdheid maakten in haar thuisland Japan, is het nu dus de beurt aan de broer. Het is niet zo gek dat Noah het werk van deze schrijversfamilie beheerst, gezien de mate waarin hij ook hun gezinsleven domineert. Boy Alone is doortrokken van de dynamiek tussen twee krachten: die van de normale familie, en die van de uitzonderlijke omstandigheden waar de familie in verkeert. Door emmi schumacher.

Veel van Greenfelds kindertijd, en veel van Boy Alone, wordt in beslag genomen door de vraag: wat moet er gebeuren met Noah, die nauwelijks kan communiceren of voor zichzelf kan zorgen, en zijn hele leven intensieve aandacht nodig zal hebben? De jonge Karl wordt niet alleen betrokken bij de zorg voor zijn broertje — de Greenfelds kiezen ervoor om hem zo lang mogelijk thuis te houden, in plaats van hem in een instituut te plaatsen — maar ook bij de eindeloze en pijnlijke discussies over zijn toekomst. Het is misschien wel een onmogelijke opgave om de dagelijkse last van het zorgen voor een zwaar autistisch kind invoelbaar te maken, maar Greenfeld slaagt er, met een heldere, precieze stijl waarin je de journalist maar ook de broer herkent, wonderwel in. In zijn gedetailleerde beschrijvingen van de praktische problemen waar het gezin op stuit neemt hij een volwassen afstand. Maar hij verplaatst zich ook in de belevingswereld van zijn jongere zelf, en door zich meerdere malen direct tot Noah te wenden brengt hij zijn kinderlijke emoties op directe en aangrijpende wijze over:

‘I am five, you are three. I can read, you can’t speak. I can tie my shoes, you can’t slip on a sock. […] You can’t come with me. We don’t grow up so much as grow apart.’

Het is duidelijk dat de relatie tussen Karl en Noah zware schade oploopt door Noah's autisme. Samen spelen is onmogelijk, en gewone broederlijke rivaliteit wordt scheefgetrokken omdat het merendeel van de ouderlijke aandacht altijd naar Noah zal uitgaan. Maar aan de andere kant is Noah de enige broer die Karl heeft, en kan hij zich, vooral tijdens zijn eigen turbulente puberteit, niet onttrekken aan de aanwezigheid van een andere jongen in huis. Door het hele verhaal heen wordt Greenfeld heen en weer geslingerd tussen het onontkoombare feit dat Noah nooit een echt broertje voor hem zal zijn...

‘I don’t know this at the time, but my relationship with Noah is the most one-sided one I will ever have. He seems to have lost any interest in me, and I still try to make him come out and play. I desperately want a brother’

... en het evenzeer onontkoombare feit dat Noah toch zijn broer is, dat ze tegelijkertijd opgroeien in de intimiteit van een gezin:

‘... it is impending puberty, of course, the same hormonal confusion that is causing me to spew venom at my parents (...) Noah doesn’t express his teenage angst the same way, but it is there, is real.’

Het verhaal van de Greenfelds wekt bijna onvermijdelijk de hoop op, en bijna de verwachting van, een gelukkig einde, of in ieder geval een verlichting van de last. Greenfeld gooit tegen het einde van Boy Alone deze verwachtingen overhoop, op een manier die zou kunnen worden bestempeld als een manipulatieve truc of als een effectieve onderstreping van de realiteit. Het is in ieder geval een bewuste afwijzing van de hoopvolle toon waarin dit soort verhalen vaak verteld worden. Boy Alone is geen optimistische mars opwaarts — familie wordt getroffen door een tragedie, maar komt er dankzij hard werken en positief denken sterker uit — maar een lange, compromisloze confrontatie met de werkelijkheid. Greenfelds obsessie met Noah en de situatie waar zijn familie zich in bevindt wordt bijna geëvenaard door zijn obsessie met het precies en genadeloos ontleden daarvan.

Die nadruk op realisme, en de eerlijkheid waarmee Greenfeld zijn eigen emoties en keuzes inzake Noah benadert, tilt Boy Alone uit boven een sentimenteel verhaal over een gehandicapt jongetje en zijn familie. Net als zijn vader kan Karl Greenfeld nooit vergeten dat het gewone en het bijzondere maar zelden vredig samen kunnen leven.

Emmi Schumacher studeerde Engels en Amerikanistiek. Ze is boekverkoper bij Athenaeum Boekhandel.

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum