Recensie: De linkshandige tweeling en andere raadsels

30 november 2015 , door Sophie ter Schure
| | | |

Een boek over linkshandigheid, zou dat nou ook leuk zijn voor rechtshandige mensen? Het leek mij als linksepoot mateloos interessant om er eindelijk eens achter te komen wat er achter deze eigenschap zit, na jarenlang te zijn uitgelachen om mijn manier van schrijven, eten opscheppen en bowlingballen gooien, terwijl me aan de andere kant troostend werd verteld dat linkshandige mensen creatiever en intelligenter zijn. Vriend en vijand beweerde dat ik als linkshandige meer kans maakte op een dodelijk ongeluk en op reis in Ghana werden de koekjes die ik uitdeelde door niemand opgegeten – ik gaf ze per ongeluk met mijn linkerhand. Door sophie ter schure.

Wetenschapsjournalist en schrijver Rik Smits onderzoekt in Het raadsel van linkshandigheid (en 15 mei spreekt hij erover bij Athenaeum Boekhandel Haarlem) de achtergrond van dit soort associaties en daarbij ook de oorsprong van het fenomeen. Via mythologie, bijgeloof, cultuur en traditie bespreekt hij hoe de dominantie van rechtshandigheid ons wereldbeeld heeft beïnvloed. Niet alleen blijkt het verschil tussen links- en rechtshandig veel meer consequenties te hebben dan je zou denken, ook het simpele feit dat er links- en rechtshandigen zijn is een raadselachtig gegeven. Smits bespreekt in zijn boek de vele theorieën die zijn geopperd over het bestaan van een verschil in voorkeurshand en daarbij de prevalentie van rechts, beginnend bij Plato en eindigend met onderzoek van het Max Planck Instituut van 2009.

De orde in de chaos: Pythagoras, psychoanalyse en evolutie

De mens zoekt van nature orde in de chaos, schrijft Smits, en zo begonnen de oude Grieken al met het ordenen van tegenstellingen: vrouwelijk – mannelijk, donker – licht, slecht – goed, links – rechts, somt Pythagoras op. Hier ligt de basis van een associatie van ‘links’ met ‘slecht’ waar maar moeilijk vanaf te komen is en die diep is doorgedrongen in onze cultuur. Zo blijkt in de avonturen van Kuifje een beweging van rechts naar links in plaats van van links naar rechts te duiden op een slechte afloop: een ontsnapping van rechts naar links betekent onherroepelijk dat de vluchter opnieuw wordt gegrepen. Toch is deze onbewuste associatie niet universeel: in landen waar de schrijfrichting omgekeerd is aan de onze geldt de wet van Kuifje ook andersom.

Het boek zit vol met mooie anekdotes, leuke voorbeelden en wetenswaardigheden als deze en is daarbij opgebouwd in korte, duidelijke hoofdstukjes. Zelfs wanneer Smits arriveert bij de soms ingewikkelde verklaringen voor linkshandigheid in de geschiedenis van de wetenschap blijft hij zeer helder. In de zestiende en zeventiende eeuw werd gedacht dat linkshandigheid waarschijnlijk te maken had met situs inversus, het verschijnsel waarbij de ingewanden in spiegelbeeld zijn aangelegd.

Drie eeuwen later schreef psychoanalyticus Abram Blau de afwijzing van de volgens hem cultureel ontstane rechtervoorkeurshand toe aan een verkeerde opvoeding of een ‘emotioneel negativisme’ doorgaans te wijten aan een ‘liefdeloze moeder’, dit op basis van ervaringen van een aantal linkshandige patiënten uit zijn praktijk. Waarom nou juist rechts de meest voorkomende voorkeurshand is wist Blau echter niet te verklaren.

Een verklaring in de richting van natuurlijke selectie lijkt het meest voor de hand te liggen. Omdat bij andere diersoorten de verdeling links- en rechtspotigen ongeveer gelijk is, moet het hem zitten in een verschil tussen dieren en mensen, en één zo’n verschil is de specialisatie van onze hersenhelften. De linkerhersenhelft stuurt de rechterkant van ons lichaam aan en vice versa, maar daarnaast hebben de beide helften ook hun eigen functie. De linkerhersenhelft wordt bijvoorbeeld ingezet bij het plannen en organiseren van acties. Volgens neurobioloog Calvin is dat omdat de prehistorische mens zijn eerste prooi doodde met het werpen van stenen. Dit hoeft maar met één hand te gebeuren en daarom was het efficiënt om het besturingssysteem maar in één hersenhelft aan te leggen. Bij toeval werd het de linkerhersenhelft die altijd de rechterhand aanstuurt.

Eenzame tweelingen sterven eerder?

Waarom er dan toch altijd een stabiel percentage linkshandigen bestaat en heeft bestaan is het volgende raadsel. Het zit hem niet in een omkering van de hersenfuncties, want Smits schrijft dat ‘de grote meerderheid van linkshandigen wat de typische specialismen betreft dezelfde verdeling van functies over de hersenen vertoont als bijna alle rechtshandigen.’ Waarom schrijven ze dan toch met links, terwijl dat lastiger lijkt te zijn op basis van wat we weten over die hersenfuncties? Smits houdt een aantal ideeën tegen het licht. Zo wordt geopperd dat linkshandigheid voortkomt uit een neurologische beschadiging die ervoor zorgt dat de ‘natuurlijke’ (rechter-)voorkeurshand minder goed bestuurbaar is. Een ander idee is dat het voortkomt uit een teveel aan testosteron tijdens de embryovorming.

Als laatste is het mogelijk dat linkshandigheid in de genen zit, maar hierbij is het nog een raadsel waarom linkshandige ouders meer kans hebben op een tweeling en een tweeling meer kans heeft linkshandig te zijn. Hierover heeft Smits zijn eigen hypothese, die hij graag onderzocht zou zien: wellicht is elke linkshandige een ‘stiekeme tweeling’, waarbij in het beginstadium van de embryosplitsing iets mis is gegaan. Hij bespreekt elke theorie op een zodanige manier dat de lezer zelf zijn of haar oordeel kan vellen.  

Een laatste raadsel blijft de vraag waarom linkshandigen eerder dood lijken te gaan. In een steekproef onder overleden Californiërs door psycholoog Stanley Coren bleek dat linkshandigen gemiddeld 9 jaar eerder stierven dan rechtshandigen. Coren verbond dit aan de verklaring dat linkshandigheid uit een hersenbeschadiging voortkomt, waar nog bij komt dat de wereld op rechtshandigen is ingericht: bij een kettingzaag zit de stopknop bijvoorbeeld rechts, zodat een linkshandige daar minder gemakkelijk bij kan.

Smits denkt echter dat linkshandigen na jarenlange ervaring zeer goed in staat zijn om zich in een rechtshandige wereld te handhaven, en wijst Corens bevindingen af op basis van statistische gebreken in het onderzoek. Het laatste woord is duidelijk nog niet gezegd over de oorzaak en de consequenties van linkshandigheid, maar dit boek is een fantastische weergave van de huidige staat van onderzoek. Voor de zekerheid blijf ik voorlopig van kettingzagen af.

Sophie ter Schure studeerde Taalwetenschap (UvA).

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum