Recensie: Het Lippizaner kunstproject

05 oktober 2010 , door Misha Velthuis

In de kring op de basisschool kon ik me behoorlijk ergeren aan de ellenlange verhalen over de avonturen van de meisjes op de manage. Verhalen over ‘ruinen’, ‘bokken’, ‘bitten’ en ander paardenjargon, die ik ten eerste niet begreep, en ten tweede als iets ‘typisch meisjesachtigs’ bij voorbaat geen aandacht waard vond. Met zijn boek ‘Dier, bovendier’, over de rol van vier generaties Lipizzaner paarden in de Europese geschiedenis, heeft Frank Westerman mij zonder twijfel van mijn paardentrauma genezen. Door misha velthuis.

Een paard als rode draad

In tegenstelling tot het bevooroordeelde jongetje dat ik vroeger was, was de jonge Westerman regelmatig te vinden tussen de paarden. Op de manage kwam hij in aanraking met een van de jongste telgen van een zeer bijzonder paardenras: de Lipizzaner. Dit paard, indertijd een van de weinige Lipizzaners in Nederland, vormt het uitgangspunt van Westermans verhaal - het dier vormt het uiteinde van de rode draad die hem dwars door de twintigste-eeuwse Europese geschiedenis leidt.

Nauwlettend gefokt en veredeld onder streng toezicht van het keizerlijke fokprogramma ontstond het Lipizzaner paardenras in de imperiale stallen van het Habsburgse rijk. In die stallen, in het vroeg twintigste-eeuwse Wenen, pakt Westerman het andere uiteinde van de rode draad op. Daar in de rijzaal voert de overgrootvader van het paard uit zijn jeugd tegen het einde van de negentiende eeuw de beroemde Lipizzaner-trucs op voor keizerlijk publiek. Met de nieuwsgierigheid en journalistieke drift die ook uit zijn vorige boeken spraken, weet Westerman de omzwervingen van de tussenliggende generaties Lippizaners te achterhalen en op een meeslepende manier te beschrijven.

Een paardenras als menselijk project

Ik zou Westermans boek echter geen recht aan doen als ik enkel zijn fascinatie voor Lipizzaners zou uitlichten. De keuze voor het onderwerp is misschien gegrond in een liefde voor het dierlijke, maar zijn zoektocht is evenveel geïnspireerd door een verlangen om inzicht te verkrijgen in het menselijke. Zoals hij zelf omschrijft, bijt hij zich vast in het ‘idee om via het paard – of beter: de menselijke bemoeienis met het paard – meer inzicht te krijgen in de eigenaardigheden van onze eigen soort’. Met deze invalshoek tilt Westerman zijn boek naar een hoger niveau.

Allereerst is daar het Lipizzaner ras als ultiem kunstproject, een werk waar ‘de menselijke soort’ eeuwenlang aan heeft geboetseerd. De eigenschappen die de mens aan het paardenras heeft meegegeven zijn daarmee een afspiegeling van zichzelf - het Lipizzaner paard staat voor de normen en waarden van het Habsburgse rijk.

Ten tweede is daar de maakbaarheid van het paard die onvermijdelijk vragen oproept over de maakbaarheid van de mens. Als we het paard naar onze idealen kunnen vormen, waarom lukt het ons niet om onze eigen ruwe kantjes weg te schaven? In een poging deze vraag te beantwoorden buigt Westerman zich over de twee meest extreme ideeën over maakbaarheid die hij tegenkomt in zijn genealogische reis door de tijd: het fascisme en het communisme.

Hij typeert beide ideologieën in een scherpe analyse van het nature-nurture debat (zijn het genen of zijn het omgevingsfactoren die het meest bepalend zijn voor wie we zijn?). Waar het fascisme destructief geobsedeerd was door de genetische perfectionering van de mens, was het communisme destructief geobsedeerd door de sociale vorming van het individu. Zoals Westerman opmerkt:

‘Via de eeuwige keten actie-reactie sloeg de pendule altijd te ver door: in dit geval van het accent op nature (in de eerste helft van de twintigste eeuw) naar nurture (in de tweede) en, aan het begin van de eenentwintigste eeuw weer krachtig terug naar nature.’

Soms lijkt Westerman in zijn journalistieke enthousiasme te verzanden in een collage van anekdotes, maar ditzelfde enthousiasme zorgt ervoor dat je als lezer aandachtig genoeg blijft om het overzicht te houden. Dit boek leest als een spannende roman en verlicht als een filosofisch pamflet. Of je nu van paarden houdt of niet, Dier, bovendier is absoluut een aanrader.

Misha Velthuis studeerde Fysische Geografie (BA) en Politicologie, richting Internationale Betrekkingen (MA). Momenteel verzorgt hij werkgroepen politicologie aan de UvA.

pro-mbooks1 : athenaeum