Recensie: In de zestien meter van de ziel

30 november 2015 , door Marleen Louter
| | |

Ook in Nieuws van nergens, de nieuwste bundel van Anna Enquist, is het verdriet onverminderd krachtig aanwezig. De vraag of Enquist het gemis van haar overleden dochter in haar poëzie ooit nog opzij zal zetten, is dan ook niet langer legitiem; het is er, onomstotelijk en onvermijdelijk, en het lijkt er zelfs deel van geworden. Het zijn verwijzingen als ‘de ontbonden hersens’, ‘de lege stoel met het kind zonder rijbewijs’ en simpelweg ‘het verdwenen kind’, die de afwezigheid van de dochter ook in deze bundel in woorden tastbaar maken. Door marleen louter.

Al eerder, in de bundel Tussentijd (2002) maar ook in haar roman Contrapunt (2008), bewees Enquist het evenwicht te kunnen bewaren op de dunne scheidslijn die de sentimentaliteit scheidt van autonome kunst. Haar gedichten spelen op het gemoed, bevatten herkenbare elementen maar door de eerlijkheid, de rauwe onopgesmuktheid ervan slaat de balans zelden uit naar pure gevoelspoëzie. De manier waarop Enquist die rauwheid subtiel in taal vormgeeft, dwingt ook in Nieuws van nergens respect af.

Maar dat het een wankel evenwicht is waarop ze balanceert, bewijst een gedicht als ‘De straatstenen van Amsterdam’, dat Enquist schreef voor de gemeente Amsterdam, waarin ze haar verdriet vrij eendimensionaal in wrok heeft vertaald:

Zij houden de wacht bij stoplichten,
op straathoeken waar vrachtwagens
en bussen de meisjes neermaaien.

Zij dragen lijdzaam de stervenden,
met hol, onhoorbaar hijgen. Hun geheugen
is versleuteld, maar wat zij weten

gaat nooit verloren. Soms zetten zij
het in de nacht op een onmachtig,
gruwzaam krijsen. Baksteen en basalt.

Gelukkig kunnen wij dat zelden horen.

De wrange, dichterlijk vrij zwakke toon ervan steekt bleek af bij sommige andere gedichten. En het belicht tevens een andere zwakke plek in de bundel; de gedichten, hoewel opgedeeld in afdelingen, vormen meer een eclectische verzameling dan een hechte eenheid. Er zijn enkele gelegenheidsgedichten bij, en nadrukkelijk triviale gedichten zoals het titelgedicht, waarin een verslaggeefster op het journaal verslag probeert te doen van de orkaan waar zij middenin staat; het leidt tot ‘een eindeloze stroom/ met nieuws van nergens’.

Die variatie komt de intensiteit niet ten goede, maar de kracht in Nieuws van nergens schuilt dan ook in de afzonderlijke gedichten: in het contrast tussen de vloeiende ritmiek, de heldere beelden enerzijds en de kracht en rauwheid van wat Enquist beschrijft anderzijds. Dat contrast werkt ze op sommige plekken zo knap en weloverwogen uit, dat de gedichten niet bezwijken onder de sterke lading. De metaforen zijn bovendien even eenvoudig als ontroerend, zoals het beeld van een cello die na een afgezegd concert onaangeroerd in de woonkamer staat:

[...] Partijen

staan betekend op de lessenaar; verlies
en spot en schaamte zijn aan zet.

Een zonderlinge leegte die niet wijkt
bekruipt hem als hij langzaam, met veel toon,

zijn baslijn strijkt. Vergeefse zorgzaamheid
waar niemand meer op wacht [...]

Een andere mooie vondst is wanneer Enquist reflecteert over de relatie tussen taal en gemis: ‘Na zes jaar moet zelfs/ de taal van gemis omgezet, je grijpt/ naar het woordenboek, zoekt/ naar het stilstaande beeld.’ En een van de hoogtepunten vormt een gedicht waarin Enquist het gevoel zelf, of beter gezegd de pijn, zelfs tot onderwerp neemt:

[...]
Wat afgesneden is dringt zich bedrieglijk
op, je strekt je armen blind naar
de verzaagde voet, een leegte,
het verdwenen kind. Het is een naam

voor wat zich voordoet in de zestien
meter van de ziel: een spookbeeld snelt
de doelmond in en doet alle verlies
teniet, maakt alles goed.

Juist in die gedichten, waarin de taal niet langer lijdend voorwerp is en zich niet onderwerpt aan het gemis of juist de trivialiteit die daar tegenover staat, maar als het ware in de aanval gaat, het heft in eigen hand neemt, schuilt misschien de bevrijding van het verdriet dat Enquists poëzie sinds 2001 overschaduwt. Nodig is dat niet: puur en menselijk als ze zijn, verdienen deze gedichten ook zo waardering.

Marleen Louter is neerlandica. Ze schrijft recensies voor Recensieweb.nl en werkt als webredacteur voor Boekblad en Athenaeum.nl.

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum