Recensie: De Indiase herontwikkelingsroman

30 november 2015 , door Lodewijk Brunt
| | |

Het economische zwaartepunt van Bombay verplaatst zich. De werkgelegenheid beweegt zich van het zuiden in de richting van het Chhatrapati Shivaji-vliegveld. Het gloednieuwe Bandra-Kurla Complex - beton en spiegelglas - is het bedrijven- en kantorenterrein van de toekomst en voorsteden als Vile Parle, Dadar, Bandra, Khar Road, Andheri en Santa Cruz zijn daardoor steeds centraler komen te liggen. Projectontwikkelaars hebben zelfs een begerig oog laten vallen op Dharavi, de grootste sloppenwijk van Azië. Wat een onherbergzame vuilnisbelt was, goed voor slachters, leerlooiers en pottenbakkersovens, belichaamt nu de droom van iedere investeerder. Wie de grond van Dharavi in handen krijgt, zal slapend rijk worden. Op deze strategische plek - grenzend aan het internationale vliegveld - wil iedereen bouwen. Ziehier het decor voor Last Man in Tower, de nieuwe roman van Aravind Adiga: hoe Bombay wordt opgevreten door het moderne roofkapitalisme. Door lodewijk brunt.

Adiga vertelt zijn verhaal aan de hand van twee woontorens (Vishram Tower A en Vishram Tower B) die vijftig jaar geleden werden gebouwd op lege, spotgoedkope grond in Santa Cruz, maar die nu de verdere ‘vooruitgang’ in de weg staan. De stad is opgerukt en de sloop van de torens zou de weg vrijmaken voor de bouw van een paar super-de-luxe woonblokken die je tegen fantasieprijzen kunt slijten aan de nieuwe rijken.

In Bombay is de woningnood nog steeds onvoorstelbaar - meer dan de helft van de omstreeks achttien miljoen inwoners leeft in krottenwijken of op straat. Ontwikkelaar Dharmen Shah heeft zijn zinnen gezet op de torens en biedt, vertegenwoordigd door zijn 'linkerhand' en sterke man Shanmugham, de bewoners een flink bedrag als ze hun appartementen binnen een paar maanden vrijwillig verlaten. De titel van het boek geeft de plot al weg: één stijfkop dreigt het voor alle andere bewoners te verzieken omdat hij weigert het aanbod aan te nemen.

De stijfkop wordt een paria

Adiga heeft eerder laten zien dat hij meeslepend kan vertellen en zijn nieuwe roman zit meesterlijk in elkaar. Op een bijna documentaire manier introduceert hij de hoofdrolspelers en brengt hij de onderlinge verhoudingen in de A-toren - waarop hij zich concentreert - voor het voetlicht. Hij haalt soms het niveau van Rohinton Mistry in Tales from Firozsha Baag of Thrity Umrigar in haar Bombay Time: allebei boeken waarin de onderlinge verhoudingen in een ‘kolonie’ minutieus worden geanalyseerd en beschreven. Bij Umrigar en Mistry gaat het om parsi’s, Adiga beschrijft een gemeenschap van hindoes en een enkele moslim, maar voor de opgekropte spanningen in zo’n stedelijke dorpssamenleving maakt dat weinig uit.

De A-toren komt harder onder druk te staan naarmate het ultimatum van Shah naderbij komt en blijkt dat er geen éénsgezindheid bestaat. De alom geachte schoolmeester die zijn huis niet wil verlaten als een eerbetoon aan zijn gestorven vrouw en dochter, verandert langzaam maar zeker in een gehate paria die zelfs door zijn zoon en zijn beste vrienden in de steek gelaten wordt. Het beschrijven van deze ontwikkelingen lijkt Adiga geen moeite te kosten, de zinnen vloeien als honing uit zijn pen.

'In the light of the towers Shanmugham's thoughts seemed to crystallize into giant letters in front of Masterji: "This is how I will flatter the old man, and very subtly, bully him. I will show him the kingdoms of the earth and give him a hint of the instruments of torture." So they had shown him all the kingdoms of Bombay and told him: "Take your pick." And he knew now what he wanted. Nothing.'

Realistisch en onlogisch

Last Man in Tower is ook een roman over stedelijke processen. De economische verschuivingen die zich in Bombay voordoen gaan gepaard met speculatie, krotopruimingen, huisuitzettingen en een drastische verhoging van de grondprijzen - en alles wat daarmee samenhangt: harde criminaliteit, corruptie, nepotisme, intimidatie, omkoperij. Adiga weet uiteraard precies waar hij het over heeft, het is een dagelijkse realiteit voor inwoners van Bombay.

Maar juist daarom heb ik af en toe moeite met de psychologie van zijn personages. Makelaar Ajwani speelt een buitengewoon doortrapte rol in het hele proces waarbij de schoolmeester onder druk wordt gezet, zonder hem zou de A-toren nooit zijn ‘omgegaan’. Toch weigert hij uiteindelijk geld aan te nemen als beloning voor zijn diensten. En, nu het daar toch over gaat, Adiga maakt overtuigend duidelijk dat boeventuig als Dharmen Shah in de praktijk van ontruimingen en bedreigingen voor een luttel bedrag huurmoordenaars kunnen inschakelen om hun zin door te drijven.

'Three years ago. A tough redevelopment project in Chembur. One old man had refused to sell his flat. Mr Shah said: "Get him out of there, Shanmugam". He had hired two boys to smash chairs to pieces outside his window. No implements. The old man stared out of his window and watched them break wood with their bare hands and feet all day long. When he looked out, they grinned and showed him their teeth. He sold after a couple of days.'

Waarom zou hij de bewoners dan toch zoveel geld bieden? Ook een raadsel. Wat er in de B-toren gebeurt weten we niet, toch is die eerder ontruimd dan de A-toren – Adiga zat kennelijk met de plot in zijn maag en heeft er een punt aan gedraaid. Jammer voor zo’n prachtige stadsroman.

Lodewijk Brunt is stadssocioloog, met als specialisatie India.

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum