Recensie: Iedere dag nieuwe gezichten

06 juli 2011 , door Karlijn de Winter
| |

Of Vitangelo Moscarda niet wist dat zijn neus scheef stond? Deze terloopse vraag haalt voor de hoofdpersoon van Iemand, niemand en honderdduizend (1926) alle zekerheden onderuit. Hoe weet hij nog wie hij is, als iedereen hem anders ziet? Die verwarring geldt zo’n beetje als de kern van de levensvisie van Luigi Pirandello (1867-1936), en die roman – bij ons althans - als de kern van zijn schrijverschap. Pirandello zelf hechtte echter meer aan zijn korte werk, zoals staat te lezen in het voorwoord (door Max Nord) van de bundel De reis. En daarin verdient hij navolging, want in die verhalen komt zijn levensvisie nog beter tot zijn recht: het is tijd voor een herwaardering. Door karlijn de winter.

De verhalen uit De reis (1928, uit de reeks Novellen voor een jaar, uitgegeven bij Coppens & Frenks) zijn vertaald door een gevarieerd gezelschap: Annegret Böttner, Leontine Bijman, Tineke van Dijk en Reinier Speelman, en worden bevolkt door een nog grotere variëteit aan personages. Van een vrolijk kleutermeisje dat niets liever wil dan met een eigen paraplu over straat paraderen, tot een strenge heer die zijn hele leven laat beheersen door allerlei gezondheidsregels, omdat hij bang is voortijdig te sterven. Al deze mensen roept Pirandello op met zo veel empathie, dat zelfs de meest onuitstaanbare figuren je na aan het hart gaan liggen.

Theater

In een kort bestek weet Pirandello een personage te typeren. In strakke zinnen komen zijn angsten, fixaties of dwangmatigheden tot uiting. Voor Bernardo Sopo is het hele leven een aaneenschakeling van zaken die hij moet afhandelen, altijd wil hij maar zo snel mogelijk gedaan hebben wat nog moet:

‘Gingen ze op reis? God beware! Een ramp. Koffers, tassen, pakken; vlieg, koetsier! ren, kruier! En zweten! en zweten! En van alles kwijt, en van alles vergeten, om twee uur voor vertrek op het station te zijn! Niet uit angst dat hij de trein zou missen maar omdat hij thuis niet langer kon wachten, geen minuut, met die gedachte aan het vertrek die hem kwelde.’

Pirandello’s stijl is temperamentvol en recht voor zijn raap. Daarbij komen nog de spitse dialogen en de tragische humor, en de indruk dat je naar een theaterstuk kijkt, op de eerste rij, is compleet.

Als diva de dood tegemoet

Hele levens trekken zich in de verhalen aan je voorbij. Pirandello legt de personages vast op de meest bepalende momenten van hun leven. Er is geen verhaal waar niet een geboorte of overlijden in voorkomt, en anders scheelt het niet veel. Het titelverhaal gaat over een eenzame weduwe, in een dorpje in het binnenland van Sicilië. Jarenlang gaat ze in het zwart gekleed – de jurken inmiddels versleten en helemaal uit de mode –, jaren zet ze geen stap buitenshuis. Tot er een ernstige ziekte bij haar wordt vastgesteld.

Ze moet naar een gespecialiseerde arts, en haar zwager neemt haar mee naar Palermo. Ze durft haast niet, zo onbekend is die buitenwereld, maar ze laat nieuwe jurken en hoeden komen, ze doft zich op, en stapt in de koets. En genieten dat ze doet, voor het eerst van haar leven, met haar schoonbroer over de boulevard. Nu haar levenseinde met rasse schreden nadert, is ze eindelijk uit haar schulp gekropen en stort ze zich als een ware diva in de verlokkingen van de grote stad. Zo’n ommekeer komt vaker voor, en zorgt steeds voor een verrassende wending. Ineens realiseert iemand zich dat hij tot nu toe wel een heel bekrompen bestaan heeft geleid, en ziet hij zijn leven in een compleet ander licht.

Handlezen

Het innemende aan Pirandello’s verhalen is dat hij de levens van de personages vooral ook weet op te roepen via de mensen die hen omringen. Heel letterlijk gebeurt dat in ‘De hand van de arme zieke’, waarin een bedlegerige patiënt in het ziekenhuis zijn buurman in het bed naast hem observeert. Er is een schot dat hen scheidt; het enige dat hij ziet is de hand van die arme zieke, die op de lakens rust. Die ene hand geeft hem aanknopingspunten om heel zijn leven bij elkaar te fantaseren:

‘Ik bemerkte dat deze duim zich vaak uit zichzelf, als uit gewoonte, aan de druk van de punt van de wijsvinger onderwierp, alsof de zieke zich met die druk onbewust een verre werkelijkheid in herinnering riep die hij zo, met die druk op de duim, aanraakte; de werkelijkheid van zijn bestaan als gezonde man. Wellicht een atelier dat doordrongen was van de speciale benauwende geur van nieuwe stoffen, […]’

Buren begluren

Heel behendig speelt Pirandello met perspectieven. De een aanschouwt de ander, waardoor hij zich van alles gaat realiseren, zoals in ‘Het licht van het andere huis’. Daarin leeft een intens sombere man op door de warme familietaferelen die hij door het raam van zijn buren ziet. Voor de burenfamilie blijft dat niet zonder gevolgen – de sombere man wordt een aantrekkelijke man, en weet de buurvrouw te verleiden.

Soms ook botst de belevingswereld van de een, met die van de ander, zoals in ‘“Vexilla Regis…”’, waarin een vader zijn dochter altijd heeft voorgehouden dat haar moeder overleden is bij haar geboorte. Wanneer de moeder de dochter na meer dan twintig jaar voor het eerst in de armen wil sluiten, houdt de vader dat tegen. Hij gaat haast fysiek onderdoor aan het idee alleen al, verstrikt als hij zit in een web van leugens en tegenstrijdige gevoelens.

Met de Novellen wilde Pirandello voor iedere dag van het jaar een verhaal schrijven. Hij is niet verder gekomen dan 232. Maar het aantal mensen waarover ze verhalen is schier oneindig. Ze laten een verscheidenheid aan stemmen horen, dat het niet eens opvalt hoeveel verschillende vertalers eraan hebben gewerkt. Dat iedereen meerdere identiteiten heeft, is niet alleen de filosofische achtergrond van Pirandello’s werk, hij brengt het ook in praktijk: alle verschillende mensen, met al die ‘honderdduizenden’ identiteiten, krijgen in de verhalen een eigen gezicht.

Karlijn de Winter studeerde communicatie- en informatiewetenschappen aan de VU te Amsterdam en Italiaanse taal en cultuur aan de Universiteit Utrecht. Op dit moment werkt ze als freelance tekstschrijver. Daarnaast is ze hoofdredacteur van Recensieweb.nl.

pro-mbooks1 : athenaeum