‘This house is strange,’ staat er in het motto van Home, de nieuwste roman van Toni Morrison, nu door Nicolette Hoekmeijer vertaald als Thuis. Vreemd, vijandelijk, vol met slechte herinneringen: alles wat een thuis niet zou moeten zijn. Voor Frank Money en zijn zusje Cee is het kleine dorpje in Georgia waar ze zijn opgegroeid dan ook nooit een thuis geweest, maar Thuis gaat over hoe een lang gehate plek geliefd kan worden. Door emmi schumacher.
Om het leven van Cee, die als medisch proefpersoon in de handen van een gewetenloze dokter is gevallen, te redden, brengt Frank hen allebei terug naar Lotus, het dorpje uit hun jeugd. Hijzelf is in het leger gegaan om aan zijn afstandelijke ouders, nijdige grootouders en de niet aflatende armoede van Lotus te ontsnappen. Maar ook zijn ervaringen tijdens de oorlog in Korea hebben hem slechte herinneringen gegeven:
'From the windows, through the fur of snow, the landscape became more melancholy when the sun successfully brightened the quiet trees, unable to speak without their leaves. The lonesome-looking houses reshaped the snow while a child's wagon here and there held mounds of it. Only the trucks stuck in driveways looked alive. As he mused about what it might be like in those houses, he could imagine nothing at all. So, as was often the case when he was alone and sober, whatever the surroundings, he saw a boy pushing his entrails back in, holding them in his palms like a fortune-teller's globe shattering with bad news [...] Achter de raampjes werd het landschap, onder een deken van sneeuw, steeds melancholieker naarmate de zon meer de verstilde bomen verlichtte, die niet konden spreken zonder hun bladeren. De eenzaam ogende huizen gaven de sneeuw een andere vorm, en her en der lagen hoopjes op een bolderwagen. Alleen de pick-ups die stil op een oprit stonden, leken te leven. Hij vroeg zich af hoe het in die huizen zou zijn, maar kon zich er geen voorstelling van maken. Dus zag hij, zoals wel vaker wanneer hij alleen en nuchter was, ongeacht zijn omgeving, een jongen die zijn ingewanden weer in zijn buikholte duwde, ze in zijn handen houdend als een waarzegger met een glazen bol die bijna uit elkaar spat van de doembeelden [...]'
'From the windows, through the fur of snow, the landscape became more melancholy when the sun successfully brightened the quiet trees, unable to speak without their leaves. The lonesome-looking houses reshaped the snow while a child's wagon here and there held mounds of it. Only the trucks stuck in driveways looked alive. As he mused about what it might be like in those houses, he could imagine nothing at all. So, as was often the case when he was alone and sober, whatever the surroundings, he saw a boy pushing his entrails back in, holding them in his palms like a fortune-teller's globe shattering with bad news [...]
Achter de raampjes werd het landschap, onder een deken van sneeuw, steeds melancholieker naarmate de zon meer de verstilde bomen verlichtte, die niet konden spreken zonder hun bladeren. De eenzaam ogende huizen gaven de sneeuw een andere vorm, en her en der lagen hoopjes op een bolderwagen. Alleen de pick-ups die stil op een oprit stonden, leken te leven. Hij vroeg zich af hoe het in die huizen zou zijn, maar kon zich er geen voorstelling van maken. Dus zag hij, zoals wel vaker wanneer hij alleen en nuchter was, ongeacht zijn omgeving, een jongen die zijn ingewanden weer in zijn buikholte duwde, ze in zijn handen houdend als een waarzegger met een glazen bol die bijna uit elkaar spat van de doembeelden [...]'
Dit naast elkaar bestaan van het nu en het verleden is een van de vele tegenstellingen waaruit Thuis is opgebouwd. Frank wil niets liever dan in het heden leven, maar kan niet ontsnappen aan zijn herinneringen. Hij heeft de droom een gelukkig bestaan op te kunnen bouwen, vrij van de (benevelde) nasleep van zijn tijd in Korea, maar uit alles blijkt dat de realiteit hem inhaalt. Hij liegt tegen zichzelf over wie hij is en wat hij gedaan heeft, tot hij, teruggekeerd naar Lotus, eindelijk besluit de waarheid onder ogen te zien.
Hoewel het een kleine roman is, biedt Thuis dus volop emotionele complexiteit. Ook is duidelijk te merken dat Morrison een ervaren en uitermate ontwikkeld schrijfster is. Zo past ze bijvoorbeeld de ongewone literaire greep toe van een hoofdpersoon die inbreekt in het verhaal van de verteller in korte passages tussen de hoofdstukken in ('describe that if you know how'). Heeft hij het tegen de verteller, of tegen zichzelf? Het is ook te merken aan Morrisons poëtische stijl, die schoonheid verleent aan een verhaal vol maar al te vaak voorkomend ongeluk. Soms ook maakt deze stijl het geheel wel erg zwaar; daar staat dan weer tegenover dat ze je genoeg om Fran en Cee doet geven om door te lezen, om vooral maar te zien hoe het met ze zal aflopen.
Naast haar geraffineerde schrijverschap zijn ook de kenmerkende thema's van Morrisons eerdere werk in Thuis aanwezig. Hoewel ze zich in de achtergrond lijken op te houden, met op de voorgrond de persoonlijke verhalen van Frank en Cee, maakt dat ze niet minder schrijnend. Het is juist hun vanzelfsprekendheid die zo treffend is. Armoede, racisme, de ondergeschikte en machteloze positie van de vrouw: het zijn de pijlers waarop de levens van de twee gebouwd zijn. Zonder dat er iets aan hen gevraagd is, natuurlijk.
De manier waarop ze allebei in staat blijken te zijn om boven hun tijdperk en hun omstandigheden uit te rijzen heeft daarom bijna iets sprookjesachtigs. Home heeft een lichte neiging naar een misschien al te geruststellend happy end, waarin de cirkel rond is en de menselijke geest haar veerkracht heeft bewezen. Aan de andere kant: als Frank en Cee als een moderne Hans en Grietje hun weg terugvinden naar huis en daar een beetje vrede vinden, dan gunt de lezer dat ze van harte.
Emmi Schumacher studeerde Engels en Amerikanistiek. Ze is boekverkoper bij Athenaeum Boekhandel.