Recensie: Verona, Verona, win voor ons!

11 oktober 2012 , door Tim Wagemakers
| |

Supportersboeken over voetbalclubs bestaan er in overvloed en in al deze boeken spat de liefde voor de club in kwestie van de bladzijden. Zo ook bij Tim Parks, sinds 1981 woonachtig in Verona, die in Een seizoen met Hellas Verona de wereld van het Italiaanse voetbal in duikt. Parks bezocht in het seizoen 2000/2001 alle uit- en thuiswedstrijden van zijn geliefde Hellas Verona en schreef en passant een indrukwekkende antropologie van de hedendaagse voetbalfan die bovendien gelezen kan worden als een zoektocht naar de Italiaanse identiteit. Door Tim Wagemakers.

N.B. lees ook de recensie over Leer ons stil te zitten en het leesfragment uit De dienares

Twee sporen

Toegegeven: voor een fervent voetbalhater is meer dan tweehonderd pagina’s gewijd aan een sport misschien te veel van het goede, maar voor wie iets of heel veel met voetbal heeft biedt het boek een pracht aan verhalen die verrassen door een combinatie van academische beschouwingen en emotionele supportersretoriek. Wie zich overgeeft aan het enthousiasme van Parks ziet een schrijver aan het werk die op een pagina net zo makkelijk en vol passie het – vanuit geslagen positie - o zo belangrijke winnende doelpunt beschrijft als dat hij de daaropvolgende euforie vergelijkt met Schopenhauers analyse van vreugde en depressie. Dit zijn de twee manieren waarop je het boek op kunt lezen:

‘We verlieten het stadion euforisch. We hadden Parma in de pan gehakt. Ze waren verpletterd, vernederd. Vernederd! Wat is dat een prachtig woord wanneer je er niet zelf mee bedoeld wordt. De emoties waren onbeheersbaar. [...] “Tomeloze vreugde en diepe depressie treft men altijd en alleen in één en dezelfde persoon,” schreef Schopenhauer, “omdat de een de ander opwekt en ze beide het gevolg zijn van een grote levendigheid van geest.”’

De roes

De rode draad van het boek wordt uiteraard gevormd door de wedstrijden van Hellas Verona die elk in een afzonderlijk hoofdstuk staan beschreven. Voor Parks een gok, want hij realiseerde zich ongetwijfeld dat de kracht van het boek voor een groot deel zou liggen in de ontwikkelingen op het voetbalveld. Als supporter had hij de sportieve resultaten waarschijnlijk liever beter gezien, maar als schrijver had hij zich geen beter seizoen kunnen wensen, met een Hellas Verona dat in een verbeten strijd tegen degradatie verwikkeld was - en waarvan ik de afloop hier niet zal verraden.

Het fanatisme spat dan ook van de pagina’s. Parks wordt naarmate het seizoen vordert steeds meer onderdeel van de harde kern van Hellas die in de verhalen de spanning van zich af drinkt, scheldt, vecht en zingt. Hoe minder wedstrijden er nog gespeeld moeten worden, hoe groter de spanning en hoe meer Parks merkt dat ook hij ten koste van alles wil dat zijn club wint. In het Italië vol omkoopschandalen een confronterende constatering:

‘Er zijn geen woorden voor wat er dan volgt. Ik zit in zak en as. En schaam me. Je was blij met dat afgesproken werk, Tim. Je was blij dat de wedstrijd van tevoren geregeld was. En nu ben je ontdaan dat het niet zo is. En ontdaan omdat je zou willen dat het wel zo was. En ontdaan omdat je alweer, voor de zeventiende, ik herhaal, voor de zeventiende keer dit seizoen een lange reis hebt gemaakt om Verona te zien verliezen.’

De analyse

Parks analyseert zichzelf en zijn omgeving scherp. Puttend uit poëzie, filosofie en sociologie probeert hij te begrijpen wat mensen ertoe drijft om hun vreugde en verdriet te laten afhangen van een willekeurig spel. Tot concrete antwoorden komt hij niet, maar Parks wijst erop dat de roes van het supporter-zijn samenhangt met een collectief zelfbedrog om de wereld even niet onder ogen te hoeven komen. Een inzicht dat opnieuw is ingegeven door Schopenhauer:

‘Iemand die van het toppunt van vreugde naar de diepste depressie over kan stappen, zei Schopenhauer, is onderworpen aan een misvatting. De strenge Duitser schudt afkeurend zijn hoofd. Maar liever een opwindende misvatting, had de Italiaan Leopardi al tientallen jaren eerder geconcludeerd, of zelfs wat voor misvatting ook, dan de waarheid dat de wereld “absoluut niets” is.’

En zo reist Parks door de voetbalwereld, beschrijft hij de tegenstellingen tussen het noorden en het zuiden van Italië en laat hij zien hoe de voetballerij als spiegel kan dienen voor de Italiaanse maatschappij. Hij kaart het Italiaanse racisme aan, betoogt dat de media de voetbalsupporter misbruikt voor eigen gewin en stelt dat de interactie tussen politie en supporter er een van wederzijdse afhankelijkheid is. Parks nuanceert het beeld dat de harde kern van Hellas Verona, de Brigate Gialloblú, extreemrechts zou zijn, maar wijst wel op de oerwoudgeluiden die gemaakt worden in het vak. Het blijft echter moeilijk om te beoordelen in hoeverre Parks de misstanden in het vak met de mantel der liefde bedekt.

Forza Hellas

Hellas Verona is geen club met een aansprekende naam in Europa. Toch is Een seizoen met Hellas Verona een boek dat elke voetbalfan binnenboord houdt door de beschrijvingen die voor iedereen herkenbaar zijn. De derby tussen Vicenzo en Verona doet denken aan Feyenoord tegen Ajax of Katwijk tegen Quick Boys en de constante aanklacht tegen de vercommercialisering van voetbal doet instemmend ‘ja’ knikken.

Tegen het einde van het boek zal geen enkele lezer Hellas Verona een rechtstreekse degradatie gunnen. Het boek is echter geen wapen om de fervente voetbalhater mee om de oren te slaan. Je kunt voetbal uitleggen in termen als ‘totemisme’, ‘groepsidentiteit’ of ‘betovering’, uiteindelijk blijft het een spel met tweeëntwintig mensen en een bal. En supporters zoals Tim Parks. Forza Hellas Verona

Tim Wagemakers studeert Wijsbegeerte en Frans aan de Universiteit van Amsterdam en liep stage bij athenaeum.nl.

pro-mbooks1 : athenaeum