Recensie: Verstrikt in het breiwerk van een ander

30 november 2015 , door Godeke Donner
| | |

In zijn nieuwe roman vertelt Andre Brink over zijn familiegeschiedenis. Bij het onderzoek naar zijn stamboom, dat in eerste instantie naar voorvader Cornelis Brink leidde, stuitte de schrijver op het slavenmeisje Philida. Zij was als breistertje in dienst op Zandvliet, het wijnlandgoed van Cornelis Brink in de Kaapprovincie. Het boek begint als de dappere Philida bij het gerechtshof in de Kaap aangifte doet tegen Cornelis’ zoon Frans, die ze ervan beschuldigt vier kinderen bij haar verwekt te hebben. Het begin van een aangrijpende roman. Door godeke donner.

Scala aan stemmen

Om en om schrijft Andre Brink romans die in het heden en het verleden spelen. Die in het verleden zijn onlosmakelijk verbonden met de wrede geschiedenis van Zuid-Afrika, zoals A Chain of Voices (Houd-den-bek) en Praying Mantis (De Bidsprinkhaan). De slavenopstand uit A Chain of Voices speelt ook in Brinks nieuwe roman Philida een rol en Kupido Kakkerlak, de hoofdpersoon uit De Bidsprinkhaan kreeg een cameo-rolletje in Philida.

De eerste helft van het verhaal wordt afwisselend verteld door Philida zelf, door vader Cornelis en zoon Frans Brink en door Petronella, een vrijgemaakte slavin die ook de echte moeder van Cornelis blijkt te zijn. Er is dus een scala aan stemmen aan het woord in deze roman. De afwisseling tussen deze stemmen brengt nuances aan in deze geschiedenis over blank en zwart. Zo kom je als lezer te weten dat Frans echt van Philida hield en dat zij zijn gedachten blijft beheersen, ook nadat hij uitgehuwelijkt is aan een meisje van zijn eigen stand.

‘What does return to his mind, over and over, is a name. Philida. Just that: Philida. But it is different from other times. The name carries a feeling, a sound, a weight. It is a name that belongs to the past. But not a past that is irrevocably behind him. It is a past which will never again, even if he tries to make it happen, let go of him. Philida.’

‘She’s nobody’s meid’

Er zou van Philida een prachtige film gemaakt kunnen worden. Brink schetst met meesterhand de opeenvolgende scènes. Een hoogtepunt is de veiling in Kaapstad waar Philida door Cornelis Brink in bijzijn van Petronella, een vrijgemaakte huisslavin die de eigenlijke moeder van Cornelis is, naartoe wordt gebracht. Als een potentiële koper onder Philida’s rokken probeert te graaien, bedreigt Petronella de man. Cornelis moet eraan te pas komen om Petronella weer tegen het publiek in bescherming te nemen. Ze maken de oude vrouw uit voor een ‘blarry meid’.

‘She’s nobody’s meid, warns Cornelis, bottle in hand, swaying on his legs and sounding for all the world like a growling dog. She’s nobody’s meid, you hear me? And once again he enunciates the word separately and very clearly: She is my mother.
Suddenly it is deadly quiet on the dusty square in front of the Drostdy.
Ouma Petronella lifts her head. I am a free woman, she says with tight lips, putting a hand into her dress to pull out a sheet of paper with an embossed red seal on it: I can say what I want. Now you shut your mouth or I’ll do it for you.’

Authentieke stem

Ik ben een groot liefhebber van Andre Brinks werk. Of hij nu de fricties in het huidige Zuid-Afrika onder de loep neemt of teruggaat in het verleden, hij schept gelaagde personages met een authentieke stem. Philida zelf spreekt een soort pidgin-Engels. Ze kan de mooiste kledingstukken in ingewikkelde patronen breien, maar haar laconieke commentaar luidt:

‘What happens to me will always be what others want to happen. I am a piece of knitting that is knitted by somebody else.’

Gecompliceerd, onberekenbaar en fel

In 2009 kwam Brinks autobiografie uit, A fork in the road, die hem als een gedreven anti-apartheidsactivist liet zien. Maar wat in A fork in the road vooral ontroert is hoe hij over zijn persoonlijke liefdesleven vertelt met daarin een prominente plaats voor de jonggestorven dichteres Ingrid Jonker met wie hij een onstuimige relatie had in de jaren zestig. In bijna al zijn boeken vormt een liefdesgeschiedenis de kern van het verhaal. Het gaat altijd om gecompliceerde vrouwen, onberekenbaar en fel met een fatalistische inslag. Allemaal lijken ze een beetje op Ingrid Jonker die na de kaars aan beide zijden opgebrand te hebben de dood zocht in de zee bij Tafelbaai.

Philida is een treurige geschiedenis van machtsmisbruik. Maar Philida zelf is geen willoos slachtoffer. Als ze wordt verkocht omdat haar aanwezigheid op Zandvliet, gezien het schandaal met zoon Frans, niet langer gewenst is, komt ze ver over de bergen in Worcester te werken waar ze een menselijk bestaan krijgt en bevriend raakt met de huistimmerman Labyn die haar tot de islam weet te bekeren. Zowel vader Cornelis als zoon Frans komen nog eenmaal bij haar smeken of ze niet terug wil komen naar Zandvliet, maar nu kan ze hen de deur wijzen.

Bekende ingrediënten

De ingrediënten slavernij en apartheid kenden we al uit andere boeken van Brink. Een onvriendelijk commentaar op internet luidde dat als Andre Brink, reeds twee keer genomineerd voor de Booker shortlist, dit keer met Philida weer genomineerd zou worden, het vooroordeel over de prijs (dat slechts politiek correcte boeken de Booker Prize winnen) voorgoed bevestigd zou zijn. (Philida kwam uiteindelijk niet op de shortlist terecht.) Maar dat doet geen recht aan dit originele en verrassende boek van Andre Brink, zijn veertigste zowat. Het is alsof hij al die toeristen die nu de wijnhuizen in de Kaap komen bezoeken wil zeggen: weet wel wat hier nog geen twee eeuwen geleden is gebeurd.

Godeke Donner studeerde Nederlandse Letterkunde en Algemene Literatuurwetenschap en schreef boekrecensies voor verschillende kranten.

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum