Recensie: Tolstojs tweede boek over oorlog

10 september 2014 , door Anna Moerbeek
| |

20 september, tijdens de lustrumconferentie War and Peace van het Nexus Instituut, zullen verschillende internationale politici, diplomaten, historici en denkers zich buigen over de vragen waar Tolstoj zich in 1869 in zijn gelijknamige roman ook al mee bezighield. 'Waarom oorlog? Hoe kan het dat miljoenen mensen op bevel van een enkeling hun menselijke gevoelens en gezond verstand verloochenen en vervallen tot afschuwelijke misdaden als moord, plundering, verraad en brandstichting? Vanwaar de gehoorzaamheid van een massa aan een heersende macht? Welke kracht brengt volken in beweging?' Was Bolkonski daarmee bezig?

Psychologie én theorie

Want ik dacht bij Oorlog en vrede, ik heb het jaren geleden gelezen, vooral aan de psychologische worsteling van de personages met de wereld om hen heen en aan hun persoonlijke vraagstukken en idealen. Dat is blijkbaar wat het meest beklijft. Bij herlezing, met de conferentie in mijn achterhoofd, viel me echter op hoe veel Tolstoj te zeggen heeft over het fenomeen oorlog en dat hij die vragen wel degelijk behandelt. Dit doet hij vooral later in het boek, in lange, essayachtige passages die los lijken te staan van de personages en het verhaal. Het zijn filosofische overdenkingen, waarbij hij in cirkels steeds dichter bij zijn uiteindelijke conclusie komt.

Namelijk: oorlog ontstaat uit een serie gebeurtenissen, door omstandigheden en voorvallen die eerder hebben plaatsgevonden. Volgens Tolstoj is het niet zo dat hele volkeren zich opofferen voor een man of op bevel van een enkeling misdaden plegen en hun gezond verstand verloochenen. Die ene man - Napoleon of Alexander I - is slechts op het juiste moment op de juiste plaats. Tolstoj vraagt zich af of de massa gehoorzaamt aan de hogere macht of dat de hogere macht gehoorzaamt aan de massa. Volgens hem moet je daarvoor eerst het begrip macht begrijpen. 'Macht is de collectieve wil van de massa's die door hun uitgesproken of stilzwijgende goedkeuring wordt overgebracht op hun uitverkoren leiders.'

Wat we niet willen of weten

Machthebbers zijn dat dus niet vanwege hun uitzonderlijke kwaliteiten, ideeën of charisma, ze zijn marionetten die gestuurd worden door de massa. En de massa wordt weer gestuurd door gebeurtenissen die elkaar opvolgen. Tolstoj ziet het ontstaan van oorlog als een wetmatigheid. Hij twijfelt daarbij aan de grenzenloosheid van de vrije wil. De mens is niet geheel vrij, maar zal altijd geleid worden door wetmatigheden en omstandigheden.

'Het is waar dat wij onze afhankelijkheid niet ervaren, maar wanneer we onze vrijheid aannemen, komen we tot iets onzinnigs, terwijl we als we onze afhankelijkheid van de wereld buiten onszelf, van de tijd en van de oorzaken aannemen, tot wetten komen.'

'Waarom een oorlog of een revolutie ontstaat weten we niet; we weten alleen dat mensen zich voor het volvoeren van een bepaalde daad in een bepaalde groep verenigen en allemaal deelnemen; en we zeggen dat dit zo is omdat iets anders ondenkbaar is, omdat het een wet is. '

De verteller theoretiseert

Opvallend is dat het verhaal in Oorlog en vrede los lijkt te staan van Tolstojs theorievorming en dat zijn personages er niet naar lijken te handelen. Dat zal zijn waarom ik mij de verhandeling over het ontstaan van oorlog in eerste instantie niet goed kon herinneren. In plaats van zijn ideeën te verwerken in het verhaal en de personages, laat Tolstoj ze letterlijk in het midden. In zijn verhaal staat niet centraal dat de massa in beweging is of dat de machthebbers eigenlijk niets te zeggen hebben of dat de vrije wil beperkt is. Nee, het draait om het persoonlijke, psychologische ontwikkelingen en kritiek op de maatschappij.

Zijdelings leren we dat bevelen van Napoleon eigenlijk nooit uitgevoerd worden, dat de hoofdgeneraal aan de kant van de Russen winst boekt door vooral niets te doen en dat het hof van de tsaar vol opportunisten zit die met elke wind meewaaien, maar we hebben de stem van de schrijver nodig om ons dit alles uit te leggen.

Maar bij zijn personages leeft Tolstojs filosofie nauwelijks. Prins Andrej Bolkonski houdt zich bezig met staatsvorming en oorlogvoering, maar gehoorzaamt aan de tsaar, sterker, hij bewondert hem. Hij, maar ook de jonge Petya gaat bij het leger uit liefde voor het vaderland en de tsaar. Ze zijn bereid zich voor hem op te offeren. Pierre, met zijn buitenstaandersblik op de Russische samenleving, kan nog het meest gezien worden als stem van Tolstojs ideeën, maar hij is meer bezig met hoe een goed mens te worden. Pierre begrijpt eigenlijk maar weinig van oorlogvoering. Vaak lijkt, zeker in het begin van het boek, de oorlog slechts een decor, een aanleiding voor andere verhalen.

Een 186-jarige Tolstoj was een interessante toevoeging geweest aan de line-up van de Nexus-conferentie. Zijn ideeën over hoe oorlogen ontstaan, over macht en vrije wil en over de Russische maatschappij zijn interessant en nog steeds relevant. Het is alleen jammer dat hij dit niet zodanig in zijn verhaal heeft weten te integreren dat het net zo beklijft als de liefde van Natasja voor Andrej, Pierres zoektocht naar innerlijke rust of het dilemma van Nikolaj welke vrouw hij moet kiezen. Oorlog en vrede is in feite twee boeken: een klein essay over de oorlog aan de hand van hoe die verliep en een grote roman over vijf aristocratische families en hun problemen. Als twee legers of levens op drift raken ze elkaar heel soms - om dan weer uit te zwerven, en samen een grootse roman te vormen.

Anna Moerbeek studeerde literatuurwetenschap en liep stage bij Athenaeum.nl.

pro-mbooks1 : athenaeum