Hoe vertaal je stilte? Anne Lopes Michielsen over het vertalen van De brul van de jaguar van Micheliny Verunschk

13 mei 2024
| | | |

Anne Lopes Michielsen vertaalde Micheliny Verunschks O som do rugido da onça, bekroond met de prestigieuze Jabuti-prijs in 2022 en de derde plaats voor de prêmio Oceanos, de grootste literaire prijs voor het hele Portugese taalgebied, als De brul van de jaguar. Voor ons licht ze haar vertaling toe. Lees over het onderzoek dat aan het vertalen vooraf ging: of jaguars miauwen, over de legendes van de Braziliaanse binnenlanden, de smaak van een kokoskoekje en een Duits krantenartikel uit 1821.

Het onzichtbare zichtbaar maken

In opdracht van de koning gaan twee Duitse natuuronderzoekers, Carl Friedrich Philipp von Martius en Johann Baptist von Spix, tussen 1817 en 1820 op wetenschappelijke expeditie door de Braziliaanse binnenlanden. Wanneer ze naar Beieren terugkeren, nemen zij talloze exemplaren van alle aangetroffen flora en fauna mee, maar ook een klein dozijn inheemse kinderen. Ontvoeren is hiervoor een beter woord en tot zo ver is het verhaal van De brul van de jaguar waargebeurd.



In de roman neemt de auteur, Micheliny Verunschk, deze afgrijselijke gebeurtenis als vertrekpunt en vertelt het verhaal van de twee kinderen die de overtocht hebben overleefd. Verunschk wil met De brul van de jaguar een stem geven aan deze kinderen en de gruweldaden die de inheemse bevolking zijn aangedaan uit naam van de wetenschap en het kolonialisme aan het licht brengen met zo min mogelijk eurocentrische verheerlijking. Ze schrijft daarbij over het verlies van een stem, van woorden en taal, want ook dat raakt zoek wanneer je ontworteld wordt. Verunschk is naast schrijver en dichter ook historicus en dat alles is in de roman ook te merken. Ze werpt nieuw licht op de geschiedenis en probeert het onzichtbare weer zichtbaar te maken. Of zoals de auteur zelf in een interview zei: ik wil de stilte vertalen. Daar gaat een vertalershart, in elk geval dat van mij, harder van kloppen.

De vertaling als diepgravend onderzoek

In De brul van de jaguar vond ik het als vertaler extra belangrijk om te weten wat feit en wat fictie is en dat vergde maandenlang onderzoek. Die vermenging maakt de roman zo bijzonder, maar ook bijzonder uitdagend om te vertalen. Elke vertaling is een diepgravend onderzoek, los nog van het zoeken naar de juiste woorden – dat hoort nu eenmaal bij het vertalen. Je vertaalt namelijk meer dan woorden en zinnen, maar ook de wereld eromheen. In deze roman ging dat nog iets verder.

Zo vraag je je heel wat af tijdens het vertalen: als een jaguar kon praten, hoe zou die dat in het Nederlands doen? Kan een jaguar eigenlijk miauwen? En een rivier, hoe zou haar stem klinken? En wat als ze boos wordt? Welke werkwoorden horen eigenlijk bij water? Ik zwierf door de krochten van het internet op zoek naar portretten van de kinderen die de wetenschappers hebben laten maken. Net zoals Josefa tikte ik de woorden ‘Miranha Spix Martius’ in mijn eigen zoekbalk. Ik ging op zoek naar flora en fauna uit het Amazoneregenwoud, bladerde door catalogus na catalogus. Ik sloeg er ook Reise in Brasilien op na en andere werken van Von Spix en Von Martius, om ook hun verslaglegging van hun reis te zien.

De cultuur en keuken van de binnenlanden

Ik probeerde wijs te worden uit inheemse talen, gebruiken en oeroude legendes uit de Braziliaanse binnenlanden. Welke goden werden vereerd? Welke rituelen vonden plaats? Wat was hun betekenis? Zijn het eigenlijk wel goden of is dat een te westers perspectief? Wat is westers? Ik sprak met een antropoloog, Menno Oostra, over hoe een maloca wordt gebouwd, hoe het dak wordt gevlochten van cipó. Wat gebeurt er als een jonge vrouw van de Miranha voor het eerst menstrueert? Ik las in de Popol Vuh, een van de weinige scheppingsverhalen uit Midden- en Zuid-Amerika die in het Nederlands zijn vertaald en verdiepte mezelf in woordenboeken van het Nheengatu, Tupi en andere talen en dialecten die voorkomen in het gebied rond de Amazone om uit te pluizen hoe de neologismen van de auteur waren opgebouwd. Het deed mijn vertalershart goed toen ik merkte dat ik op dezelfde bronnen stuitte als die de auteur had gebruikt, zoals een lijst met 352 verschillende namen voor de jaguar.

In een passage waarin Von Martius zijn aankomst in Rio de Janeiro beschrijft, stond het woord cocadas. Een soort kokoskoekje dat ik nog niet kende en ook nog nooit had gegeten. Dus toen stond ik opeens met mijn laptop in de keuken verse kokos te raspen. Het smaakt als een verse Bounty zonder chocola, maar dan nog iets kleveriger door de gecondenseerde melk. De mond wil ook wat tijdens het vertalen.

De balans tussen feit en fictie

Hoe zouden die kinderen aan het hof zijn ontvangen? Opeens zag ik mezelf een krantenartikel uit 1821 ontcijferen over de komst van de twee kinderen aan het Beierse hof omdat in de roman koningin Caroline daar een notitie van had gemaakt, zodat ik kon proberen te doorgronden wat er echt in het artikel had gestaan en wat een creatieve uiting van de auteur is geweest, om zo dezelfde balans in vertaling over te brengen. De donkere gedenkplaat van de twee kinderen kwam opeens in schriller contrast te staan naast de grootse, witte graftombe van haar overleden dochter. Het Münchner Stadtmuseum biedt naast een gedetailleerde foto zelfs een meertalige audiotour waarin de geschiedenis en totstandkoming van de bronzen plaat wordt beschreven.

Zo zijn er nog talloze voorbeelden en je zoekt je wat af tijdens het vertalen. Maar die veelzijdigheid is precies wat het vertalen zo mooi maakt. Door al dat graven, klonk het opeens niet meer zo stil. Er moest alleen geluisterd worden.

Anne Lopes Michielsen (1989) ijvert als literair vertaler voor meer vertalingen uit het Portugees en wil auteurs uit dit wijde taalgebied ook een Nederlandse stem geven. Naast haar vertaalwerkzaamheden zet ze zicht in voor de zichtbaarheid van vertalers en is zij op andere manieren actief in het literaire veld.

pro-mbooks1 : athenaeum