Leesfragment: Neem nooit een beste vriend

12 december 2023 , door Erna Sassen
| |

Meermalen genoemd in de eindejaarslijstjes van 2023: Erna Sassens jeugdroman Neem nooit een beste vriend, met illustraties van Martijn van der Linden. Lees bij ons een fragment en bestel dat boek.

Wat doe je als je je beste vriend niet meer kunt raadplegen? Joshua is woedend op Sergio, maar hij heeft hem ook nodig. Want hij weet zich geen raad met Lindsey – Lindsey die alle jongens gek maakt maar die moet huilen om ‘hoe ze naar haar kijken’, Lindsey die zoveel ingewikkelder in elkaar zit dan hij dacht. Wat bedoelt ze als ze een hartje-emoticon stuurt? Hoe ga je van zoenen verder naar seks? Hoe weet je wat de ander wil? En moet je per se verliefd zijn om seks te kunnen hebben? Als iemand Joshua’s vragen kan beantwoorden, is het Sergio.

Een hilarische, ontroerende, ontwapenende jeugdroman – vlammend opgeschreven door Erna Sassen, zoals alleen zij dat kan.



 

1

Toen ik Sergio voor het eerst ontmoette, vorig jaar in de derde, zag het er eigenlijk naar uit dat hij mijn ergste vijand zou worden.
Dat lag ook een beetje aan mijzelf.
Ik had namelijk last van vooroordelen. (Grote vooroordelen.) Kan je beter niet hebben als je toevallig in een 3-vmbo-klas van een totaal onbekende school belandt.
Ik had onder andere het vooroordeel: iemand die eruitziet als het opperhoofd van een criminele motorclub en die iedereen die hem in de weg loopt op zijn bek timmert of laat timmeren door zijn knechtjes, moet wel een enorme lul zijn.
Sergio zelf had ook last van vooroordelen. Hij vond mij een nerd (wat ik niet ben), een watje (ben ik wel) en een homo (zou kunnen, al heb ik tot nu toe geen ervaring op dat gebied), en iemand die een nerd is én een watje én een homo moest wel een enorme lul zijn. Een prima treiter-object dus.

Maar wat ik nooit had kunnen vermoeden die eerste kutweken in de derde, en wat uiteindelijk mijn redding werd: sergio houdt van kunst.
Ik hou ook van kunst.
Nou ja, ik hou van sommige kunst.
Van mooie dingen die ik kan begrijpen, zeg maar. Of die gewoon heel mooi zijn ook al zie je niet wat het betekent. Ik hou niet van lelijke kunst of van met ducttape aan de muur geplakte bananen ter waarde van 120.000 dollar. Ook hou ik niet van performancekunst waarbij twee mensen twintig minuten lang in elkaars muil in– en uitademen; komt geen frisse lucht aan te pas. Daar word ik kotsmisselijk van, van dat soort kunst.
Ik hou sowieso van heel veel dingen niet, in feite houd ik van meer dingen niet dan wel.
Mijn vader zegt dat ik me moet concentreren op die laatste maar dat is echt niet zo gemakkelijk.

Na drie weken uitlachen, duwen, stompen, slaan en fietsbanden leeg laten lopen, pakte Sergio mijn schetsboek af. Vanaf die tijd ging het steeds beter tussen ons.
Want Sergio vond mijn schetsen kunst. Wat een onverwachte en dikke meevaller was, vooral omdat hij aan het hoofd stond van een agressieve gang die, fanatieker nog dan Sergio zelf, mijn leven probeerde te verpesten.

Illustratie van een meisje in bikini door Martijn van der Linden in: Erna Sassen, Neem nooit een beste vriend

Twee maanden na onze eerste kennismaking liet Sergio een tattoo zetten van een van mijn tekeningen en besloten we een feest te geven voor de hele klas ter ere van onze verjaardagen. Samen met Dylan, mijn allerbeste vijand van dat moment, die gelukkig ook mee bleek te vallen en een agressiestoornis heeft waar hij niks aan kan doen maar die wel lastig is voor mensen die per ongeluk die agressie opwekken, bijvoorbeeld doordat ze eruitzien als een nerd.

Daarna werden we vrienden.

 

2

Vóór Sergio en Dylan had ik nog nooit een vriend gehad, dus het werd een compleet nieuwe ervaring.
Ik moest een beetje wennen aan al die blauwe plekken die inherent zijn aan het hebben van vrienden die trainen om wereldkampioen kickboksen te worden, maar verder was ik voornamelijk blij.

Het feest dat we samen ‘in goede harmonie’ organiseerden, zou bij mij thuis gehouden worden omdat ik namelijk een kangoeroe-groot huis bewoon samen met mijn vader. Kangoeroe is het stopwoord van Dylan nadat het eerst uiteraard kanker was maar daar kon ik niet tegen. Lang verhaal. Komt nog wel een keer.

Eerst kregen we ruzie over ‘het thema’ want het mocht van Sergio geen gewoon feest worden, het moest een themafeest zijn waarbij iedereen min of meer gekleed gaat in hetzelfde thema.
Dylan wilde iets met vechtsport maar dat vond Sergio saai, Sergio wilde iets met superhelden maar dat vond Dylan saai en ik wilde iets met dieren maar dat vonden ze allebei ‘compleet gestoord!’ in de negatieve betekenis van het woord dan, want meestal is compleet gestoord juist een aanrader. Toen kreeg ik opeens een teringgoed idee: ‘Diversiteit!’ riep ik. Sergio mimede dat hij van zijn stoel viel. ‘Rustig aan professor!’
‘Dan kan alles!’ legde ik uit. ‘Dylans vechtsport, jouw superhelden en mijn dieren, alles!’
‘Maar wat betekent het?’ wilde Dylan weten.
Ik dacht dat hij een geintje maakte. Diversiteit. Daar gaat het toch de godganse dag over? Op school. In de wereld? Sergio deed ook net alsof hij er nog nooit van had gehoord. ‘Eh...’ Ik wist het opeens niet meer zeker. ‘Variatie, toch...? Afwisseling?’ vroeg ik me hardop af.
Sergio ging het opzoeken op zijn telefoon. Verscheidenheid aan culturen in de samenleving of verscheidenheid aan levensvormen in de natuur, was zijn conclusie.
Dylan snapte er nog steeds niks van. ‘Dus dan moeten we als bloem of als plant?’ vroeg hij verbaasd.
‘Kan,’ zei ik. ‘Alles mag. Je mag ook gewoon als jezelf komen want onze klas is al vrij divers.

Maar als alles mocht dan was er niks aan want dan kwam zeker weten iedereen als zichzelf en dan hadden we nog steeds geen themafeest.
Sergio ging op zijn telefoon ideeën googelen.
Je wil niet weten wat voor thema’s mensen bedenken voor hun feest. Er zitten hele smerige bij. Maar ook wel geinige, het karaoke-thema bijvoorbeeld, dat vond ik een goeie maar Sergio en Dylan moesten er niet aan denken. No way dat zij gingen ‘zingen’, ze spraken het uit alsof het schijten in het openbaar betekent.
‘Je favoriete popster?’ probeerde ik nog. Dan kon ik als Beyoncé komen, dat zou heel erg gaaf zijn. Ik ging trouwens hoe dan ook als Beyoncé. Al kozen we voor het onderwaterthema of voor de middeleeuwen. Beyoncé ziet er onwijs gaaf uit als zoetwaterschildpad of als beul, dat wist ik zeker. Terwijl Sergio het Moulin Rouge-thema probeerde te doorgronden, riep Dylan ineens:
‘Of dat iedereen als lekker wijf komt!’
Toen sprongen we alle drie tegelijk overeind. We begonnen keihard te schreeuwen en we beukten elkaars armen blauw. Wat een geweldig idee! Dát gingen we doen, thema lekker wijf!

Nog geen twee minuten later begon Dylan terug te krabbelen. Iedereen, besefte hij opeens, daar val ikzelf ook onder. Zijn ogen werden groot en het leek alsof hij moest kotsen.
‘Wacht even!’ Hij hield zijn hand omhoog als een stopbord. ‘Betekent dat dat we allemaal als vrouw moeten komen?’
‘Als lekker wijf,’ corrigeerde Sergio hem.
‘Klopt!’ zei ik enthousiast. ‘Iedereen betekent in feite hetzelfde als allemaal.’
Dylan schudde zijn hoofd. ‘Nee. Ga ik niet doen.’
‘Jawel, man! Gozer! Het is een krankzinnig idee!’ Sergio gaf hem een dreun op zijn schouder. ‘Is nog nooit gedaan, thema lekker wijf!’
Dylan bleef zijn hoofd schudden. ‘Nee man, mongool. Ik niet.’ En zagen we Achraf al? En Floris? Als lekker wijf? Sergio en ik zagen het.
‘Achraf juist! Die is gek op lekkere wijven,’ vond Sergio. ‘En Floris is al een wijf. Het wordt echt lachen. Het beste idee dat je ooit hebt gehad.’
Ik knikte als een op hol geslagen jaknikker. Met Beyoncé in gedachten. ‘Het allerbeste idee ever.’
Dylan is gevoelig voor complimenten. De kleur in zijn gezicht begon alweer een beetje terug te komen.
‘Kan het ook een vrouw zijn die eruit ziet als een stoere man?’ vroeg hij.
Sergio keek mij aan. Alsof ik de jury was.
‘Natuurlijk,’ zei ik. ‘Lekker wijf is een subjectief begrip.’ Sergio waarschuwde weer voor de professor. Daarom gebruikte ik veel woorden om aan Dylan uit te leggen dat een lekker wijf er voor iedereen anders uitziet. Dat zíjn lekkere wijf misschien wel een afgetrainde kickbokser was met een kale harses.
Dat luchtte Dylan zichtbaar op. ‘Zonder make-up!’ commandeerde hij.
Nee. Dat kon volgens Sergio echt niet. Ze moest in elk geval lipgloss en mascara, het wijf van Dylan. En ook aantoonbare tieten. ‘Anders word je naar huis gestuurd.’
Daar kregen ze vervolgens weer ruzie over.
Niet elke vrouw heeft borsten, vond Dylan. Hij mag van Lindsey geen ‘tieten’ meer zeggen want dat is vrouwonvriendelijk. En er is van alles op Dylan aan te merken, maar vrouwonvriendelijk is hij niet, zeker niet tegen Lindsey.
Sergio vond van wel. ‘Elk lekker wijf heeft ze.’
Ik zei: ‘In aanleg misschien. Maar ze hoeven niet zichtbaar te zijn.’ Ik probeer altijd de middenweg. Maar Sergio wilde kijken hoever hij kon gaan. ‘Tieten. Verplicht. Liefst hele grote.’
No way dat Dylan ‘met borsten voor’ ging lopen.
‘Je verzint maar iets anders!’ schreeuwde hij, waarna hij wegliep en zo hard de deur dichtsloeg dat Harrie dagenlang moest ontstressen in zijn geheime ondergrondse schuilplaats.

Konijn Harrie. Illustratie door Martijn van der Linden in: Erna Sassen, Neem nooit een beste vriend

harrie.
Mijn allerbeste konijn. Godverdomme.

 

 

Copyright © 2023 Erna Sassen

pro-mbooks1 : athenaeum