Goochelen met talen. Over het vertalen van De Tovenaar van Colm Tóibín, door Lette Vos

25 januari 2022
| | | |

Lette Vos vertaalde Colm Tóibíns nieuwe roman The Magician als De tovenaar. Voor ons licht ze deze roman over Thomas Mann toe: wat doe je als twee talen in de roman - Engels en (in het Engels vertaald) Duits - botsen?

N.B. Lees ook Emmi Schumachers bespreking van The Magician. En Anneke Boks toelichting bij haar vertaling van Het huis van de namen, een fragment uit die roman, en Fleur Speets bespreking van Nora.

Als in een tekst meer talen voorkomen dan alleen je eigenlijke brontaal sta je als vertaler altijd voor een uitdaging; het vertalen van meertalige teksten is dan ook een veelbesproken onderwerp in het vertaalonderwijs en de vertaalwetenschap. Een mooi voorbeeld is dit Filter-artikel van Désirée Schyns, waarin ze stelt dat meertaligheid meestal in een tekst wordt ingezet om ‘de maatschappelijke realiteit te weerspiegelen’. Naast het gebruik van verschillende standaardtalen kunnen bijvoorbeeld ook sociale, regionale en/of historische taalvarianten voorkomen. In welke vorm en met welke frequentie de meertaligheid zich ook presenteert, als vertaler moet je er altijd ‘iets’ mee, want doorgaans speelt het fenomeen een grote rol in de geloofwaardigheid van personages en de tekstwereld waarin zij zich bevinden.

Twee teksttalen vervlakt tot één leestaal

In het geval van Colm Tóibíns The Magician, een gefictionaliseerde biografie van Thomas Mann, gebeurt eigenlijk het omgekeerde: er is binnen de tekstwereld sprake van twee verschillende talen, want Mann sprak en schreef vrijwel uitsluitend in het Duits, maar leerde op latere leeftijd Engels toen hij naar Amerika emigreerde. Dit noem ik voor het gemak ‘teksttalen’ A (Duits) en B (Engels). Omdat de leestaal (C) hetzelfde is als een van beide teksttalen, moet je de meertaligheid er als lezer echter zelf bij verzinnen. Alle dialogen gaan in het Engels, met nauwelijks signalen dat we meestal met het Duits te maken hebben, en ook citaten uit werk en brieven van Mann en consorten zijn consequent vertaald. De auteur heeft dus in feite al een eerste vertaalslag gemaakt die de meertaligheid in de tekstwereld verbloemt (of vervlakt). Lezers van de brontekst zullen zich hier amper aan storen; als Tóibín met Duitse woorden had gestrooid of herhaaldelijk zou hebben benadrukt dat de tekstwereld een overwegend Duitstalige is, zou dit voor Engelstaligen misschien hinderlijk zijn of meer vragen oproepen dan duidelijkheid geven, aangezien zij qua talenkennis gemiddeld genomen toch wat eenkennig zijn.

Kruisende talen met kromme zinsconstructies

Op zich geen probleem dus, deze ‘vervlakking’ van de realiteit. Lastig wordt het pas als teksttalen A en B elkaar kruisen, tijdens Manns Engelse les:

In the morning after breakfast, they went through phrasal verbs in English. Katia had written each one out on a piece of paper with a sample sentence in which it might appear on the other side. She began to examine Thomas by randomly selecting one.

“Put up with,” she said.
“I cannot put up with Agnes Meyer.”
“Put on.”
“I will put on my new coat.”
“Go over.”
“I will go over my new novel one more time.”
“Get over.”
“I cannot get over the news that Elisabeth is marrying Borgese.”
“Give up.”
“I will soon give up to be pleasant to anyone in Princeton.”
“Give up being, not to be!”
“Are you sure?”

Een personage dat tot dan toe foutloos en zelfs heel erudiet Engels heeft gesproken en geschreven, maakt plots een kromme zinsconstructie in – op het oog – dezelfde taal. Later in het boek kent Mann het woord mollycoddled niet (geen bijster ongewoon woord) en ontgaat hem een taalgrapje over zijn zoon Klaus (die door dichter W.H. Auden de Subordinate Klaus wordt genoemd, naar de Engelse term voor bijzin). Dit zijn momenten waarop Tóibín veel welwillendheid van zijn lezer vraagt.

Optie 1: het Engels behouden

Als vertaler verving ik leestaal C door het Nederlands, en voor het bovenstaande fragment biedt dat mogelijkheden. Mijn eerste ingeving was het Engels behouden, waardoor de tegenstrijdigheid uit de brontekst verdwijnt. De lezer moet alsnog zelf invullen dat de leestaal in verdere dialogen en citaten het Duits moet voorstellen (nog steeds teksttaal A), maar er bestaat wel een contrast tussen taal A en taal B (nog steeds het Engels), wat Manns vergissing geloofwaardiger maakt. Het fragment wordt dan als volgt:

Put up with,’ zei ze.
I cannot put up with Agnes Meyer.’
Put on.’
I put on my new coat.’
Go over.’
I will go over my new novel one more time.’
Get over.’
I cannot get over the news that Elisabeth is marrying Borgese.’
Give up.’
I will soon give up to be pleasant to anyone in Princeton.’
‘Het is give up being, niet give up to be!’

Optie 2: Nederlandse varianten

De gemiddelde Nederlander zal dit best kunnen volgen, al zullen de meesten het gevoel van kromheid in de laatste voorbeeldzin niet sterk ervaren. Anderzijds is het wel erg veel Engels binnen een Nederlandse tekst, en ik zou de nodige betekenisvolle zinnen onvertaald laten, terwijl de vertaling als geheel bedoeld is voor mensen die liever in het Nederlands lezen. De andere optie is om in dit geval leestaal C alleen in deze passage óók als teksttaal B te laten fungeren:

‘Houden van,’ zei ze.
‘Ik houd niet van Agnes Meyer.’
‘Houden aan.’
‘Ik houd me aan de afspraak.’
‘Uitkijken naar.’
‘Ik kijk niet uit naar de bruiloft van Elisabeth en Borgese.’
‘Uitkijken voor.’
‘Ik kijk uit voor dat ik nog aardig ben tegen mensen in Princeton.’
‘Het is “ik kijk ervoor uit dat”, niet “ik kijk uit voor dat”!’
‘Weet je het zeker?’

Het was even zoeken naar constructies met meerdere vaste voorzetsels die ik binnen de context kon inpassen, maar dat is nu juist het soort puzzel dat vertalen zo leuk maakt. In dit geval kun je je afvragen hoe waarschijnlijk het is dat een Duitser de laatste zinsbouwfout zou maken, aangezien het Duits en Nederlands hierin nauwelijks van elkaar verschillen. Dat is dan weer net een andere variatie op de suspension of disbelief zoals Tóibín die hanteert.
Uiteindelijk heb ik de redacteur en persklaarmaker beide varianten voorgeschoteld en mee laten kiezen. Nieuwsgierig geworden er uit de hoge hoed is gekomen? De tovenaar ligt op 25 januari in de boekhandel.

Lette Vos vertaalt uit het Engels en heeft zich behalve over Tóibín eerder gebogen over boeken van onder anderen Bernardine Evaristo (lees haar toelichting), Tara Westover, Rose Tremain, Rachel Cusk, Sara Baume (lees haar toelichting) en Taylor Jenkins Reid. Naast haar werkzaamheden als vertaler en vertaaldocent is ze klassiek zangeres.

Goochelen met talen. Over het vertalen van De Tovenaar van Colm Tóibín, door Lette Vos

Delen op

€ 27,50
€ 15,99
€ 16,99
€ 26,99
€ 14,99
€ 7,49
€ 16,99
€ 15,99
€ 18,99
€ 7,49
€ 15,99
€ 14,99
pro-mbooks1 : athenaeum