Leesfragment: Tussen werelden

26 augustus 2023 , door Juli Zeh en Simon Urban
| |

29 augustus verschijnt de nieuwe, urgente en actuele roman van Juli Zeh, met Simon Urban: Tussen werelden (Zwischen Welten), vertaald uit het Duits door Annemarie Vlaming. Reserveer je exemplaar en lees bij ons de eerste pagina’s

Twintig jaar zijn er verstreken sinds hun laatste ontmoeting wanneer Stefan en Theresa elkaar per toeval zien in Hamburg. Hun eerste reünie eindigt in een ramp. Als studenten waren ze hecht, nu hebben ze nauwelijks nog iets gemeen. Stefan maakte carrière bij het grootste weekblad van Duitsland, Theresa nam de boerderij van haar vader in Brandenburg over. Ze staan inmiddels totaal anders in het leven. Bij zijn krant probeert Stefan klimaatverandering tegen te gaan door erover te schrijven. Theresa staat voor uitdagingen met haar biologische melkveebedrijf.

De twee besluiten helemaal opnieuw te beginnen. In openhartige en zeer emotionele berichten via e-mail en WhatsApp vertellen ze elkaar over hun wereld. Maar naarmate Stefan en Theresa nader tot elkaar komen, belanden ze steeds vaker in verhitte discussies. Hoezeer ze ook proberen de politiek erbuiten te houden, het is alsof de loopgraven van een verdeelde natie dwars door hun relatie lopen. Wanneer het pad van Theresa dat van Stefan nogmaals op een totaal onverwachte manier kruist, beseffen beiden dat ze op het punt staan iets cruciaals te verliezen: de vrijheid om zelf te bepalen wie ze zijn.

Tussen werelden van Juli Zeh en Simon Urban is een boeiend commentaar op onze samenleving.

N.B. Eerder publiceerden we voor uit Onder buren, Lege harten, Ons soort mensen. Ook hebben we een laudatio online staan en twee recensies, een door Herm Pol, de ander door Leonhard de Paepe.

 

Deel I
(5 januari tot 18 mei)

Woensdag 5 januari

09.31 uur, Stefan via WhatsApp: Nog nooit zo’n hoofdpijn gehad… Zelfs na oud en nieuw was het niet zo erg. En dan hebben we zo meteen ook nog redactieoverleg. Wil je nog wel met me praten?

09.45 uur, Stefan via WhatsApp: Theresa? Leef je nog? Of was je zo boos op me dat je je telefoon in de Außenalster hebt gesmeten en zit ik met een zwaan te appen?

09.55 uur, Stefan via WhatsApp: Ik moet nu naar mijn vergadering, de nieuwe cultuurbijlage doorspreken. Kan onder tafel op mijn telefoon kijken. Laat wat van je horen. Al is het maar een kort berichtje! Gewoon, of alles goed met je gaat.

17.22 uur, Stefan via e-mail:

Hallo Theresa!

Ondanks mijn WhatsApp-terreur van vanmorgen nog niks van je gehoord. Noem het consequent. Of sadistisch. Die kant van jou kende ik nog niet. Maar ik heb gisteravond sowieso veel nieuwe dingen ontdekt. Over jou en over mezelf.
Ik begrijp dat je me wilt straffen door niet te antwoorden. Ik heb niet beter verdiend. Maar wat er gisteren is gebeurd ging niet alleen van mij uit. Jij had er net zo goed een aandeel in. Ik kan me niet voorstellen dat jij dat anders ziet.
Ik heb de hele dag naar mijn telefoon zitten staren, als een puber die wacht tot zijn eerste grote liefde eindelijk op zijn hartjesemoji antwoordt. En dan die vreselijke koppijn. Drie pijnstillers, geen effect. Bovendien is er gisteren een belangrijk project gestrand waar ik veel energie in had gestoken binnen de redactie. Vermoedelijk kwam daar mijn agressie vandaan. Als onze avond anders was verlopen had ik je er waarschijnlijk urenlang over verteld.
Ga ik in dit leven eigenlijk ooit nog antwoord van je krijgen? Wees genadig, sadiste. Ik wacht.

Je hondsmoeë Stefan

18.11 uur, Theresa via e-mail:

Lieve hemel, Stefan, je klinkt precies als de slappe vaatdoek waar ik je gisteren voor heb uitgemaakt. Als ik dat tenminste echt heb gedaan. Ik kan het me eerlijk gezegd niet goed herinneren. Zopen we vroeger ook zoveel? In Münster? Aan de Bodensee? We zijn in elk geval nooit zo tegen elkaar tekeergegaan. Ik ga sowieso zelden tekeer. Wat je nu waarschijnlijk niet zult geloven.
Een paar uur geen antwoord op je appjes en je denkt meteen dat ik een sadist ben. Als het vier weken niet regent zie je dat als persoonlijke straf van de goden. Waarschijnlijk waan je je ook in alle andere opzichten het middelpunt van het universum. Terwijl het jullie stadsbewoners vermoedelijk geen bal kan schelen of het regent of niet. Jullie merken het niet eens.
Nu beledig ik je volgens mij alweer. Eigenlijk wilde ik je vragen of we misschien nog een keer van voren af aan kunnen beginnen. Ik vond het zo leuk om je te zien. Na bijna twintig jaar! Als een onverwachts nieuwjaarscadeau. En ook nog eens zo ongelooflijk toevallig! Het komt hooguit twee, drie keer per jaar voor dat ik naar het westen moet om een oude heer of dame te bezoeken die nog een stuk land bij ons in de buurt heeft dat hij of zij eventueel wil verpachten of verkopen. Toevallig was dat deze keer in Hamburg. Toevallig wilde meneer Kröcher meteen aan het begin van het jaar afspreken – en dan sta jij plotseling voor me in de metro en omhelst me. Dat moet het lot zijn geweest. Alleen is het daarna allemaal flink uit de hand gelopen. Ik zal een andere keer naar meneer Kröcher moeten. Zoals je misschien weet vertrekt de eerste trein van Hamburg naar Berlijn om halfvijf. Ik ben dus al vanaf vier uur op de been, nadat ik twee uur heb geprobeerd wat te slapen in de lobby van het Ibis Hotel. De nachtportier had me binnengelaten, anders was ik waarschijnlijk doodgevroren. In Berlijn moest ik vervolgens nog een uur op mijn aansluiting op de stoptrein wachten, daarna verder met de auto van Plausitz naar Schütte. Om negen uur was ik op mijn werk, en dat allemaal bij een temperatuur onder nul. Alle respect voor je hoofdpijn, maar probeer je ook even in mij te verplaatsen.
In elk geval heb ik het nu weer warm. Het is stukken aangenamer om vanachter de computer naar je te mailen dan op een bevroren grasveld aan de Außenalster tegenover je te staan terwijl je allerlei absurde dingen beweert. Door al dat geruzie zijn we er gisteren niet eens aan toegekomen om elkaar in grote lijnen te vertellen waar we zoal mee bezig zijn en hoe het met ons gaat. Hoe zijn we in hemelsnaam op het vreselijke idee gekomen om ons buiten in de kou te bezatten? Het mag een wonder heten als we er zonder longontsteking vanaf komen.
Laten we het beter doen, via e-mail. Als ik tussendoor wat tijd kan vinden schrijf ik je graag over wat er hier allemaal gebeurt. En ik zou het leuk vinden als jij ook het een en ander over jouw leven vertelt. Voor een buitenstaander zijn we voer voor komedianten: jij de topjournalist uit Hamburg, ik de melkveehoudster van het Brandenburgse platteland. Kan nog een hilarisch verhaal worden.

Theresa

19.33 uur, Stefan via WhatsApp: Van voren af aan beginnen lijkt me geweldig. Juist omdat we elkaar al zo lang kennen. Ik begin maar gewoon. Naam: Stefan Jordan. Leeftijd: 46 jaar. Beroep: chef Cultuur bij het Hamburgse weekblad bote. Burgerlijke stand: ongehuwd en single. Kinderen: niet dat ik weet. Dieren: vandaag een kater. Hebben we een match?

19.34 uur, Theresa via WhatsApp: Geen idee, vraag het aan het algoritme. Ik ga verder. Naam: Theresa Kallis. Leeftijd: 43. Beroep: bestuur van coöperatie Kuh & Co Schütte. Gelukkig getrouwd, twee fantastische kinderen, Jonas en Phil, 8 en 10.

19.52 uur, Stefan via WhatsApp: Je bent ‘bestuur’ van beroep? Niet eerder bestuurster? Of bestuursvoorzitster? Lid van het bestuur?

20.01 uur, Theresa via WhatsApp: Nee, Stevie, je hebt het goed gelezen, ik bén het bestuur. Le bestuur, c’est moi. Bij geregistreerde coöperaties met minder dan twintig leden volstaat één persoon. En ik hoop van harte dat je nu niet weer met dat gendergedoe van je op de proppen komt, anders kunnen we net zo goed meteen terug naar de Außenalster om tegen elkaar te gaan staan schreeuwen.

20.20 uur, Stefan via WhatsApp: Rustig, rustig, ik vroeg het alleen maar om het beter te begrijpen. Mijn behoefte aan geschreeuw is tot halverwege de eeuw gedekt.

[…]

 

© 2022 Luchterhand Literaturverlag, a division of Verlagsgruppe Random GmbH, München, Germany
© 2023 Nederlandse vertaling Ambo|Anthos uitgevers, Amsterdam en Annemarie Vlaming

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum