Een van de meestgenoemde titels op de cadeautip- en eindejaarslijstjes van de boekverkopers: Louise Glücks Averno. Gedichten, vertaald door Radna Fabias. Wij brengen twee gedichten uit de bundel: 'Archaïsch fragment' en de eerste strofen van 'Averno'.
‘De beste typering van Glücks poëzie is dat “alles wat ze aanraakt, verandert in muziek en legende”. Inderdaad, Glück hoort bij die club van dichters van wie het werk uit zichzelf zingt, waar de nadrukken liggen waar zij ze heeft bedacht en een verhaal te vertellen heeft: van compassie, verwondering, afkeer, en soms ook van lyrische woede.’ – Philip Huff in De Groene Amsterdammer
Glück (Nobelprijs voor de Literatuur 2020) noemde Averno (2006) naar een klein kratermeer in Zuid-Italië, dat de Romeinen beschouwden als de toegang tot de onderwereld. Averno is als een lange, rusteloze klaagzang vol spitsvondigheid en schrijnende beelden.
Archaic Fragment — for Dana Levin I was trying to love matter. I taped a sign over the mirror: You cannot hate matter and love form. It was a beautiful day, though cold. This was, for me, an extravagantly emotional gesture. ........your poem: tried, but could not. I taped a sign over the first sign: Cry, weep, thrash yourself, rend your garments— List of things to love: dirt, food, shells, human hair. ........said tasteless excess. Then I rent the signs. AIAIAIAI cried the naked mirror. Archaïsch fragment – voor Dana Levin Ik probeerde van materie te houden. Ik plakte een bord op de spiegel: Je kunt niet van vorm houden en materie haten. Het was een mooie dag, koud wel. Dit was, voor mij, een extravagant emotioneel gebaar. ........ je gedicht: poogde, maar kon niet. Ik plakte een bord op het eerste bord: Schreeuw, huil, ransel jezelf af, verscheur je kleren – Lijst met dingen om van te houden: zand, eten, schelpen, mensenhaar. ........zei smakeloze overdaad. Toen verscheurde ik de borden. AIAIAIAI schreeuwde de naakte spiegel.
— for Dana Levin
I was trying to love matter. I taped a sign over the mirror: You cannot hate matter and love form.
It was a beautiful day, though cold. This was, for me, an extravagantly emotional gesture.
........your poem: tried, but could not.
I taped a sign over the first sign: Cry, weep, thrash yourself, rend your garments—
List of things to love: dirt, food, shells, human hair.
........said tasteless excess. Then I
rent the signs.
AIAIAIAI cried the naked mirror.
– voor Dana Levin
Ik probeerde van materie te houden. Ik plakte een bord op de spiegel: Je kunt niet van vorm houden en materie haten.
Het was een mooie dag, koud wel. Dit was, voor mij, een extravagant emotioneel gebaar.
........ je gedicht: poogde, maar kon niet.
Ik plakte een bord op het eerste bord: Schreeuw, huil, ransel jezelf af, verscheur je kleren –
Lijst met dingen om van te houden: zand, eten, schelpen, mensenhaar.
........zei smakeloze overdaad. Toen
verscheurde ik de borden.
AIAIAIAI schreeuwde de naakte spiegel.
Averno 1. You die when your spirit dies. Otherwise, you live. You may not do a good job of it, but you go on— something you have no choice about. When I tell this to my children they pay no attention. The old people, they think— this is what they always do: talk about things no one can see to cover up all the brain cells they’re losing. They wink at each other; listen to the old one, talking about the spirit because he can’t remember anymore the word for chair. It is terrible to be alone. I don’t mean to live alone— to be alone, where no one hears you. I remember the word for chair. I want to say—I’m just not interested anymore. I wake up thinking you have to prepare. [...] Averno 1. Je sterft als je geest sterft. Anders leef je. Je doet het misschien niet goed, maar je gaat door – dat is geen keuze. Als ik dit aan mijn kinderen vertel gaan ze er niet op in. De oude mensen, denken ze – dit is wat ze altijd doen: praten over dingen die niemand kan zien om af te leiden van alle hersencellen die ze verliezen. Ze knipogen naar elkaar; luister naar het oudje, pratend over de geest omdat hij het woord voor stoel niet meer weet. Het is vreselijk om alleen te zijn. Ik bedoel niet om alleen te leven – om alleen te zijn, waar niemand je hoort.Ik weet nog het woord voor stoel. Ik wil zeggen – ik ben gewoon niet meer geïnteresseerd. Ik word wakker en denk je moet je voorbereiden. [...]
You die when your spirit dies. Otherwise, you live. You may not do a good job of it, but you go on— something you have no choice about.
When I tell this to my children they pay no attention. The old people, they think— this is what they always do: talk about things no one can see to cover up all the brain cells they’re losing. They wink at each other; listen to the old one, talking about the spirit because he can’t remember anymore the word for chair.
It is terrible to be alone. I don’t mean to live alone— to be alone, where no one hears you.
I remember the word for chair. I want to say—I’m just not interested anymore.
I wake up thinking you have to prepare.
[...]
Je sterft als je geest sterft. Anders leef je. Je doet het misschien niet goed, maar je gaat door – dat is geen keuze.
Als ik dit aan mijn kinderen vertel gaan ze er niet op in. De oude mensen, denken ze – dit is wat ze altijd doen: praten over dingen die niemand kan zien om af te leiden van alle hersencellen die ze verliezen. Ze knipogen naar elkaar; luister naar het oudje, pratend over de geest omdat hij het woord voor stoel niet meer weet.
Het is vreselijk om alleen te zijn. Ik bedoel niet om alleen te leven – om alleen te zijn, waar niemand je hoort.Ik weet nog het woord voor stoel. Ik wil zeggen – ik ben gewoon niet meer geïnteresseerd.
Ik word wakker en denk je moet je voorbereiden.
Copyright © 2006, Louise Glück Copyright Nederlandse vertaling © 2021 Radna Fabias/ bv Uitgeverij De Arbeiderspers, Amsterdam