Recensie: Mata-Hari-mythes doorgeprikt

19 februari 2018 , door Martin Smit
| |

Voegt een nieuwe biografie nog iets toe aan de geschiedenis van het Friese meisje dat als de oosterse danseres Mata-Hari triomfen zou vieren, maar in 1917 op verdenking van spionage werd geëxecuteerd? Het verhaal van Margaretha Geertruida Zelle alias Mata-Hari is immers in talloze biografieën al vastgelegd. Het antwoord is ja. In het langverwachte Moed en overmoed, Leven en tijd van Mata-Hari van Jessica Voeten en Angela Dekker wordt een bewonderenswaardige hoeveelheid nieuwe gegevens gepubliceerd. Dankzij onlangs openbaar gemaakte brieven en stukken uit familiearchieven, worden tot voor kort grijze plekken in de levensgeschiedenis van de danseres eindelijk ingekleurd.

Femme fatale

Al vanaf het moment van haar executie op 15 oktober 1917 door de Franse autoriteiten wegens spionage voor de Duitsers, sprak de geschiedenis van Mata-Hari (1876-1917) tot de verbeelding. In 1927 verscheen al een eerste speelfilm over haar. In de honderd jaar na haar dood verschenen tientallen boeken, diverse internationale speelfilms en documentaires, romans, toneel- en dansvoorstellingen. Het is natuurlijk ook een intrigerend gegeven dat de eenvoudige dochter van een hoeden- en pettenwinkelier in Leeuwarden, het tot een van de meest gevierde danseressen in Europa weet te schoppen en vervolgens tijdens de Eerste Wereldoorlog op beschuldiging van spionage door een vuurpeloton wordt geëxecuteerd. Niet verwonderlijk dat veel auteurs zich op haar levensgeschiedenis hebben gestort. Een aantal biografen beschreef haar onterecht als een naïef provinciaal meisje dat zich als courtisane, naar de top van haar artistieke kunnen weet te werken. Of ze werd neergezet als een meedogenloze femme fatale die Duitse en Franse geheime diensten een rad voor ogen wist te draaien. Historisch volledig onjuist. Met Moed en overmoed weten Voeten en Dekker onder meer die mythes fundamenteel bij te stellen.

Indische periode

Het boek van Dekker en Voeten is geen minutieuze reconstructie van het leven van Mata-Hari, geen traditionele biografie die het verhaal van begin tot eind vertelt. De schrijfsters concentreren zich op die periodes en gebeurtenissen die eerder onderbelicht bleven maar die nu beter beschreven kunnen worden dankzij onbekende brieven en andere stukken die onlangs tevoorschijn zijn gekomen uit familiearchieven.

Margaretha Zelle, roepnaam Gretha, trouwt op achttienjarige leeftijd met Rudolf Mac Leod, een twintig jaar oudere officier in het Koninklijk Nederlandsch Indisch Leger. Nadat het paar zich in Indië heeft gevestigd, verslechtert hun verhouding snel. Bekend was al dat Mac Leod zijn vrouw voortdurend beledigde - ook in gezelschap -, financieel kort hield, klaagde over haar koopzucht en meer dan eens klappen uitdeelde. Hij beschuldigde haar van overspel, verweet haar een slechte moeder te zijn voor hun kinderen Norman en Non en rekent haar de dood van hun zoontje aan. Het is deze Indische periode in het leven van Greet Zelle die in Moed en overmoed uitgebreid beschreven wordt; eerdere biografieën leunden hiervoor vooral op geruchten en verhalen uit de tweede hand. Uit dit boek blijkt eens te meer dat Mac Leod er zelf een ruim bestedingspatroon op nahield maar Margaretha nauwelijks enkele guldens gunde. Mac Leod zat voortdurend in de schulden. Dat de jonge bruid naar Nederland terugverlangde is niet verwonderlijk.

Oosterse danseres

Eenmaal terug in het land, is hun huwelijk dermate verstoord dat scheiding wordt aangevraagd (maar nog niet uitgesproken) en besluit Margaretha haar eigen weg te gaan. Aan de hand haar brieven aan een aangetrouwde neef, maken de schrijfsters duidelijk hoe moeilijk die beslissing voor haar geweest is. Een dappere keus, zo blijkt: zonder een cent op zak arriveert ze in 1903 in Parijs in de hoop daar een bestaan te kunnen opbouwen. Door zich voor te doen als de oosterse danseres Mata-Hari ('oog van de dag'), waarbij ze zich vaak een volledig gefantaseerd verleden aanmeet en schaars gekleed zogenaamd authentieke dansen uit India vertoont, maakt ze snel furore in de Parijse theaters. Binnen de kortste keren is ze een wereldster in Europa en treedt ze op in Milaan, Berlijn en Monte Carlo.

Levensstijl

De auteurs schetsen haar als een zelfstandige vrouw die een duidelijke keuze voor haarzelf maakt, die onafhankelijk wil zijn, haar eigen leven wil leiden en in haar eigen onderhoud wil voorzien. Daar is moed voor nodig, schrijven Dekker en Voeten, in een tijd waarin een gehuwde vrouw een ondergeschikte rol speelt en wat betreft beslissingsbevoegdheid en financiën volledig afhankelijk is van haar man. Weliswaar neemt ze de beslissing als soevereine vrouw in het leven te staan en zelf haar carrière te plannen, maar de schrijfsters waken er voor haar als een emancipatorische voorvechtster te betitelen.

Als gevestigde, welgestelde artieste, kan ze zich een exorbitante levensstijl veroorloven: dure hotels, exclusieve kleding volgens de laatste mode en juwelen. Een reeks gefortuneerde minnaars biedt daarbij een welkome ondersteuning.

De schrijfsters noemen haar levensloop fatalistisch: het leven is voor Mata-Hari een keuze tussen alles of niets. Met het uitbreken van de Grote Oorlog komt aan haar glorietijd een einde. Noodgedwongen moet ze met minder optredens genoegen nemen, haar financiën drogen op maar het accepteren van een sobere levenswijze lukt haar niet. Ze laat een stroom van onbetaalde rekeningen voor hotels, kleding en interieurs achter zich. 'Angst voor armoede maakt een mens zuinig, wanhopig of overmoedig. Mata-Hari hield zich aan het laatste,' schrijven Dekker en Voeten.

Spionage

Niet eerder werd in een Mata-Hari biografie zo uitgebreid aandacht besteed aan de relatie tussen Non, de dochter van Mata-Hari en Mac Leod, en haar vader. Uit niet eerder gepubliceerde correspondentie blijkt dat het pubermeisje niet zit te wachten op herstel van het contact met haar moeder. De schrijfsters maken duidelijk dat Mata-Hari toch vooral bezig is haar eigen bestaan veilig te stellen en zich nauwelijks om haar dochter bekommert.

In dezelfde periode, zo blijkt, is ze, na een Duitse spionagecursus, niet onwelwillend voor de aanname van geld voor spionage, maar onduidelijk blijft of ze dat heeft ontvangen. Overmoedig geworden, zo tonen de schrijfsters aan, moet ze een gevoel van onschendbaarheid hebben gehad. Verdacht van spionage, wordt ze door de Franse geheime dienst met een schimmig spionagespel in de val gelokt. Dit leidt tenslotte tot haar executie.

Heel bijzonder is dat de auteurs er bovendien in geslaagd zijn het gratieverzoek van Mata-Hari aan de Franse president uit een archief op te diepen, een tot nu toe onbekend stuk. De vondst is wellicht tekenend voor de inspanning die Jessica Voeten en Angela Dekker verricht hebben om van hun boek een meer dan geslaagde biografie te maken die volkomen recht doet aan de persoon Mata-Hari.

Martin Smit is redacteur van het tijdschrift De As en medewerker van Athenaeum Nieuwscentrum.

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum